Institutie van Bucanus

de christelijke leer in vragen en antwoorden


institutie:1

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisieVorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
institutie:1 [19-05-2025 om 10.13 uur] Cornelis Bregmaninstitutie:1 [30-05-2025 om 09.12 uur] (huidige) ds. J.H. Zwart
Regel 70: Regel 70:
 God is in het Grieks //theos//, wat komt van //theo //  ('lopen'), omdat Hij door alles loopt; of van //theaomai //  ('zien'), omdat Hij alles ziet; of van //deos //  ('vrees'), omdat de mensen door vrees ertoe gebracht worden Hem te dienen. God is in het Grieks //theos//, wat komt van //theo //  ('lopen'), omdat Hij door alles loopt; of van //theaomai //  ('zien'), omdat Hij alles ziet; of van //deos //  ('vrees'), omdat de mensen door vrees ertoe gebracht worden Hem te dienen.
  
-Hij is een geestelijk wezen, onbegrijpelijk, verstandig, eenvoudig, onveranderlijk, almachtig, alwetend, vrij, onsterfelijk en onmetelijk. Hij is de liefde, barmhartigheid, rechtvaardigheid, heiligheid, reinheid, goedheid, wijsheid, lankmoedigheid en weldadigheid Zelf. Hij is:+Hij is een geestelijk wezen, onbegrijpelijk, verstandig, eenvoudig, onveranderlijk, almachtig, alwetend, vrij, onsterfelijk en onmetelijk. Hij is de liefde, barmhartigheid, rechtvaardigheid, heiligheid, reinheid, goedheid, wijsheid, lankmoedigheid en weldadigheid zelf. Hij is:
  
   - de Vader, die van eeuwigheid de Zoon gebaard heeft, even eeuwig als Hij, en één van wezen met Hem;   - de Vader, die van eeuwigheid de Zoon gebaard heeft, even eeuwig als Hij, en één van wezen met Hem;
Regel 78: Regel 78:
 God is de Schepper en Behouder van alle dingen, en de Verlosser en Heiligmaker van de uitverkorenen. God is de Schepper en Behouder van alle dingen, en de Verlosser en Heiligmaker van de uitverkorenen.
  
-Dit is geen begrensde definitie, want wat boven ons wezen uitgaat en onbegrijpelijk is, kan niet begrensd of begrepen worden. Het is daarom meer een beschrijving die ten volle bevat al wat ons in dit leven nodig is van God te weten met het oog op de ware godsdienst en onze zaligheid.+Dit is geen begrensde definitie, want wat boven ons wezen uitgaat en onbegrijpelijk is, kan niet begrensd of begrepen worden. Het is daarom meer een beschrijving die ten volle alles bevat wat voor ons in dit leven nodig is om van God te weten met het oog op de ware godsdienst en onze zaligheid.
  
 ==== 10. Is er één God, of zijn er vele goden? ==== ==== 10. Is er één God, of zijn er vele goden? ====
  
-Deuteronomium 6:4 luidt: "Hoor, Israël: de Here is onze God; de Here is één!" En 1 Korintiërs 8:4: "Wij weten, dat er geen afgod in de wereld bestaat en dat er geen God is dan Eén". En omdat de waarachtige God de Opperste is en oneindig, kunnen er niet méér goden zijn, want er kunnen niet meer oppersten zijn dan één, noch meerdere oneindigen dan één. Er is dan ook slechts één God geopenbaard, zowel door getuigenissen die niet kunnen bedriegen, als door wonderwerken, voorzeggingen en andere dingen, die alleen door Zijn almachtige natuur gedaan kunnen zijn.+Deuteronomium 6:4 luidt: "Hoor, Israël: de Here is onze God; de Here is één!" En 1 Korintiërs 8:4: "Wij weten, dat er geen afgod in de wereld bestaat en dat er geen God is dan Eén". En omdat de waarachtige God de Opperste is en oneindig, kunnen er niet méér goden zijn, want er kunnen niet meer oppersten zijn dan één, noch meerdere oneindigen dan één. Er is dan ook slechts één God geopenbaard, zowel door getuigenissen die niet kunnen bedriegen, als door wonderwerken, voorzeggingen en andere dingen, die alleen door zijn almachtige natuur gedaan kunnen zijn.
  
 ==== 11. In welke zin wordt God één genoemd? ==== ==== 11. In welke zin wordt God één genoemd? ====
  
-..............+Niet naar zijn 'soort', maar naar zijn wezen en aantal, of naar de aard van zijn natuur: er is slechts één ondeelbaar goddelijk wezen.
  
 ==== 12. Waarom spreekt de Schrift dan van God in de Hebreeuwse meervoudsvorm Elohim? ==== ==== 12. Waarom spreekt de Schrift dan van God in de Hebreeuwse meervoudsvorm Elohim? ====
  
-Niet om daarmee te wijzen op een veelheid van goden, noch om Gods Wezen te delen, maar om Zijn Personen aan te duiden. Want hoewel de Vader, de Zoon en de Heilige Geest elk een andere Persoon hebben, is de Vader niet iets anders of een andere God dan de Zoon en de Heilige Geest; de Zoon is niet iets anders of een andere God dan de Vader en de Heilige Geest; en de Heilige Geest is niet iets anders of een andere God dan de Vader en de Zoon. Want het gaat om een enige, onverdeelde en goddelijke natuur, hoezeer ook de Vader een ander is, de Zoon een ander is en de Heilige Geest een ander is. Daarom zijn ze niet van een ander of verschillend wezen, noch samengevoegd, zoals de mensen, die een gemeenschappelijk wezen hebben. Ze zijn niet slechts gelijk van wezen, maar van een enig wezen, met hetzelfde wezen en dezelfde eeuwigheid, wil, werking, macht en heerlijkheid.((*Filippenzen 2:6))+Niet om daarmee te wijzen op een veelheid van goden, noch om Gods Wezen te delen, maar om zijn Personen aan te duiden. Want hoewel de Vader, de Zoon en de Heilige Geest elk een andere Persoon hebben, is de Vader niet iets anders of een andere God dan de Zoon en de Heilige Geest; de Zoon is niet iets anders of een andere God dan de Vader en de Heilige Geest; en de Heilige Geest is niet iets anders of een andere God dan de Vader en de Zoon. Want het gaat om een enige, onverdeelde en goddelijke natuur, hoezeer ook de Vader een ander is, de Zoon een ander is en de Heilige Geest een ander is. Daarom zijn Zij niet van een ander of verschillend wezen, noch samengevoegd, zoals de mensen, die een gemeenschappelijk wezen hebben. Ze zijn niet slechts gelijk van wezen, maar van een enig wezen, met hetzelfde wezen en dezelfde eeuwigheid, wil, werking, macht en heerlijkheid.((*Filippenzen 2:6))
  
 ==== 13. Op hoeveel manieren wordt het woord 'god' in de Schrift gebruikt? ==== ==== 13. Op hoeveel manieren wordt het woord 'god' in de Schrift gebruikt? ====
Regel 96: Regel 96:
 Op twee manieren: Op twee manieren:
  
-  - In eigenlijke of wezenlijke zin: als dit woord niet op een bepaald Persoon betrekking heeft, zoals in Johannes 4:24: "God is geest". Daar duidt 'God' heel het goddelijke wezen aan, zoals ook de naam Jehova doet. Het woord kan ook persoonlijk worden gebruikt, als bij 'God' de naam van de Persoon gevoegd wordt: God de Vader, God de Zoon of God de Heilige Geest. Of wanneer de Vader tegenover de Zoon gesteld wordt, die ook Zelf God is en de tweede Persoon in de Godheid, zoals in Romeinen 7:25: "Gode zij dank door Jezus Christus". Zo wordt ook in Romeinen 8:3 de Vader God genoemd, waarbij het woord 'God' dus persoonlijk gebruikt is, omdat de Persoon die zendt gesteld wordt tegenover de Persoon die gezonden wordt. +  - In eigenlijkewezenlijke zin: 
-  - Oneigenlijk: als dit woord aan engelen of mensen toegeschreven wordt, .....+    - als dit woord niet op een bepaald Persoon betrekking heeft, zoals in Johannes 4:24: "God is geest". Daar duidt 'God' heel het goddelijke wezen aan, zoals ook de naam Jehova doet. 
 +    - Het woord kan ook persoonlijk worden gebruikt, als bij 'God' de naam van de Persoon gevoegd wordt: God de Vader, God de Zoon of God de Heilige Geest. Of wanneer de Vader tegenover de Zoon gesteld wordt, die ook zelf God is en de tweede Persoon in de Godheid, zoals in Romeinen 7:25: "Gode zij dank door Jezus Christus". Zo wordt ook in Romeinen 8:3 de Vader God genoemd, waarbij het woord 'God' dus persoonlijk gebruikt is, omdat de Persoon die zendt gesteld wordt tegenover de Persoon die gezonden wordt. 
 +  - In oneigenlijke zin: als dit woord aan engelen of mensen toegeschreven wordt. Dit gebeurt: 
 +    - terechthetzij vanwege hun ambt((*Psalm 82:1)) dan wel vanwege hun hoogheid of taak om Gods wil bekend te maken;((*Exodus 7:1)) 
 +    - onterecht, hetzij uit dwaling, hetzij uit gewoonte,((*1 Korintiërs 8:5)) of ook om ze als goden te vereren((*2 Korintiërs 4:4 *Filippenzen 3:19)) 
  
 ==== 14. Bestaat God niet uit verschillende delen? ==== ==== 14. Bestaat God niet uit verschillende delen? ====
Regel 105: Regel 109:
 ==== 15. Zijn er geen oorzaken die aan God voorafgaan? ==== ==== 15. Zijn er geen oorzaken die aan God voorafgaan? ====
  
-Nee, want God is Zelf oorzaak van alle oorzaken.+Nee, want God is zelf oorzaak van alle oorzaken.
  
 ==== 16. Is er in God ook enige sprake van toeval? ==== ==== 16. Is er in God ook enige sprake van toeval? ====
Regel 111: Regel 115:
 Beslist niet, want al wat in God is, is wezenlijk. Beslist niet, want al wat in God is, is wezenlijk.
  
-==== 17. Als Gods wezen volstrekt éénvoudig is, hoe zit het dan met het onderscheid tussen Zijn macht, goedheid, rechtvaardigheid, wijsheid en barmhartigheid? ====+==== 17. Als Gods wezen volstrekt éénvoudig is, hoe zit het dan met het onderscheid tussen zijn macht, goedheid, rechtvaardigheid, wijsheid en barmhartigheid? ====
  
 Al die eigenschappen zijn in wezen niet van elkaar onderscheiden, want ze zijn één. Ze zijn slechts onderscheiden voor ons verstand, en in de werken die God volbracht heeft ten aanzien van de schepselen. Al die eigenschappen zijn in wezen niet van elkaar onderscheiden, want ze zijn één. Ze zijn slechts onderscheiden voor ons verstand, en in de werken die God volbracht heeft ten aanzien van de schepselen.
Regel 118: Regel 122:
  
   - Beslist onmededeelbare eigenschappen, zodat men daarvan geen teken kan vinden in de geschapen dingen. Het zijn eigenschappen die we //absoluut //kunnen noemen, zoals Gods eenvoudigheid, onveranderlijkheid, eeuwigheid en onmetelijkheid.   - Beslist onmededeelbare eigenschappen, zodat men daarvan geen teken kan vinden in de geschapen dingen. Het zijn eigenschappen die we //absoluut //kunnen noemen, zoals Gods eenvoudigheid, onveranderlijkheid, eeuwigheid en onmetelijkheid.
-  - Enigszins mededeelbare eigenschappen, die men //relatief //noemt, zoals Zijn macht, wijsheid, wil, en Zijn goedheid, barmhartigheid en rechtvaardigheid.+  - Enigszins mededeelbare eigenschappen, die men //relatief //noemt, zoals Zijn macht, wijsheid, wil, en zijn goedheid, barmhartigheid en rechtvaardigheid.
  
 ==== 19. Wat zijn Gods volbrachte werken? ==== ==== 19. Wat zijn Gods volbrachte werken? ====
  
-De ontelbare werken van Zijn genade, rechtvaardigheid, macht en barmhartigheid.+De ontelbare werken van zijn genade, rechtvaardigheid, macht en barmhartigheid.
  
 ==== 20. Welke dingen strijden tegen de leer over God? ==== ==== 20. Welke dingen strijden tegen de leer over God? ====
Regel 134: Regel 138:
 ==== 22. Maar hebben zij desondanks God erkend, de ware Schepper van hemel en aarde? ==== ==== 22. Maar hebben zij desondanks God erkend, de ware Schepper van hemel en aarde? ====
  
-Met de oudvader Hilarius in zijn derde boek over de heilige drie-eenheid antwoord ik: zij kenden wel Gods naam, maar niet God Zélf, want niemand kent God behalve wie de Vader en de Zoon belijdt.+Met de oudvader Hilarius in zijn derde boek over de heilige drie-eenheid antwoord ik: zij kenden wel Gods naam, maar niet God zélf, want niemand kent God behalve wie de Vader en de Zoon belijdt.
  
 ==== 23. Maar volgt hieruit niet dat de Joden en ook de Turken zonder God zijn? ==== ==== 23. Maar volgt hieruit niet dat de Joden en ook de Turken zonder God zijn? ====
Regel 152: Regel 156:
 ==== 1. Hoeveel personen zijn er in het goddelijk wezen? ==== ==== 1. Hoeveel personen zijn er in het goddelijk wezen? ====
  
-Drie, zowel onderscheiden in getal als in de daad: de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Zij bestaan in het ene goddelijke wezen, zodat er niet vele goden zijn, maar één en dezelfde God, eeuwig, onmetelijk en almachtig, die in de Schrift Jehova genoemd wordt, die volstrekt eenvoudig is ten aanzien van Zijn wezen en drievoudig ten aanzien van Zijn personen.+Drie, zowel onderscheiden in getal als in de daad: de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Zij bestaan in het ene goddelijke wezen, zodat er niet vele goden zijn, maar één en dezelfde God, eeuwig, onmetelijk en almachtig, die in de Schrift Jehova genoemd wordt, die volstrekt eenvoudig is ten aanzien van zijn wezen en drievoudig ten aanzien van zijn Personen.
  
 ==== 2. Welke getuigenissen bewijzen de drie-eenheid? ==== ==== 2. Welke getuigenissen bewijzen de drie-eenheid? ====
  
-  * Genesis 1:1: "Elohim (God) schiep de hemel en de aarde". Op deze plaats betekent het eenvoudige woord Gods allereenvoudigste wezen, maar de veelvoudige noemer geeft de drie Personen te kennen. In de schepping van de mens spreekt God terwijl Hij zich beraadt met Zijn eeuwige Wijsheid, dat is: de Zoon en de Heilige Geest. +  * Genesis 1:1: "Elohim (God) schiep de hemel en de aarde". Op deze plaats betekent het eenvoudige woord Gods allereenvoudigste wezen, maar de veelvoudige noemer geeft de drie Personen te kennen. In de schepping van de mens spreekt God terwijl Hij zich beraadt met zijn eeuwige Wijsheid, dat is: de Zoon en de Heilige Geest. 
-  * Genesis 1:26: "Laat ons mensen maken naar ons beeld, naar onze gelijkenis". Gezegd wordt: "laat //ons //maken", vanwege de meerheid van de Personen, en "naar //onze //gelijkenis", vanwege de eenheid van het wezen.+  * Genesis 1:26: "Laat ons mensen maken naar ons beeld, naar onze gelijkenis". Gezegd wordt: "laat //ons //maken", vanwege de meerdere Personen, en "naar //onze //gelijkenis", vanwege de eenheid van het wezen.
   * Genesis 19:24: "Toen liet de Here zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de Here, uit de hemel". Daar wordt de Persoon die het laat regenen (de Zoon) onderscheiden van de Persoon van wie de regen afkomstig is (de Vader).   * Genesis 19:24: "Toen liet de Here zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de Here, uit de hemel". Daar wordt de Persoon die het laat regenen (de Zoon) onderscheiden van de Persoon van wie de regen afkomstig is (de Vader).
  
 ==== 3. En hebt u geen duidelijker getuigenis uit het Nieuwe Testament? ==== ==== 3. En hebt u geen duidelijker getuigenis uit het Nieuwe Testament? ====
  
-  - Bij de doop van Christus klonk de stem van de Vader vanuit de hemel: "Deze is Mijn Zoon, Mijn geliefde", terwijl de Zoon aan de Jordaan stond en de Heilige Geest neerdaalde in de gedaante van een duif en op Christus kwam.((*Matteüs 3:16 *Johannes 1:32))+  - Bij de doop van Christus klonk de stem van de Vader vanuit de hemel: "Deze is mijn Zoon, mijn geliefde", terwijl de Zoon aan de Jordaan stond en de Heilige Geest neerdaalde in de gedaante van een duif en op Christus kwam.((*Matteüs 3:16 *Johannes 1:32))
   - Bij de gedaanteverandering van Christus op de berg stond de Zoon, klonk de stem van de Vader uit de hemel en werd Christus overschaduwd door een wolk, die de Heilige Geest betekent.((*Matteüs 17:1-5))   - Bij de gedaanteverandering van Christus op de berg stond de Zoon, klonk de stem van de Vader uit de hemel en werd Christus overschaduwd door een wolk, die de Heilige Geest betekent.((*Matteüs 17:1-5))
-  - Matteüs 28:19: "Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes"; niet in de namen maar in de naam, om de eenheid van de drie personen te kennen te geven.+  - Matteüs 28:19: "Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes"; niet in de namen maar in de naam, om de eenheid van de drie Personen te kennen te geven.
   - 2 Korintiërs 13:13: "De genade des Heren Jezus Christus, en de liefde Gods, en de gemeenschap des heiligen Geestes zij met u allen".   - 2 Korintiërs 13:13: "De genade des Heren Jezus Christus, en de liefde Gods, en de gemeenschap des heiligen Geestes zij met u allen".
   - 1 Johannes 5:7: "Want drie zijn er, die getuigen [in de hemel: de Vader, het Woord, en de heilige Geest; en deze drie zijn één".   - 1 Johannes 5:7: "Want drie zijn er, die getuigen [in de hemel: de Vader, het Woord, en de heilige Geest; en deze drie zijn één".
Regel 173: Regel 177:
 Jazeker, want de zaak zelf is in de Schrift aanwezig, en dat op twee manieren: Jazeker, want de zaak zelf is in de Schrift aanwezig, en dat op twee manieren:
  
-  - Naar de letter of uitdrukkelijk; of begrijpelijk en door een noodzakelijk gevolg; +  - naar de letter of uitdrukkelijk; of begrijpelijk en door een noodzakelijk gevolg; 
-  - Naar de zin. Want als de zin of de zaak zelf in de Schrift staat, is het de kerk toegelaten woorden te gebruiken die de zaak zelf grondig verklaren. Bovendien noemen we de drie personen in God 'drie-eenheid', niet omdat de Schrift dat zegt, maar omdat ze daar niets tégen zegt. En het woord 'drie' waar 'drie-eenheid' van komt, staat er uitdrukkelijk, in 1 Johannes 5:7: "Want drie zijn er, die getuigen in de hemel". Naar de aard van de woorden, die te herleiden zijn tot een oorsprong, komt 'drieheid' van 'drie', zoals 'eenheid' van 'een' komt.+  - naar de zin; want als de zin of de zaak zelf in de Schrift staat, is het de kerk toegelaten woorden te gebruiken die de zaak zelf grondig verklaren. Bovendien noemen we de drie personen in God 'drie-eenheid', niet omdat de Schrift dat zegt, maar omdat ze daar niets tégen zegt. En het woord 'drie' waar 'drie-eenheid' van komt, staat er uitdrukkelijk, in 1 Johannes 5:7: "Want drie zijn er, die getuigen in de hemel". Naar de aard van de woorden, die te herleiden zijn tot een oorsprong, komt 'drieheid' van 'drie', zoals 'eenheid' van 'een' komt.
  
-==== 5. Waarin verschilt Gods wezen van Zijn personen? ====+==== 5. Waarin verschilt Gods wezen van zijn Personen? ====
  
-Het wezen is een natuur, die niet vóór de drie personen heeft bestaan of buiten die personen om bestaat, maar die hun gemeenschappelijk is, ja, dezelfde en ondeelbare in elk van hen, niet buiten hen, door zichzelf bestaand, namelijk de Godheid zelf. Daarom zijn de wezenlijke eigenschappen, die in de Godheid zijn, qua aantal één. Maar de persoon is een zelfstandigheid in de Goddelijke natuur, die zijn aanzien heeft onderscheiden van de andere door een onmededeelbare eigenschap: want de personen zijn onderscheiden, niet gescheiden zoals drie mensen die inderdaad gescheiden zijn, alhoewel ze in soort één zijn.+Het wezen is een natuur, die niet vóór de drie Personen heeft bestaan of buiten die Personen om bestaat, maar die hun gemeenschappelijk is, ja, dezelfde en ondeelbare in elk van hen, niet buiten hen, door zichzelf bestaand, namelijk de Godheid zelf. Daarom zijn de wezenlijke eigenschappen, die in de Godheid zijn, qua aantal één. Maar de Persoon is een zelfstandigheid in de goddelijke natuur, die zijn aanzien heeft onderscheiden van de andere door een onmededeelbare eigenschap: want de Personen zijn onderscheiden, niet gescheiden zoals drie mensen die inderdaad gescheiden zijn, alhoewel ze in soort één zijn.
  
 De reden is, omdat het Goddelijk Wezen oneindig is en onbegrensd, en daarom geheel in elk van de personen, die van elkaar niet zijn gescheiden, maar alleen van elkaar onderscheiden zijn. Maar het menselijk wezen of het wezen van de engelen is eindig en begrensd, zodat het niet in zijn geheel in een enkel persoon maar een deel in de een en een deel in de ander is. De reden is, omdat het Goddelijk Wezen oneindig is en onbegrensd, en daarom geheel in elk van de personen, die van elkaar niet zijn gescheiden, maar alleen van elkaar onderscheiden zijn. Maar het menselijk wezen of het wezen van de engelen is eindig en begrensd, zodat het niet in zijn geheel in een enkel persoon maar een deel in de een en een deel in de ander is.
Regel 184: Regel 188:
 ==== 6. Hoe zijn de Personen in God van elkaar onderscheiden? ==== ==== 6. Hoe zijn de Personen in God van elkaar onderscheiden? ====
  
-Op twee manieren: innerlijk en uiterlijk. Innerlijk: gerealiseerd door de innerlijke eigenschappen oftewel innerlijke werkingen. Daarvan zegt men: De werken van de Drie-eenheid met betrekking tot die dingen die binnen zijn, zijn onderverdeeld. Dat is: de werken die God doet binnen in Zichzelf, buiten alle schepselen, zijn niet gemeenschappelijk voor de drie Personen, maar gelden voor één Persoon.+Op twee manieren: innerlijk en uiterlijk. Innerlijk: gerealiseerd door de innerlijke eigenschappen oftewel innerlijke werkingen. Daarvan zegt men: de werken van de Drie-eenheid met betrekking tot die dingen die binnen zijn, zijn onderverdeeld. Dat is: de werken die God doet binnen in Zichzelf, buiten alle schepselen, zijn niet gemeenschappelijk voor de drie Personen, maar gelden voor één Persoon.
  
-Want de eigenschap van de Vader is, dat Hij van eeuwigheid, niet gemaakt of geboren, de eeuwige Zoon gebaard heeft die met Hem hetzelfde Wezen is: maar de [eigenschap van de] Zoon, dat Hij niet gemaakt of geschapen, maar van eeuwigheid door de Vader, zonder moeder, geboren is. Hij is wel van Zichzelf omdat Hij God is, maar van de Vader omdat Hij de Zoon is. Want zoals het licht door de zon wordt gebaard, zo wordt de Zoon uit de Vader geboren. Een ander dan de Vader en daarom de tweede in volgorde, in die zin dat Hij geboren is: één en dezelfde met de Vader, in die zin, dat Hij God is. Maar hier moet men denken aan wat Gregorius van Nazianze zei: "Laat de geboorte van God met stilzwijgen geëerd worden, het is genoeg voor u geleerd te hebben, dat Hij geboren is." En de eigenschap van de Heilige Geest is, dat Hij noch gemaakt, noch geboren is, maar van eeuwigheid ongeschapen van beiden uitgaat.+Want de eigenschap van de Vader is, dat Hij van eeuwigheid, niet gemaakt of geboren, de eeuwige Zoon gebaard heeft die met Hem hetzelfde Wezen is: maar de [eigenschap van de] Zoon, dat Hij niet gemaakt of geschapen, maar van eeuwigheid door de Vader, zonder moeder, geboren is. Hij is wel van Zichzelf omdat Hij God is, maar van de Vader omdat Hij de Zoon is. Want zoals het licht door de zon wordt gebaard, zo wordt de Zoon uit de Vader geboren. Hij is een ander dan de Vader en daarom de tweede in volgorde, in die zin dat Hij geboren is: één en dezelfde met de Vader, in die zin, dat Hij God is. Maar hier moet men denken aan wat Gregorius van Nazianze zei: "Laat de geboorte van God met stilzwijgen geëerd worden, het is genoeg voor u geleerd te hebben, dat Hij geboren is." En de eigenschap van de Heilige Geest is, dat Hij noch gemaakt, noch geboren is, maar van eeuwigheid ongeschapen van beiden uitgaat.
  
 ==== 7. Heeft de Zoon zijn godheid ook van de Vader ontvangen? ==== ==== 7. Heeft de Zoon zijn godheid ook van de Vader ontvangen? ====
  
-Als men eenvoudig spreekt van de Zoon, zonder te letten op de Vader, mag men in eigenlijke zin wel zeggen dat Hij op Zichzelf bestaat, en Hem de HEERE noemen, omdat Hij van Zichzelf zijn wezen en alles heeft. Ook is Hij het enige beginsel van alle dingen. Maar als men aandacht geeft aan de onderlinge verhouding die Hij met de Vader heeft, dan zeggen wij terecht dat de Vader het beginsel is van de Zoon, en dat de Zoon alles van de Vader ontvangen heeft, Johannes 3:35. Want het wezen zelf is iets anders dan de wijze van de zelfstandigheid. Daarom zeggen de scholastici dat de Zoon wel bestaat door Zichzelf, maar toch niet van Zichzelf. Want het wezen van de Zoon heeft geen beginsel; maar de Vader is het beginsel van zijn Persoon. Hierom zegt Hilarius: "Het geven van de Vaderis de belijdenis van de aangenomen geboorte." En: "De dingen die Hem van de Vader gegeven zijn, verzwakken de Godheid van Christus niet, maar bevestigen die." En Augustinus zegt: "Christus wordt God genoemd, ten aanzien van Zichzelf, en wordt de Zoon genoemd ten aanzien van de Vader."+Als men eenvoudig spreekt van de Zoon, zonder te letten op de Vader, mag men in eigenlijke zin wel zeggen dat Hij op Zichzelf bestaat, en Hem de HERE noemen, omdat Hij van Zichzelf zijn wezen en alles heeft. Ook is Hij het enige beginsel van alle dingen. Maar als men aandacht geeft aan de onderlinge verhouding die Hij met de Vader heeft, dan zeggen wij terecht dat de Vader het beginsel is van de Zoon, en dat de Zoon alles van de Vader ontvangen heeft, Johannes 3:35. Want het wezen zelf is iets anders dan de wijze van de zelfstandigheid. Daarom zeggen de scholastici dat de Zoon wel bestaat door Zichzelf, maar toch niet van Zichzelf. Want het wezen van de Zoon heeft geen beginsel; maar de Vader is het beginsel van zijn Persoon. Hierom zegt Hilarius: "Het geven van de Vader is de belijdenis van de aangenomen geboorte." En: "De dingen die Hem van de Vader gegeven zijn, verzwakken de Godheid van Christus niet, maar bevestigen die." En Augustinus zegt: "Christus wordt God genoemd, ten aanzien van Zichzelf, en wordt de Zoon genoemd ten aanzien van de Vader."
  
-//Tegenwerping://  De Zoon en de Heilige Geest hebben hun begin: daarom zijn ze niet eeuwig. \\ //Antwoord://  Dit betreft niet een begin van tijd of langdurigheid, maar alleen van volgorde of oorsprong.+//Tegenwerping://  De Zoon en de Heilige Geest hebben hun begin: daarom zijn Zij niet eeuwig. \\ //Antwoord://  Dit betreft niet een begin van tijd of langdurigheid, maar alleen van volgorde of oorsprong.
  
 //De tegenwerpingen van de sabellianen:// //De tegenwerpingen van de sabellianen://
  
-  - //Tegenwerping: //Wie Mij gezien heeft, zegt Christus, die heeft de Vader gezien. En: 'Gelooft gij niet, dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is?Johannes 14:9-10. Dus zijn de Vader en de Zoon één Persoon. \\ //Antwoord://  Als men de Zoon ziet, ziet men ook de Vader, aangezien de Zoon één en hetzelfde wezen heeft met de Vader. En in het vlees geopenbaard, heeft Hij ons de volkomen wil van God verkondigd. Johannes 1:18.+  - //Tegenwerping: //Wie Mij gezien heeft, zegt Christus, die heeft de Vader gezien. En: Gelooft gij niet, dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij is?Johannes 14:9-10. Dus zijn de Vader en de Zoon één Persoon. \\ //Antwoord://  Als men de Zoon ziet, ziet men ook de Vader, aangezien de Zoon één en hetzelfde wezen heeft met de Vader. En in het vlees geopenbaard, heeft Hij ons de volkomen wil van God verkondigd. Johannes 1:18.
   - //Tegenwerping: //Wat in getal één is, kan men zonder Hemzelf tegen te spreken, niet drievoudig genoemd worden. God is immers één in getal, Deuteronomium 6:4. Zo is Hij dus niet drievoudig. \\ //Antwoord://  Die eenheid betekent zijn eenvoudig wezen en niet de manieren, waardoor dit wezen bestaat. Zo is God ten aanzien van zijn wezen ronduit één, omdat Hij ondeelbaar is, en is toch ten aanzien van de inwendige onderlinge verhouding, dat is, volgens de wijze van bestaan, drievoudig.   - //Tegenwerping: //Wat in getal één is, kan men zonder Hemzelf tegen te spreken, niet drievoudig genoemd worden. God is immers één in getal, Deuteronomium 6:4. Zo is Hij dus niet drievoudig. \\ //Antwoord://  Die eenheid betekent zijn eenvoudig wezen en niet de manieren, waardoor dit wezen bestaat. Zo is God ten aanzien van zijn wezen ronduit één, omdat Hij ondeelbaar is, en is toch ten aanzien van de inwendige onderlinge verhouding, dat is, volgens de wijze van bestaan, drievoudig.
-  - //Tegenwerping: //Omdat het zijn van de Vader anders is, en het zijn van de Zoon iets anders, en het zijn van de Heilige Geest ook iets anders - moet hieruit volgen dat er in God drie onderscheiden wezenlijke dingen zijn; en daarom drie onderscheiden wezens. \\ //Antwoord://  Het zijn van de Vader betekent niet zijn wezen, aangezien Hij zonder meer God is, maar waardoor Hij de Vader is, dat is, in de zin Hij op een andere wijze bestaat dan de Zoon. Daarom is het zijn van de Zoon wel iets anders dan het zijn van de Vader, maar toch is het wezen van hun beiden één en dezelfde. +  - //Tegenwerping: //Omdat het zijn van de Vader anders is, en het zijn van de Zoon iets anders, en het zijn van de Heilige Geest ook iets anders - moet hieruit volgen dat er in God drie onderscheiden wezenlijke dingen zijn; en daarom drie onderscheiden wezens. \\ //Antwoord://  Het zijn van de Vader betekent niet zijn wezen, aangezien Hij zonder meer God is, maar waardoor Hij de Vader is, dat is, in de zin dat Hij op een andere wijze bestaat dan de Zoon. Daarom is het zijn van de Zoon wel iets anders dan het zijn van de Vader, maar toch is het wezen van hun beiden één en dezelfde. 
-  - //Tegenwerping: //Als er drie Personen zijn, die echt onderscheiden zijn, en daarnaast alleen een enig wezen, dan moet er in God een viervoudigheid zijn. \\ //Antwoord://  Dat is verkeerd geredeneerd. Want het wezen is alleen van de personen onderscheiden in het verstand, maar de Personen zijn van elkaar onderscheiden in het verstand en in het zijn. +  - //Tegenwerping: //Als er drie Personen zijn, die echt onderscheiden zijn, en daarnaast alleen een enig Wezen, dan moet er in God een viervoudigheid zijn. \\ //Antwoord://  Dat is verkeerd geredeneerd. Want het Wezen is alleen van de Personen onderscheiden in het verstand, maar de Personen zijn van elkaar onderscheiden in het verstand en in het zijn. 
-  - //Tegenwerping: //De Vader heeft de Zoon gebaard. Dus, of Hij was er, of Hij was er niet, maar het een en tegelijk het ander is ongerijmd. \\ //Antwoord://  Men mag met recht zeggen dat de Vader de Zoon gebaard heeft, die er al was: want de Vader is nooit zonder de Zoon geweest, zoals de zon ook niet zonder haar licht. Men mag ook nog een keer zeggen, dat Hij Hem gebaard heeft, als Hij er niet was, in zoverre de geboorte, alhoewel deze eeuwig is, wat de volgorde betreft aan het bestaan voorafgaat, zoals de zon eerder is dan haar licht.+  - //Tegenwerping: //De Vader heeft de Zoon gebaard. Dus, of Hij was er, of Hij was er niet, maar het een en tegelijk het ander is ongerijmd. \\ //Antwoord://  Men mag met recht zeggen dat de Vader de Zoon gebaard heeft, die er al was: want de Vader is nooit zonder de Zoon geweest, zoals de zon ook niet zonder haar licht. Men mag ook nog een keer zeggen, dat Hij Hem gebaard heeft, als Hij er niet was, in zoverre de geboorte, alhoewel deze eeuwig is, wat de volgorde betreft aan het bestaan voorafgaat, zoals de zon er eerder is dan haar licht.
  
 ==== 8. Bestaat dit onderscheid alleen in het verstand of in het wezen of inderdaad zelf? ==== ==== 8. Bestaat dit onderscheid alleen in het verstand of in het wezen of inderdaad zelf? ====
  
-Dit onderscheid is niet wezenlijk, zoals in de schepselen, omdat een ieder zijn eigen en bepaalde eigenschap of hoedanigheid heeft. Want het wezen van de Vader is geen ander dan het wezen van de Zoon en geen ander dan dat van de Heilige Geest, maar één en hetzelfde, dat de Vader de Zoon geheel meedeelt, en dat de Vader en de Zoon  geheel aan de Heilige Geest meedelen . Het onderscheid bestaat ook niet in het verstand, want Hij wordt niet alleen met het verstand of met woorden Vader, Zoon en Heilige Geest genoemd. Het onderscheid bestaat ook op de manier zoals een mens vader of zoon kan zijn en genoemd worden. Maar het bestaat inderdaad zelf en is ook onbegrijpelijk, want iedere Persoon heeft zijn bijzondere bepaling; zijn zelfstandige en onmededeelbare eigenschap en is onderscheiden van de andere, niet door het wezen, maar door de manier van de zelfstandigheid.+Dit onderscheid is niet wezenlijk, zoals in de schepselen, omdat een ieder zijn eigen en bepaalde eigenschap of hoedanigheid heeft. Want het wezen van de Vader is geen ander dan het wezen van de Zoon en geen ander dan dat van de Heilige Geest, maar één en hetzelfde, dat de Vader de Zoon geheel meedeelt, en dat de Vader en de Zoon  geheel aan de Heilige Geest meedelen. Het onderscheid bestaat ook niet in het verstand, want Hij wordt niet alleen met het verstand of met woorden Vader, Zoon en Heilige Geest genoemd. Het onderscheid bestaat ook op de manier zoals een mens vader of zoon kan zijn en genoemd worden. Maar het bestaat inderdaad zelf en is ook onbegrijpelijk, want iedere Persoon heeft zijn bijzondere bepaling; zijn zelfstandige en onmededeelbare eigenschap en is onderscheiden van de andere, niet door het wezen, maar door de manier van de zelfstandigheid.
  
 ==== 9. Wat is het uiterlijk onderscheid? ==== ==== 9. Wat is het uiterlijk onderscheid? ====
  
-Dat is te ontlenen aan de werken van God door de dingen die buiten Hem zijn. De Vader zendt de Zoon; de Zoon die gezonden is, is de Verlosser; de Heilige Geest is de Heiligmaker. Ook in de Artikelen van het geloof is de Vader van de Zoon onderscheiden door de schepping, de Zoon door de menswording, en de Heilige Geest van beide door de beschrijving in de gedaante van een duif, Matteüs 3:16 en in de gedaante van gedeelde tongen, Handelingen 2:3, ook door de heiligmaking en wedergeboorte. En toch doet één en dezelfde God alles, zoals gezegd is: 'De werken van de Drie-eenheid tot de dingen die buiten Hem, zijn ondeelbaar'. Daarom moet men hier denken aan de spreuk van Gregorius van Nazianze: 'Ik kan het Ene niet bedenken, of ik wordt met de glans van de Drie beschenen, noch kan ik de Drie niet onderscheiden, of ik wordt meteen tot het Ene gebracht.' Vervolgens is in de Goddelijke Personen wel een orde, maar ongelijkheid is er niet. Onderscheiding is er, maar geen scheiding.+Dat is te ontlenen aan de werken van God door de dingen die buiten Hem zijn. De Vader zendt de Zoon; de Zoon die gezonden is, is de Verlosser; de Heilige Geest is de Heiligmaker. Ook in de Artikelen van het geloof is de Vader van de Zoon onderscheiden door de schepping, de Zoon door de menswording, en de Heilige Geest van beide door de beschrijving in de gedaante van een duif, Matteüs 3:16 en in de gedaante van gedeelde tongen, Handelingen 2:3, ook door de heiligmaking en wedergeboorte. En toch doet één en dezelfde God alles, zoals gezegd is: 'De werken van de Drie-eenheid tot de dingen buiten Hem, zijn ondeelbaar'. Daarom moet men hier denken aan de spreuk van Gregorius van Nazianze: 'Ik kan het Ene niet bedenken, of ik wordt met de glans van de Drie beschenen, noch kan ik de Drie niet onderscheiden, of ik wordt meteen tot het Ene gebracht.' Vervolgens is in de goddelijke Personen wel een orde, maar ongelijkheid is er niet. Onderscheiding is er, maar geen scheiding.
  
 ==== 10. Wat strijdt hiertegen? ==== ==== 10. Wat strijdt hiertegen? ====
Regel 215: Regel 219:
   - De ketterij van Samosatenus, die heeft geleerd dat de Zoon niet in meerdere zin zijn zelfstandigheid in God heeft als de wijsheid, rechtvaardigheid en goedheid.   - De ketterij van Samosatenus, die heeft geleerd dat de Zoon niet in meerdere zin zijn zelfstandigheid in God heeft als de wijsheid, rechtvaardigheid en goedheid.
   - Die van Arius, die geloochend heeft dat de Zoon uit het wezen van de Vader geboren was. Dat Hij eveneens eeuwig is, gelijk aan en naar zijn Persoon eenswezens met de Vader.   - Die van Arius, die geloochend heeft dat de Zoon uit het wezen van de Vader geboren was. Dat Hij eveneens eeuwig is, gelijk aan en naar zijn Persoon eenswezens met de Vader.
-  - Van Servet, die gezegd heeft dat het woord 'persoon', niet anders moet verstaan worden, dan zoals het in de toneelspelen in overeenstemming met de gestalte en het onderscheid van het ambt werd begrepen. +  - Van Servet, die gezegd heeft dat het woord "persoonniet anders moet verstaan worden, dan zoals het in de toneelspelen in overeenstemming met de gestalte en het onderscheid van het ambt werd begrepen. 
-  - De ketterij van de tritheïsten, die de drie Personen in drie wezens veranderen. Zij ontkennen dat de Zoon van God naar Zijn wezen van hetzelfde wezen is als de Vader, en dat Hij van Zichzelf God is.+  - De ketterij van de tritheïsten, die de drie Personen in drie wezens veranderen. Zij ontkennen dat de Zoon van God naar zijn wezen van hetzelfde wezen is als de Vader, en dat Hij van Zichzelf God is.
   - De blindheid van de joden, die stellen dat het wezen van God niet onderscheiden is.   - De blindheid van de joden, die stellen dat het wezen van God niet onderscheiden is.
  
Regel 222: Regel 226:
  
   - //Tegenwerping://  Als er meer Jehova's zijn, zijn er ook meer wezens. Het eerste is waar, zoals in Genesis 19:24 staat: Toen liet de HERE zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de HERE, uit de hemel. Dat is de Zoon van de Vader. Daarom is de Zoon in wezen onderscheiden van de Vader. \\ //Antwoord://  Het is een Hebreeuwse manier van spreken waardoor te kennen wordt gegeven dat God op een wonderbaarlijke wijze van Zichzelf vuur van de hemel heeft geregend. Ten andere wordt de naam Jahwe soms persoonlijk genomen. Er is dus onderscheid in de Personen, niet in het wezen.   - //Tegenwerping://  Als er meer Jehova's zijn, zijn er ook meer wezens. Het eerste is waar, zoals in Genesis 19:24 staat: Toen liet de HERE zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de HERE, uit de hemel. Dat is de Zoon van de Vader. Daarom is de Zoon in wezen onderscheiden van de Vader. \\ //Antwoord://  Het is een Hebreeuwse manier van spreken waardoor te kennen wordt gegeven dat God op een wonderbaarlijke wijze van Zichzelf vuur van de hemel heeft geregend. Ten andere wordt de naam Jahwe soms persoonlijk genomen. Er is dus onderscheid in de Personen, niet in het wezen.
-  - //Tegenwerping://  Het leven van de Zoon is anders dan het leven van de Vader, zoals in Johannes 5:26 staat: Want gelijk de Vader leven heeft in Zichzelf, heeft Hij ook de Zoon gegeven, leven te hebben in Zichzelf. Daarom  moet het dus wel een ander wezen zijn. \\ //Antwoord 1://  Deze tekst moet verstaan worden van de macht die Christus meegedeeld is ten aanzien van zijn Middelaarsambt. \\ //Antwoord 2://  Alhoewel het leven van de Zoon van de Vader komt, ten aanzien van de oorsprong van zijn Persoon, is het toch van Hemzelf, als het zonder dit inzicht beschouwd wordt, en is het dus hetzelfde, met het leven van de Vader.+  - //Tegenwerping://  Het leven van de Zoon is anders dan het leven van de Vader, zoals in Johannes 5:26 staat: Want gelijk de Vader leven heeft in Zichzelf, heeft Hij ook de Zoon gegeven, leven te hebben in Zichzelf. Daarom  moet het dus wel een ander wezen zijn. \\ //Antwoord 1://  Deze tekst moet verstaan worden van de macht die Christus meegedeeld is ten aanzien van zijn middelaarsambt. \\ //Antwoord 2://  Alhoewel het leven van de Zoon van de Vader komt, ten aanzien van de oorsprong van zijn Persoon, is het toch van Hemzelf, als het zonder dit inzicht beschouwd wordt, en is het dus hetzelfde, met het leven van de Vader.
   - //Tegenwerping://  De werkingen van Hen zijn onderscheiden, daarom zijn hun wezens ook onderscheiden. Maar de werkingen van de Vader, van de Zoon en van de Heilige Geest zijn onderscheiden, dus, trek de conclusie maar. \\ //Antwoord://  Het eerste deel van dit flauwe argument is waar wat betreft de natuurlijke en uitwendige werkingen, maar het tweede is niet waar. Als het eerste deel spreekt van persoonlijke en inwendige werkingen, is het niet waar, want deze werkingen nemen de eenheid van het wezen niet weg;  het wezen is immers één in getal, en geheel in ieder Persoon.   - //Tegenwerping://  De werkingen van Hen zijn onderscheiden, daarom zijn hun wezens ook onderscheiden. Maar de werkingen van de Vader, van de Zoon en van de Heilige Geest zijn onderscheiden, dus, trek de conclusie maar. \\ //Antwoord://  Het eerste deel van dit flauwe argument is waar wat betreft de natuurlijke en uitwendige werkingen, maar het tweede is niet waar. Als het eerste deel spreekt van persoonlijke en inwendige werkingen, is het niet waar, want deze werkingen nemen de eenheid van het wezen niet weg;  het wezen is immers één in getal, en geheel in ieder Persoon.
-  - //Tegenwerping://  De macht van de Personen is niet één, want de Vader kan baren, de Zoon niet, zo is het dan ook niet één wezen. \\ //Antwoord://  Het betreft een natuurlijke, niet een persoonlijke macht, gelijk het één natuur is maar niet één persoon.+  - //Tegenwerping://  De macht van de Personen is niet één, want de Vader kan baren, de Zoon niet; het is dan ook niet één wezen. \\ //Antwoord://  Het betreft een natuurlijke, niet een persoonlijke macht,  zoals het één natuur is maar niet één persoon.
   - //Tegenwerping://  Het wezen van de Vader wordt aan de Zoon door geboorte meegedeeld. Daarom is het een ander in de Vader dan in de Zoon, omdat het een ander wezen is dat baart dan dat geboren wordt. \\ //Antwoord://  Men moet onderscheid maken tussen baren en meedelen. Want de persoon baart en wordt gebaard, maar het wezen baart niet, en wordt ook niet gebaard, maar wordt meegedeeld.   - //Tegenwerping://  Het wezen van de Vader wordt aan de Zoon door geboorte meegedeeld. Daarom is het een ander in de Vader dan in de Zoon, omdat het een ander wezen is dat baart dan dat geboren wordt. \\ //Antwoord://  Men moet onderscheid maken tussen baren en meedelen. Want de persoon baart en wordt gebaard, maar het wezen baart niet, en wordt ook niet gebaard, maar wordt meegedeeld.
   - //Tegenwerping: //Als het zo is dat het wezen van de Vader en van de Zoon één is, dan moet daaruit volgen dat ook de Vader mens was geworden, maar dat is ongerijmd. Daarom is het eerste ook ongerijmd. \\ //Antwoord://  Niet het wezen van God zelf, op zich beschouwd, is mens geworden, maar de Persoon van de Zoon. En alhoewel de Persoon van de Zoon heel het wezen van God in Zich heeft, nochtans wordt deze, vanwege zijn eigen wijze van bestaan, van de Persoon van de Vader onderscheiden.   - //Tegenwerping: //Als het zo is dat het wezen van de Vader en van de Zoon één is, dan moet daaruit volgen dat ook de Vader mens was geworden, maar dat is ongerijmd. Daarom is het eerste ook ongerijmd. \\ //Antwoord://  Niet het wezen van God zelf, op zich beschouwd, is mens geworden, maar de Persoon van de Zoon. En alhoewel de Persoon van de Zoon heel het wezen van God in Zich heeft, nochtans wordt deze, vanwege zijn eigen wijze van bestaan, van de Persoon van de Vader onderscheiden.
-  - //Tegenwerping://  Als het wezen van de Vader en de Zoon één was, zou de Zoon Middelaar van Zichzelf zijn. \\ //Antwoord://  De Zoon is alleen Middelaar tussen ons en de Vader, en niet zonder meer tussen ons en het goddelijk wezen. En het ambt van de Middelaar hangt naar zijn welbehagen aan Gods wil en beschikking.+  - //Tegenwerping://  Als het wezen van de Vader en de Zoon één was, zou de Zoon Middelaar van Zichzelf zijn. \\ //Antwoord://  De Zoon is alleen Middelaar tussen ons en de Vader, en niet zonder meer tussen ons en het goddelijk Wezen. En het ambt van de Middelaar hangt naar zijn welbehagen aan Gods wil en beschikking.
  
  


Paginahulpmiddelen