Institutie van Bucanus

de christelijke leer in vragen en antwoorden


institutie:12

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisieVorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
institutie:12 [07-02-2023 om 20.17 uur] ds. J.H. Zwartinstitutie:12 [08-02-2023 om 09.22 uur] (huidige) ds. J.H. Zwart
Regel 75: Regel 75:
  
   - God geeft dat ook zij in staat zijn een huwelijk aan te gaan en kinderen te krijgen. Ook voor hen geldt dat het samengaan van man en vrouw een natuurlijk gegeven is.((*Genesis 1:27 *Genesis 2:18,24))   - God geeft dat ook zij in staat zijn een huwelijk aan te gaan en kinderen te krijgen. Ook voor hen geldt dat het samengaan van man en vrouw een natuurlijk gegeven is.((*Genesis 1:27 *Genesis 2:18,24))
-  - Het huwelijk is ook heilig en goed, en het hoort in ere te zijn bij allen en het bed onbezoedeld (Hebreeën 13:4). Ook Christus noemt het huwelijk een goddelijke en dus ook heilige samenvoeging, zoals Hij zegt in Matteüs 19:6: “Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet.” Paulus zegt in 1 Timoteüs 4:4-5, dat het huwelijk, het voedsel en al dergelijke dingen door het Woord en het gebed geheiligd worden, en in 1 Korintiërs 7:14 noemt Paulus een ongelovige man geheiligd in de gelovige vrouw. De apostel zegt ook dat de vrouw behouden wordt in het baren van kinderen in het geloof, en in Titus 1:15 stelt hij dat voor hen die rein zijn door het geloof, álle dingen rein zijn. Op de synode van Nicea zei Paphnutus dat de gemeenschap van een man met zijn eigen vrouw iets reins is (zie //Sozomen//, boek 1, hoofdstuk 23).+  - Het huwelijk is ook heilig en goed, en het hoort in ere te zijn bij allen en het bed onbezoedeld (Hebreeën 13:4). Ook Christus noemt het huwelijk een goddelijke en dus ook heilige samenvoeging, zoals Hij zegt in Matteüs 19:6: “Hetgeen dan God samengevoegd heeft, scheide de mens niet.” Paulus zegt in 1 Timoteüs 4:4-5, dat het huwelijk, het voedsel en al dergelijke dingen door het Woord en het gebed geheiligd worden, en in 1 Korintiërs 7:14 noemt Paulus een ongelovige man geheiligd in de gelovige vrouw. De apostel zegt ook dat de vrouw behouden wordt in het baren van kinderen in het geloof, en in Titus 1:15 stelt hij dat voor hen die rein zijn door het geloof, álle dingen rein zijn. Op de synode van Nicea zei Paphnutus dat de gemeenschap van een man met zijn eigen vrouw iets reins is.((Zie //Sozomen//, boek 1, hoofdstuk 23.))
   - De apostel voor de heidenen schreef in 1 Timoteüs 3:2 en ook in Titus 1:6 dat een opziener onbesproken moet zijn en de man van één vrouw. Dus níet van één gemeente, zoals de roomsen beweren, want de apostel schrijft in de genoemde plaatsen in de Schrift niet over het ambt van een bisschop, maar over een persoon [van vlees en bloed]. Paulus verbiedt dat zo’n opziener [of leider van de gemeente] ook niet om wanneer zijn vrouw gestorven is, opnieuw te trouwen. Iemand die na de dood van zijn eerste vrouw een tweede vrouw trouwt, blijft de man van één vrouw als hij met die ene vrouw tevreden is. De apostel wil namelijk dat een oprecht man tevreden is met één vrouw en niet op Joodse en heidense manier tegelijkertijd twee of méér vrouwen heeft.   - De apostel voor de heidenen schreef in 1 Timoteüs 3:2 en ook in Titus 1:6 dat een opziener onbesproken moet zijn en de man van één vrouw. Dus níet van één gemeente, zoals de roomsen beweren, want de apostel schrijft in de genoemde plaatsen in de Schrift niet over het ambt van een bisschop, maar over een persoon [van vlees en bloed]. Paulus verbiedt dat zo’n opziener [of leider van de gemeente] ook niet om wanneer zijn vrouw gestorven is, opnieuw te trouwen. Iemand die na de dood van zijn eerste vrouw een tweede vrouw trouwt, blijft de man van één vrouw als hij met die ene vrouw tevreden is. De apostel wil namelijk dat een oprecht man tevreden is met één vrouw en niet op Joodse en heidense manier tegelijkertijd twee of méér vrouwen heeft.
   - De levitische priesters onthielden zich weliswaar niet voor altijd maar wél in de periode dat zij dienst deden, van het normale huwelijksleven, omdat zij voorafschaduwingen waren van Christus, de Middelaar. Zij moesten Zijn grotere reinheid dan die van de engelen boven die van de mensen enigszins uitbeelden. Als ze in de tabernakel of tempel dienst deden, gebruikten ze echter ook geen wijn((*Leviticus 10:9)), ze begroeven dan geen dode((*Leviticus 21:1)) en ze schoren zich niet((*Leviticus 21:5)) – iets waar de roomse priesteres hen echter niet in navolgden. Maar de dienaars van het Evangelie dragen hun beeld hierin niet. Godvrezende mensen weten echter wel hun huwelijkse rechten te matigen naar de tijd die van hen eist. Ze weten dat Paulus ieder van hen opdraagt in heiliging en eerbaarheid hun vat te bezitten (1 Tessalonicenzen 4:4). Soms is het nodig zich te onthouden om zich tot het gebed te begeven, al wil Paulus niet dat voor al te lange tijd duurt.((*1 Korintiërs 7:5))   - De levitische priesters onthielden zich weliswaar niet voor altijd maar wél in de periode dat zij dienst deden, van het normale huwelijksleven, omdat zij voorafschaduwingen waren van Christus, de Middelaar. Zij moesten Zijn grotere reinheid dan die van de engelen boven die van de mensen enigszins uitbeelden. Als ze in de tabernakel of tempel dienst deden, gebruikten ze echter ook geen wijn((*Leviticus 10:9)), ze begroeven dan geen dode((*Leviticus 21:1)) en ze schoren zich niet((*Leviticus 21:5)) – iets waar de roomse priesteres hen echter niet in navolgden. Maar de dienaars van het Evangelie dragen hun beeld hierin niet. Godvrezende mensen weten echter wel hun huwelijkse rechten te matigen naar de tijd die van hen eist. Ze weten dat Paulus ieder van hen opdraagt in heiliging en eerbaarheid hun vat te bezitten (1 Tessalonicenzen 4:4). Soms is het nodig zich te onthouden om zich tot het gebed te begeven, al wil Paulus niet dat voor al te lange tijd duurt.((*1 Korintiërs 7:5))
Regel 84: Regel 84:
   - Het derde concilie van Carthago werd gehouden in het jaar onzes Heren 421; dat was overigens het concilie waar Augustinus zelf ook aanwezig was. Op dat concilie werd de ketterij van Pelagius veroordeeld. Maar uit de decreten van dat concilie blijkt ook dat de bisschoppen of opzieners van de gemeenten gehuwd waren. Het derde artikel luidt namelijk als volgt: “Het dunkt ons goed dat de zonen en dochters van de bisschoppen en van alle dienaren van de kerk niet aan heidenen, ketters of scheurmakers ten huwelijk gegeven worden.”   - Het derde concilie van Carthago werd gehouden in het jaar onzes Heren 421; dat was overigens het concilie waar Augustinus zelf ook aanwezig was. Op dat concilie werd de ketterij van Pelagius veroordeeld. Maar uit de decreten van dat concilie blijkt ook dat de bisschoppen of opzieners van de gemeenten gehuwd waren. Het derde artikel luidt namelijk als volgt: “Het dunkt ons goed dat de zonen en dochters van de bisschoppen en van alle dienaren van de kerk niet aan heidenen, ketters of scheurmakers ten huwelijk gegeven worden.”
  
-==== 10.** **Veroordeelt Paulus in 1 Timoteüs 5:11 niet de weduwen die willen trouwen en daarmee hun eerste gelofte aan God om zichzelf kuis te houden tenietdoen? ====+==== 10. Veroordeelt Paulus in 1 Timoteüs 5:11 niet de weduwen die willen trouwen en daarmee hun eerste gelofte aan God om zichzelf kuis te houden tenietdoen? ====
  
 Deze tekst ondersteunt niet de geloften van de nonnen en begijnen [die nooit trouwen], omdat hier bedacht moet worden wat Paulus in vers 14 van jonge weduwen eist met het oog op het gevaar dat zij zich niet kunnen onthouden: “Ik wil dat de jonge weduwen huwen.” Hij leert in vers 11 dan ook slechts dat men jonge weduwen niet zal toelaten tot het getal van de diaconessen. Want wie door de huwelijksband gebonden zijn, zijn tot dit ambt onbekwaam, en de jeugdige leeftijd noopt de jonge weduwen dikwijls tot het huwelijk, wat zij niet kunnen aangaan zonder daarmee een zeker teken van onstandvastigheid en een zekere mate van aanstoot te geven. Deze tekst ondersteunt niet de geloften van de nonnen en begijnen [die nooit trouwen], omdat hier bedacht moet worden wat Paulus in vers 14 van jonge weduwen eist met het oog op het gevaar dat zij zich niet kunnen onthouden: “Ik wil dat de jonge weduwen huwen.” Hij leert in vers 11 dan ook slechts dat men jonge weduwen niet zal toelaten tot het getal van de diaconessen. Want wie door de huwelijksband gebonden zijn, zijn tot dit ambt onbekwaam, en de jeugdige leeftijd noopt de jonge weduwen dikwijls tot het huwelijk, wat zij niet kunnen aangaan zonder daarmee een zeker teken van onstandvastigheid en een zekere mate van aanstoot te geven.
Regel 172: Regel 172:
   - In de rechte lijn op het tweede plan zijn de huwelijken eveneens door God verboden voor wat betreft de eerste en de tweede graad. Het is u dus niet toegestaan om met de zus van uw vader of moeder te trouwen, dat wil zeggen: met uw tante((*Leviticus 18:11,12)), en zo verder. Zij nemen de plaats van ouders voor u in. En overeenkomstig hiermee is het ook Martha niet toegestaan om met haar oom van vaders of moeders kant te trouwen. Zo is het ook andersom geredeneerd. En hoewel het huwelijk van de oom met de dochter van zijn broer of zus niet uitdrukkelijk verboden is, is het op grond van gelijksoortige geboden toch eigenlijk niet toegestaan om te trouwen met de dochter van uw broer of met de dochter van uw broers dochter, dus met uw nicht of achternicht. U bent voor haar immers in de plaats van haar eigen vader.   - In de rechte lijn op het tweede plan zijn de huwelijken eveneens door God verboden voor wat betreft de eerste en de tweede graad. Het is u dus niet toegestaan om met de zus van uw vader of moeder te trouwen, dat wil zeggen: met uw tante((*Leviticus 18:11,12)), en zo verder. Zij nemen de plaats van ouders voor u in. En overeenkomstig hiermee is het ook Martha niet toegestaan om met haar oom van vaders of moeders kant te trouwen. Zo is het ook andersom geredeneerd. En hoewel het huwelijk van de oom met de dochter van zijn broer of zus niet uitdrukkelijk verboden is, is het op grond van gelijksoortige geboden toch eigenlijk niet toegestaan om te trouwen met de dochter van uw broer of met de dochter van uw broers dochter, dus met uw nicht of achternicht. U bent voor haar immers in de plaats van haar eigen vader.
  
-Wat de familieband betreft, wordt door Gods wet ook het huwelijk verboden tussen de zoon en de stiefmoeder((*Leviticus 18:8 +Wat de familieband betreft, wordt door Gods wet ook het huwelijk verboden tussen de zoon en de stiefmoeder((*Leviticus 18:8)); tussen de vader met zijn schoondochter, want zij is de vrouw van zijn zoon((*Leviticus 18:15)); en tussen de vader en de stiefdochter of háár dochter((*Leviticus 18:17)). Dit alles geldt immers in de rechte lijn van de geslachten. 
-)); tussen de vader met zijn schoondochter, want zij is de vrouw van zijn zoon((*Leviticus 18:15 +En voor wat het tweede plan betreft, wordt het huwelijk verboden met uw schoonzuster, want ze is de vrouw van uw broer.((*Leviticus 18:16)) En evenmin mag u trouwen met de zus van uw vrouw, zo lang uw eigen vrouw leeft.((*Leviticus 18:18)) U mag ook niet trouwen met de vrouw van uw oom((*Leviticus 18:14)), en ten slotte is het huwelijk verboden met de kinderen van uw stiefzoon of stiefdochter.((*Leviticus 18:17)) 
-)); en tussen de vader en de stiefdochter of háár dochter((*Leviticus 18:17 + 
-)). Dit alles geldt immers in de rechte lijn van de geslachten. +==== 22. Is de wet uit Leviticus voor wat die familiegraden betreft van ceremoniële aard of heeft ze een natuurlijke, ethische of burgerlijke basis? ==== 
->  + 
-En voor wat het tweede plan betreft, wordt het huwelijk verboden met uw schoonzuster, want ze is de vrouw van uw broer.((*Leviticus 18:16 +Ze heeft een natuurlijke basis, want ze stemt met het natuurrecht overeen, en daarom kan ze alleen door God voor niet meer geldend verklaard worden. Ook de heidenen hebben zich hieraan onderworpen. De Schrift noemt al de huwelijkssluitingen die hier tegenin gaan in elk verbod, zij het dat ze daarin wel een gradueel onderscheid maakt wat schande en gruwel voor God betreft.((*Leviticus 18: 24-26 *Leviticus 20:23)) Het is werkelijk waar: het algemene verbod dat niemand zal naderen tot zijn naaste bloedverwant (Leviticus 18:6), is begrepen in het natuurrecht. Ook naar het oordeel van Paulus zijn de christenen verplicht zich te houden aan de wet ten aanzien van de graden in familieverwantschap.((*1 Korintiërs 5:1)) 
-)) En evenmin mag u trouwen met de zus van uw vrouw, zo lang uw eigen vrouw leeft.((*Leviticus 18:18 + 
-)) U mag ook niet trouwen met de vrouw van uw oom((*Leviticus 18:14 +==== 23. Maar wat moet men dan denken over de tekst Deuteronomium 25:5, waar het gebod wordt gegeven dat de vrouw van de broer die zonder kinderen gestorven is, met een ander van die broers moet trouwen? En hoe te denken over het voorbeeld van de aartsvader Juda, die zijn tweede zoon gaf aan de vrouw van zijn overleden eerstgeboren zoon? Toen die gestorven was, beloofde hij haar zijn derde zoon; zie Genesis 38:8. Maar later verbiedt God in Leviticus 18:9, 16 en 18 dat een broer trouwt met de vrouw van zijn broer. Hoe zit dat? ==== 
-)), en ten slotte is het huwelijk verboden met de kinderen van uw stiefzoon of stiefdochter.((*Leviticus 18:17 + 
-)) +Hierop antwoord ik dat de wet in Leviticus 18:9 eenvoudigweg voor alle volken geldt, evenals de wet dat we niet mogen stelen. Het is echter mogelijk dat de wetgeving vanuit Deuteronomium 25:5 niet begrepen werd als bedoeld voor broeders naar het vlees maar voor naasten in een andere graad van familiebetrekking zoals die van een oom of nicht – want ook zij worden tot de Joodse broeders gerekend. Het is ook mogelijk dat deze bepaling een bijzondere mogelijkheid is geweest voor het volk Israël met de bedoeling dat de familienaam via de lijn van de eerstgeborene zou behouden worden, en tegelijk een aanduiding zou zijn dat de eerstgeboorte van Christus nooit zou tenietgaan. 
- + 
-> **22. Is de wet uit Leviticus voor wat die familiegraden betreft van ceremoniële aard of heeft ze een natuurlijke, ethische of burgerlijke basis? ==== +==== 24. Wat moet dan onze houding zijn tegenover Abraham, die volgens Genesis 11:29 de dochter van zijn broer Haran als vrouw nam? En wat te denken van de aartsvader Jakob, die zoals Genesis 29:16 ons duidelijk maakt, tegelijk met twee zussen getrouwd was? En wat moeten we denken van Mozes die uit het huwelijk van een neef met zijn tante is geboren? Dit laatste kunnen we lezen in Exodus 2:1 en 6:19. Amram nam Jochebed, zijn tante oftewel de zus van zijn vader tot vrouw. Het Hebreeuwse woord maakt dit duidelijk, en het blijkt uit Numeri 26:59. ==== 
- + 
-Ze heeft een natuurlijke basis, want ze stemt met het natuurrecht overeen, en daarom kan ze alleen door God voor niet meer geldend verklaard worden. Ook de heidenen hebben zich hieraan onderworpen. De Schrift noemt al de huwelijkssluitingen die hier tegenin gaan in elk verbod, zij het dat ze daarin wel een gradueel onderscheid maakt wat schande en gruwel voor God betreft.((*Leviticus 18: 24-26 *Leviticus 20:23 +Het is mogelijk dat de huwelijken gesloten werden omdat er maar weinig mensen waren in het geheiligde geslacht, of omdat er zo’n verwarring en onduidelijkheid was in het maatschappelijk leven en door Gods wijze besturing werd toegelaten. Het is echter ook mogelijk dat de aartsvaders hierin gezondigd hebben. Ze zijn namelijk niet in alles te verontschuldigen. In dit geval moeten we ons oordeel baseren op de wetten en niet op menselijke voorbeelden. 
-)) Het is werkelijk waar: het algemene verbod dat niemand zal naderen tot zijn naaste bloedverwant (Leviticus 18:6), is begrepen in het natuurrecht. Ook naar het oordeel van Paulus zijn de christenen verplicht zich te houden aan de wet ten aanzien van de graden in familieverwantschap.((* 1 Korintiërs 5:1)) + 
- +==== 25. Is het gelovige mensen toegestaan om met een ongelovige te trouwen? ==== 
-> **23. Maar wat moet men dan denken over de tekst Deuteronomium 25:5, waar het gebod wordt gegeven dat de vrouw van de broer die zonder kinderen gestorven is, met een ander van die broers moet trouwen? En hoe te denken over het voorbeeld van de aartsvader Juda, die zijn tweede zoon gaf aan de vrouw van zijn overleden eerstgeboren zoon? Toen die gestorven was, beloofde hij haar zijn derde zoon; zie Genesis 38:8. Maar later verbiedt God in Leviticus 18:9, 16 en 18 dat een broer trouwt met de vrouw van zijn broer. Hoe zit dat? ==== + 
- +Nee, behalve wanneer de partner die tevoren een ongelovige was, beloofd heeft voor de ware godsdienst te kiezen. Naar deze regel is Mozes met een Ethiopische en Jakob met de dochters van Laban getrouwd. Want God heeft in Deuteronomium 7:3,4 Zijn volk verboden te trouwen met heidenen. 
-Hierop antwoord ik dat de wet in Leviticus 18:9 eenvoudigweg voor alle volken geldt, evenals de wet dat we niet mogen stelen. Het is echter mogelijk dat de wetgeving vanuit Deuteronomium 25:5 niet begrepen werd als bedoeld voor broeders naar het vlees maar voor naasten in een andere graad van familiebetrekking zoals die van een oom of nicht – want ook zij worden tot de Joodse broeders gerekend. Het is ook mogelijk dat deze bepaling een bijzondere mogelijkheid is geweest voor het volk Israël met de bedoeling dat de familienaam via de lijn van de eerstgeborene zou behouden worden, en tegelijk een aanduiding zou zijn dat de eerstgeboorte van Christus nooit zou tenietgaan. + 
- +Hoewel het gebod onder de burgerlijke wetgeving valt, geldt dit gebod toch voor ieder als men let op de reden voor dit gebod, die gelegen is op ethisch vlak en ook nu nog van kracht is. In Deuteronomium 7:4 staat namelijk: “Want zij zouden uw zonen van Mij doen afwijken, zodat zij andere goden zouden dienen.” Ditzelfde wordt ook verwoord in 1 Koningen 11:1-3. Het voorbeeld van Salomo’s leven is een bevestiging hiervan. Nadat de zonen Gods zich onterecht vermengd hadden met de nakomelingen van Kaïn, ontstond er een verdorven samenleving die een oorzaak was voor de ondergang van heel de wereld.((*Genesis 6:2)) 
-> **24. Wat moet dan onze houding zijn tegenover Abraham, die volgens Genesis 11:29 de dochter van zijn broer Haran als vrouw nam? En wat te denken van de aartsvader Jakob, die zoals Genesis 29:16 ons duidelijk maakt, tegelijk met twee zussen getrouwd was? En wat moeten we denken van Mozes die uit het huwelijk van een neef met zijn tante is geboren? Dit laatste kunnen we lezen in Exodus 2:1 en 6:19. Amram nam Jokebed, zijn tante oftewel de zus van zijn vader tot vrouw. Het Hebreeuwse woord maakt dit duidelijk, en het blijkt uit Numeri 26:59. ==== + 
- +Er is ook een uitdrukkelijk gebod dat Paulus noemt in 2 Korintiërs 6:14: “Vormt geen ongelijk span met ongelovigen.” En in 1 Korintiërs 7:39 staat: een weduwe is “vrij om te trouwen, met wie zij wil, mits in de Here.” Dat laatste wil zeggen: een huwelijk in de dienst en de vrees van God. 
-Het is mogelijk dat de huwelijken gesloten werden omdat er maar weinig mensen waren in het geheiligde geslacht, of omdat er zo’n verwarring en onduidelijkheid was in het maatschappelijk leven en door Gods wijze besturing werd toegelaten. Het is echter ook mogelijk dat de aartsvaders hierin gezondigd hebben. Ze zijn namelijk niet in alles te verontschuldigen. In dit geval moeten we ons oordeel baseren op de wetten en niet op menselijke voorbeelden. + 
- +==== 26. Welke bepalingen hebben vorsten ingesteld? ==== 
-> **25. Is het gelovige mensen toegestaan om met een ongelovige te trouwen? ==== + 
- +Een voogd mag niet trouwen met het weeskind over wie hij gesteld is. Iemand die de vaderplaats inneemt, dus een kind als zijn eigen dochter aanneemt, mag niet met haar trouwen. En dat geldt ook voor een pleegmoeder, die niet mag trouwen met de jongen die ze voor haar zoon houdt. Dat verbod om te trouwen geldt ook tussen de kinderen van broers of zussen, dus tussen neven en nichten. 
-Nee, behalve wanneer de partner die tevoren een ongelovige was, beloofd heeft voor de ware godsdienst te kiezen. Naar deze regel is Mozes met een Ethiopische en Jakob met de dochters van Laban getrouwd. Want God heeft in Deuteronomium 7:3,4 Zijn volk verboden te trouwen met heidenen. + 
- +Een bijbelgetrouwe overheid behoort echter bepalingen te vernietigen waardoor het verboden wordt om te trouwen met iemand over wie men een vorm van geestelijke voogdij heeft gehad en voor wie men doopgetuige was. 
-Hoewel het gebod onder de burgerlijke wetgeving valt, geldt dit gebod toch voor ieder als men let op de reden voor dit gebod, die gelegen is op ethisch vlak en ook nu nog van kracht is. In Deuteronomium 7:4 staat namelijk: “Want zij zouden uw zonen van Mij doen afwijken, zodat zij andere goden zouden dienen.” Ditzelfde wordt ook verwoord in 1 Koningen 11:1-3. Het voorbeeld van Salomo’s leven is een bevestiging hiervan. Nadat de zonen Gods zich onterecht vermengd hadden met de nakomelingen van Kaïn, ontstond er een verdorven samenleving die een oorzaak was voor de ondergang van heel de wereld.((*Genesis 6:2 + 
-)) +//**Zijn christenen aan deze burgerlijke bepalingen gebonden?**// 
- + 
-Er is ook een uitdrukkelijk gebod dat Paulus noemt in 2 Korintiërs 6:14: “Vormt geen ongelijk span met ongelovigen.” En in 1 Korintiërs 7:39 staat: een weduwe is “vrij om te trouwen, met wie zij wil, mits in de Here.” Dat laatste wil zeggen: een huwelijk in de dienst en de vrees van God. +Ja, ze zijn eraan gebonden als ze tenminste niet in strijd zijn met de christelijke of apostolische leer. Ieder moet immers zijn overheid gehoorzamen als hij dat met een godvrezend en vrij geweten kan doen. Dat wil dus zeggen: als het in zijn geweten geen zonde is. In het andere geval mogen huwelijken die tegen de genoemde bepalingen ingaan, niet worden verbroken. 
- + 
-> **26. Welke bepalingen hebben vorsten ingesteld? ==== +==== 27. Hoe wordt de band van het huwelijk in de Schrift genoemd? ====
- +
-Een voogd mag niet trouwen met het weeskind over wie hij gesteld is. Iemand die de vaderplaats inneemt, dus een kind als zijn eigen dochter aanneemt, mag niet met haar trouwen. En dat geldt ook voor een pleegmoeder, die niet mag trouwen met de jongen die ze voor haar zoon houdt. Dat verbod om te trouwen geldt ook tussen de kinderen van broers of zussen, dus tussen neven en nichten. +
- +
-Een bijbelgetrouwe overheid behoort echter bepalingen te vernietigen waardoor het verboden wordt om te trouwen met iemand over wie men een vorm van geestelijke voogdij heeft gehad en voor wie men doopgetuige was. +
- +
-//**Zijn christenen aan deze burgerlijke bepalingen gebonden?**// +
- +
-Ja, ze zijn eraan gebonden als ze tenminste niet in strijd zijn met de christelijke of apostolische leer. Ieder moet immers zijn overheid gehoorzamen als hij dat met een godvrezend en vrij geweten kan doen. Dat wil dus zeggen: als het in zijn geweten geen zonde is als het er anders aan toegaatHuwelijken die tegen de genoemde bepalingen ingaan, mogen dus niet zomaar worden verbroken. +
- +
-> **27. Hoe wordt de band van het huwelijk in de Schrift genoemd? ====+
  
   - //Conjugium// (een verbinding), afgeleid van //jugo// (juk), waardoor man en vrouw samen tot één vlees, dus als het ware tot één mens, worden samengevoegd.   - //Conjugium// (een verbinding), afgeleid van //jugo// (juk), waardoor man en vrouw samen tot één vlees, dus als het ware tot één mens, worden samengevoegd.


Paginahulpmiddelen