Institutie van Bucanus

de christelijke leer in vragen en antwoorden


Zijbalk

institutie:16

Dit is een oude revisie van het document!


De dadelijke zonde

1. Wat is de dadelijke zonde?

Het is een vrucht van de erfzonde, als de wet van God met de daad geschonden wordt zoals voorkomt in alle gedachten, begeerten, spreken, handelingen en nalating die strijden tegen de wil van God waardoor de mens in staat van beschuldiging komt en schuldig aan de toorn van God en de eeuwige dood. Van deze zonde spreekt Jakobus in hoofdstuk 1:15: 'Daarna, als die begeerte bevrucht is baart zij zonde; en als de zonde volgroeid is, brengt zij de dood voort.' Hier noemt hij de begeerlijkheid de wortel, dat is de erfzonde, en de uitgewerkte zonde, de dadelijke zonde, is de vrucht daarvan, die naar de aard en natuur ervan bestaat.

2. Op hoeveel manieren wordt ze onderverdeeld?

Op twee manieren:

  1. Al naargelang ze op zichzelf beschouwd wordt, afgezien van de verhouding tot iets anders. Want van de zonden die geproduceerd zijn door de erfzonde, zijn sommigen alleen inwendig, zoals de twijfels over God, de brandhaarden van boze begeerten, kwade gedachten, verdorven verlangens, hetzij deze ongevormd zijn, hetzij deze duidelijk en resoluut zijn (zoals men in de scholen zegt) andere zonden zijn uitwendig, die zich door haar daden naar buiten toe openbaar maken, gebruikmakend van een of andere uitwendige dienst van het lichaam.
  2. Al naargelang het beschouwd wordt voor of na de komst van de leer van het Evangelie aangaande Christus, de rechtvaardigmaking en de wedergeboorte.

3. Hoe velerlei is de zonde in zichzelf, voor of zonder de leer van Christus, te beschouwen?

Tweeërlei. De nalating en het bedrijven.1) De eerste, waarmee wij niets werken, maar het goede nalaten, de tweede, het doen wat God verbiedt.

  1. De eerste komt daaruit voort dat wij tot het goede onbekwaam zijn, de laatste komt daaruit voort dat wij tot alle kwaad geneigd zijn.
  2. Ten aanzien van het voorwerp wordt gezegd enerzijds dat de zonde tegen God, anderzijds tegen de naaste wordt begaan.
  3. Ten aanzien van de wet, is de ene zonde dood de ander levend. De dode zonde is die, die wel in ons is, maar door ons niet als zonde wordt gekend, noch ook woedt, zoals ze gewoon is te doen na kennis van de wet. De levende zonde, welke als zodanig gekend wordt en in ons woedt, nadat kennis van de wet is genomen.2)
  4. Ten aanzien van het inwendig principe of de oorzaak van de zonde, is er de zonde van de zwakheid, die tegen onze wil en terwijl wij ons er tegen verzetten, vanwege onze zwakheid bij ons naar binnen sluipt; zoals plotseling opkomende toorn, ijdele gedachten, begeerte naar onbehoorlijke dingen. Andere zonden zijn die van de onwetendheid waarvan Psalm 19:1313 Afdwalingen - wie bemerkt ze? Spreek van de verborgene mij vrij. en Leviticus 5:1717 Indien iemand zondigt en doet één van de dingen die de Here verboden heeft, zonder dat hij het weet, dan is hij toch schuldig en draagt zijn ongerechtigheid. spreken3), en Christus in Lucas 23:3434 En Jezus zeide: Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen. En zij wierpen het lot om zijn klederen te verdelen.: 'Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen.' Een andere is de kwaadwillende zonde, welke tweeërlei is. De eerste is direct strijdend tegen de genade, welke blasfemie is tegen de Heilige Geest (deze wordt apart in het volgende hoofdstuk behandeld). Andere zonden zijn niet direct strijdend tegen de genade of de Heilige Geest maar buitengewone overtredingen van de Tien Geboden, zoals afgoderij, overspel enzovoorts.
  5. Ten aanzien van de volbrenging van de verzoening door Christus. Er zijn voorleden zonden die begaan zijn in geheel de tijd voorafgaande aan de verzoening die door de dood van Christus is volbracht, vervolgens zonden die begaan worden in de tijd dat het Evangelie geopenbaard is. Zowel voor de voorgaande als de tegenwoordig begane zonden wordt vergeving door het bloed van Christus aangezegd, Romeinen 3:2424 en worden om niet gerechtvaardigd uit zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus..4)

4. Hoe wordt ze ingedeeld gelet op de nu gegeven leer aangaande Christus?

Op drie manieren. De eerste afdeling is de heersende of zondigende zonde. De andere is de niet heersende of niet zondigende zonde.

De heersende zonde is er, als een mens niet wedergeboren is en de zonde dient en de vrije teugel viert en van ganser harte en met voorbedachte wil gedreven wordt om te zondigen. Deze wordt ook vrijwillige zonde genoemd, omdat ze met voorbedachte raad en voornemen, willens en wetens, en tegen het geweten geschiedt, wat gezegd wordt van allen die in het vlees leven die ook dood door de zonden genoemd worden 5) en, in de zonden te zijn 6), die hoe langer hoe meer in de zonden zinken en in de dood worden vastgehouden.

De niet heersende zonde is er in de wedergeboren mens, welke door de Geest van God weerhouden en belet worden tot zondigen en niet met heel zijn vermogen gedreven wordt tot zondigen. Deze wordt ook de niet-vrijwillige zonde genoemd, omdat de vromen ertegen worstelen, Romeinen 7:1919 Want niet wat ik wens, het goede, doe ik, maar wat ik niet wens, het kwade, dát doe ik.: 'Want niet wat ik wens, het goede, doe ik, maar wat ik niet wens, het kwade, dat doe ik.' Waarvan gezegd wordt dat zij er van sterven 7) waarvan de kracht (die genoemd wordt het leven der zonde) door de kracht van Christus uitgeblust is, met wie zij door het geloof verenigd zijn, en daarentegen voor God leven of voor de gerechtigheid, of voor Christus, die zich beijveren tot onschuld en heiligheid.8)

5. Waarvandaan wordt deze afdeling genomen?

Uit de brief aan de Romeinen hoofdstuk Romeinen 6:12 – “Laat dan de zonde niet langer als koning heersen in uw sterfelijk lichaam, zodat gij aan zijn begeerten zoudt gehoorzamen”.: 'Laat dan de zonde niet langer als koning heersen in uw sterfelijk lichaam, zodat gij aan zijn begeerten zoudt gehoorzamen.' En Romeinen 6:14 – “Immers, de zonde zal over u geen heerschappij voeren, want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade.”: 'Immers, de zonde zal over u geen heerschappij voeren, want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade.' En uit 1 Johannes 3:66 Een ieder, die in Hem blijft, zondigt niet; een ieder, die zondigt, heeft Hem niet gezien en heeft Hem niet gekend.: 'Een ieder, die in Hem blijft, zondigt niet; een ieder, die zondigt, heeft Hem niet gezien en heeft Hem niet gekend.' en vers 99 Een ieder, die uit God geboren is, doet geen zonde; want het zaad (Gods) blijft in hem en hij kan niet zondigen, want hij is uit God geboren.: 'Een ieder, die uit God geboren is, doet geen zonde; want het zaad Gods blijft in hem.' En ook wordt in dezelfde brief gezegd, hoofdstuk 1:88 Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en de waarheid is in ons niet.: 'Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en de waarheid is in ons niet.'

6. Wat is de tweede afdeling?

De ene wordt genoemd een zonde tot de dood de andere een vergeeflijke zonde.

7. Wat zeggen de pauselijken van de beide zonden?

Zij zeggen dat de dodelijke zonden, de heersende werken van het vlees zijn, maar de vergeeflijke zonden beschrijven zij als de begeerlijkheid van het vlees zonder voorbedachte wil, welke in het hart niet lang aanwezig blijft. Daarbij bekennen zij nauwelijks dat de oorspronkelijke smet zonde is, waarvan ze zeggen dat deze door de geringe besprenging met het water afgewassen wordt, ex opere operato, zoals ze dat zeggen.

8. Is deze indeling toe te laten?

Niet zonder meer.

  1. Want alle zonde, of ze nu groot of klein is, maakt de mens schuldig aan de eeuwige dood.9)
  2. Want in Jakobus 2:1010 Want wie de gehele wet houdt, maar op één punt struikelt, is schuldig geworden aan alle (geboden). staat: 'Want wie de gehele wet houdt, maar op een punt struikelt, is schuldig geworden aan alle (geboden).' Zeker heeft hij de gehele wet overtreden, alhoewel hij niet alles wat in de wet staat overtreden heeft, maar het is zo te verstaan dat hij de Majesteit van de Wetgever heeft geschonden.
  3. Ditzelfde blijkt ook als gelet wordt op de natuur van God en op de zonde. Want niemand mag de oneindige Majesteit van God vergeeflijk schenden, of hij is de oneindige straf onderworpen en de oneindige zuiverheid van God kan de allerminste smet in de zondaar niet lijden. Hij dwaalt daarom grof, die meent dat er enige zonde voor God is, die de last van de eeuwige toorn van God niet op zich haalt.

9. Zijn dan alle zonden gelijk?

Ze zijn daarin gelijk, dat de allerminste gedachte aan de allerminste zonde, de eeuwige dood duizendmaal verdiend, overeenkomstig de uitspraak in Galaten 3:1010 Want allen, die het van werken der wet verwachten, liggen onder de vloek; want er staat geschreven: Vervloekt is een ieder, die zich niet houdt aan alles, wat geschreven is in het boek der wet, om dat te doen.: 'Vervloekt is een ieder, die zich niet houdt aan alles, wat geschreven is in het boek der wet, om dat te doen.' En Romeinen 6:2323 Want het loon, dat de zonde geeft, is de dood, maar de genade, die God schenkt, is het eeuwige leven in Christus Jezus, onze Here.: 'Want het loon, dat de zonde geeft, is de dood'. En toch, door vergelijking van de ene met de andere, zijn de ene zwaarder dan de andere; naar gelang zij meer of minder van Gods instellingen afdwalen en naar gelang tegen wie gezondigd wordt, zo zwaar is de zonde. Als men direct tegen God zondigt, danwel tegen een mens. En het is zwaarder als men tegen de ouders een misdaad pleegt dan tegen een ander. En hij zondigt minder die steelt door honger gedreven dan hij die door boze lusten de vrouw van zijn naaste schendt.10)

De zonden verschillen ook in gradatie. Zo is toornig worden of de vrouw van zijn naaste begeren zonde. Maar het doden of overspel plegen is zwaarder.11) Ook de omstandigheden en oorzaken verschillen.12) Ja, ook de wet zelf onderscheidt de werken van de eerste en van de tweede Tafel.13) De Heere zegt ook tegen Pilatus, Johannes 19:1111 Jezus antwoordde: Gij zoudt geen macht tegen Mij hebben, indien het u niet van boven gegeven ware: daarom heeft hij, die Mij aan u heeft overgeleverd, groter zonde.: 'daarom heeft hij, die Mij aan u heeft overgeleverd, groter zonde.' Derhalve, zullen dezen niet met gelijke straffen gestraft worden.

10. In hoeveere mag dan deze afdeling toegelaten worden?

Niet ten aanzien van de hoedanigheid van de zonde, maar ten aanzien van de personen die zondigen, gelet daarop, in zoverre zij niet geloven of geloven. Want de zonde is tot de dood, zodat allen die niet geloven, hun zonden de eeuwige dood bewerkt. En zodanig zijn de zonden van alle mensen, totdat zij tot geloof komen, dat is, totdat zij door het geloof de vergeving van de zonden aannemen.

Maar de vergeeflijke zonden zijn echt vergeeflijk, niet omdat vergeving verdiend wordt, maar omdat ze gratis de gelovigen vanwege Christus vergeven en kwijtgescholden worden. En zo is het gesteld met alle zonden van hen die echt geloven. Want de zonde, die wat haar natuur betreft van zichzelf dodelijk is, die wordt in de gelovige uit de genade en barmhartigheid van God vergeeflijk, als ze hen vergeven wordt, volgens de uitspraak in Romeinen 8:11 Zo is er dan nu geen veroordeling voor hen, die in Christus Jezus zijn.: 'Zo is er dan nu geen veroordeling voor hen, die in Christus Jezus zijn en komt niet in het oordeel, want hij is overgegaan uit de dood in het leven' (Johannes 5:2424 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, wie mijn woord hoort en Hem gelooft, die Mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven en komt niet in het oordeel, want hij is overgegaan uit de dood in het leven.). Om het kort te zeggen: Voor de uitverkorenen worden alle zonden, zelfs de allerzwaarste, door Christus vergeeflijk14), maar voor de verworpenen zijn alle zonden dodelijk.15)

11. Welke is de derde afdeling?

De ene zonde wordt een vergeeflijke, de ander onvergeeflijke genoemd.

12. Wat is een vergeeflijke zonde?

Elke zonde die begaan wordt tegen de Vader en de Zoon16), dat is, elke overtreding van de Goddelijke wet, waar leedwezen en berouw bij komt, welke overtreding door God vergeven wordt, als degene, die overtreedt, ophoudt met zondigen tegen de wet en zijn toevlucht neemt tot Christus de Verzoener, maar anders niet. Ze wordt daarom vergeeflijk genoemd, vanwege de uitkomst, maar niet vanwege haar natuur.

13. Welk onderscheid is er tussen de vergeeflijke en de vergeven zonden?

Dat zijn vergeeflijke zonden, die alle gelovigen vergeven kunnen worden, maar de vergeven zonden zijn die welke ieder gelovig mens nu inderdaad vergeven wordt.

14. Wat strijdt hiertegen?

  1. De ongeschikte onderscheiding van de zonden die de papisten hebben. De onderscheiding in de doodzonde en vergeeflijke zonden, zonder te onderscheiden naar uitverkorenen en verworpenen.
  2. De ongerijmde leer van de Stoicijnen, die alle zonden voor gelijk houden, omdat alles wat niet geoorloofd is, zonde is. En dat het ongeoorloofde in elk opzicht bij hen gelijk is.
1)
Jakobus 4:17 – “Als iemand dan weet goed te doen en het niet doet, is het hem tot zonde.”
2)
Romeinen 7:9 – “Ik heb eertijds geleefd zonder wet; toen echter het gebod kwam, begon de zonde te leven, maar ik begon te sterven”.
3)
Psalm 19:13 – “Afdwalingen - wie bemerkt ze? Spreek van de verborgene mij vrij.”, Leviticus 5:17 – “Indien iemand zondigt en doet één van de dingen die de Here verboden heeft, zonder dat hij het weet, dan is hij toch schuldig en draagt zijn ongerechtigheid.”
4)
Romeinen 3:24 – “En worden om niet gerechtvaardigd uit zijn genade, door de verlossing in Christus Jezus.”
5)
Efeziërs 2:5 – “Ons, hoewel wij dood waren door de overtredingen mede levend gemaakt met Christus, - door genade zijt gij behouden”.
6)
Kolossenzen 2:15 – “Hij heeft de overheden en machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en zo over hen gezegevierd.”
7)
Romeinen 6:2 – “Volstrekt niet! Immers, hoe zullen wij, die der zonde gestorven zijn, daarin nog leven?”
8)
Romeinen 6:10,11 – “Want wat zijn dood betreft, is Hij voor de zonde eens voor altijd gestorven; wat zijn leven betreft, leeft Hij voor God. Zo moet het ook voor u vaststaan, dat gij wèl dood zijt voor de zonde, maar levend voor God in Christus Jezus.”. 1Petrus Romeinen 2:24 – “Want de naam Gods wordt om u gelasterd onder de heidenen, gelijk geschreven staat.”
9)
Romeinen 5:14 – “Toch heeft de dood als koning geheerst van Adam tot Mozes, ook over hen, die niet gezondigd hadden op een gelijke wijze als Adam overtrad, die een beeld is van de komende.”, Romeinen 6:13 – “En stelt uw leden niet langer als wapenen der ongerechtigheid ten dienste van de zonde, maar stelt u ten dienste van God, als mensen, die dood zijn geweest, maar thans leven, en stelt uw leden als wapenen der gerechtigheid ten dienste van God.”
10)
Spreuken 6:30 – “Men veracht een dief niet, wanneer hij steelt om zijn begeerte te bevredigen, als hij honger heeft”.
11)
*Matteus Spreuken 5:21,21,27,28 – “Want voor de ogen des Heren liggen ieders wegen open, Hij weegt al zijn gangen.”
12)
*Matteus Spreuken 11:22,24 – “Als een gouden ring in een varkenssnuit is een schone vrouw zonder verstand. (...) Er zijn er, die uitstrooien en toch nog meer verkrijgen; terwijl anderen meer inhouden dan recht is en toch gebrek lijden.”
13)
Exodus 34:1 – “De Here zeide tot Mozes: Houw u twee stenen tafelen gelijk de eerste, dan zal Ik op de tafelen de woorden schrijven, die stonden op de eerste tafelen, welke gij verbrijzeld hebt.”
14)
Johannes 3:16 – “Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder, die in Hem gelooft, niet verloren ga, maar eeuwig leven hebbe.”
15)
Romeinen 6:23 – “Want het loon, dat de zonde geeft, is de dood, maar de genade, die God schenkt, is het eeuwige leven in Christus Jezus, onze Here.”
16)
*Matteus Romeinen 12:31,32 – “”.


Paginahulpmiddelen