Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
| Beide kanten vorige revisieVorige revisieVolgende revisie | Vorige revisie | ||
| institutie:23 [23-06-2025 om 09.57 uur] – Cornelis Bregman | institutie:23 [19-09-2025 om 15.37 uur] (huidige) – ds. J.H. Zwart | ||
|---|---|---|---|
| Regel 41: | Regel 41: | ||
| De smart, de pijn en het lijden van het hart die Christus vooral in steeds sterkere mate ervaren heeft nadat Hij het avondmaal had ingesteld. | De smart, de pijn en het lijden van het hart die Christus vooral in steeds sterkere mate ervaren heeft nadat Hij het avondmaal had ingesteld. | ||
| - | - In de hof van Getsemané | + | - In de hof van Getsemane |
| - Dat lijden wordt zo groot dat zijn zweet vanwege de bitterheid ervan als bloeddruppels werd (Lucas 22:44). Ten slotte roept Hij als Hij aan het kruis door deze smarten als het ware overweldigd wordt: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten? | - Dat lijden wordt zo groot dat zijn zweet vanwege de bitterheid ervan als bloeddruppels werd (Lucas 22:44). Ten slotte roept Hij als Hij aan het kruis door deze smarten als het ware overweldigd wordt: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten? | ||
| Regel 55: | Regel 55: | ||
| ==== 8. Wat is het lijden van het lichaam geweest? ==== | ==== 8. Wat is het lijden van het lichaam geweest? ==== | ||
| - | Naast de pijnen die Hij in de ziel geleden heeft, onderging Hij ook het lichamelijk lijden. Dat kan worden afgebakend aan de hand van de plaatsen waarin Hij op verschillende manieren benauwdheden en smarten onderging, zoals de hof [van Gethsémané], het huis van Kajafas, de vergaderzaal van het Sanhedrin, het rechthuis van Pilatus, en de plaats buiten de stad waar moordenaars altijd gestraft werden. | + | Naast de pijnen die Hij in de ziel geleden heeft, onderging Hij ook het lichamelijk lijden. Dat kan worden afgebakend aan de hand van de plaatsen waarin Hij op verschillende manieren benauwdheden en smarten onderging, zoals de hof [van Getsemane], het huis van Kajafas, de vergaderzaal van het Sanhedrin, het rechthuis van Pilatus, en de plaats buiten de stad waar moordenaars altijd gestraft werden. |
| ==== 9. Hoe heeft Hij in de hof [van Getsemane] geleden? ==== | ==== 9. Hoe heeft Hij in de hof [van Getsemane] geleden? ==== | ||
| Regel 67: | Regel 67: | ||
| Om de zonde die de eerste Adam in de hof van het Paradijs begaan had, zou worden uitgewist. | Om de zonde die de eerste Adam in de hof van het Paradijs begaan had, zou worden uitgewist. | ||
| - | ==== 11. Welk lijden onderging Jezus in het in het huis van Kajafas of in de vergaderzaal van het Sanhedrin? ==== | + | ==== 11. Welk lijden onderging Jezus in het huis van Kajafas of in de vergaderzaal van het Sanhedrin? ==== |
| - Hij werd voor de Joodse raad gesteld; Hij mocht namelijk niet in een oploop gedood worden, maar moest ter wille van ons voor de raad gesteld worden. Wij waren immers onderworpen aan het vonnis van de eeuwige Rechter en hebben verdiend om vanwege onze misdaden voor eeuwig verdoemd te worden. | - Hij werd voor de Joodse raad gesteld; Hij mocht namelijk niet in een oploop gedood worden, maar moest ter wille van ons voor de raad gesteld worden. Wij waren immers onderworpen aan het vonnis van de eeuwige Rechter en hebben verdiend om vanwege onze misdaden voor eeuwig verdoemd te worden. | ||
| - Hij werd daar bespot. | - Hij werd daar bespot. | ||
| - | - Hij kreeg scheldwoorden naar Zich toe en werd door valse getuigenissen beschuldigd dat Hij de tempel wilde afbreken | + | - Hij kreeg scheldwoorden naar Zich toe en werd door valse getuigenissen beschuldigd dat Hij de tempel wilde afbreken. |
| - Hij wordt gedwongen om voor de levende God te getuigen dat Hij de Christus is, de Zoon van God. | - Hij wordt gedwongen om voor de levende God te getuigen dat Hij de Christus is, de Zoon van God. | ||
| - Toen Hij de waarheid sprak, werd Hij direct vanwege godslastering veroordeeld; | - Toen Hij de waarheid sprak, werd Hij direct vanwege godslastering veroordeeld; | ||
| Regel 83: | Regel 83: | ||
| - Jezus wordt voor de Romeinse stadhouder Pontius Pilatus gesteld, en daaruit wordt duidelijk dat toen Christus het lijden onderging, de koninklijke scepter van het huis Juda (Genesis 49:10) was weggenomen, zoals al voorzegd was. Men kon dan ook geen andere Messias meer verwachten. Christus werd hier onschuldig door de aardse rechter ter wille van ons veroordeeld, | - Jezus wordt voor de Romeinse stadhouder Pontius Pilatus gesteld, en daaruit wordt duidelijk dat toen Christus het lijden onderging, de koninklijke scepter van het huis Juda (Genesis 49:10) was weggenomen, zoals al voorzegd was. Men kon dan ook geen andere Messias meer verwachten. Christus werd hier onschuldig door de aardse rechter ter wille van ons veroordeeld, | ||
| - | - Hier wordt Jezus van drie misdaden beschuldigd: | + | - Hier wordt Jezus van drie misdaden beschuldigd: |
| - | - Op dezelfde tijd en plaats wordt Christus echter ook door de rechter onschuldig verklaard, omdat Hij in Zichzelf rein. Hij werd ook niet om zijn eigen schuld maar vanwege de schuld van anderen beschuldigd, | + | - Op dezelfde tijd en plaats wordt Christus echter ook door de rechter onschuldig verklaard, omdat Hij in Zichzelf rein is. Hij werd ook niet om zijn eigen schuld maar vanwege de schuld van anderen beschuldigd, |
| - Hij werd als een misdadiger die de dood verdiend had, door de rechter op zijn rechterstoel in naam van de keizer en namens het gehele Romeinse rijk veroordeeld. Zo heeft Hij Zich als Borg voor ons die schuldig waren aan de eeuwige dood, voor de eeuwige Rechter gesteld. | - Hij werd als een misdadiger die de dood verdiend had, door de rechter op zijn rechterstoel in naam van de keizer en namens het gehele Romeinse rijk veroordeeld. Zo heeft Hij Zich als Borg voor ons die schuldig waren aan de eeuwige dood, voor de eeuwige Rechter gesteld. | ||
| - | - Toen Hij veroordeeld werd als iemand die de staat schade aanricht, werd Hij door de soldaten bespot en om Hem nog meer te verachten kreeg Hij een soldatenjas of een purperen mantel omgehangen; ze zetten ook een doornenkroon op zijn hoofd, en gaven Hem in plaats van een scepter een rietstok in zijn rechterhand om Hem duidelijk te maken hoe ellendig, jammerlijk, belachelijk en zwak zijn koninkrijk was. Ze bespotten Hem en bogen zich voor Hem neer, terwijl ze spottend uitriepen: Wees gegroet, koning der Joden!’ Ze spuwden Hem opnieuw in het gezicht, gaven Hem vuistslagen in het gezicht en sloegen met stokken op zijn heilig hoofd. | + | - Toen Hij veroordeeld werd als iemand die de staat schade aanricht, werd Hij door de soldaten bespot en om Hem nog meer te verachten kreeg Hij een soldatenjas of een purperen mantel omgehangen; ze zetten ook een doornenkroon op zijn hoofd, en gaven Hem in plaats van een scepter een rietstok in zijn rechterhand om Hem duidelijk te maken hoe ellendig, jammerlijk, belachelijk en zwak zijn koninkrijk was. Ze bespotten Hem en bogen zich voor Hem neer, terwijl ze spottend uitriepen: Wees gegroet, koning der Joden! Ze spuwden Hem opnieuw in het gezicht, gaven Hem vuistslagen in het gezicht en sloegen met stokken op zijn heilig hoofd. |
| Als men zijn eigen Persoon aanziet, heeft Christus al deze dingen ten onrechte ondergaan. Maar als men let op de persoon die Hij op Zich genomen heeft, namelijk ons – dan is het juist goed, want “de Here heeft ons aller ongerechtigheid op Hem doen neerkomen” (Jesaja 53:6). Hij heeft de smaad en hoon geleden die wij verdiend hadden; en zo heeft Hij ons daarvan bevrijd. | Als men zijn eigen Persoon aanziet, heeft Christus al deze dingen ten onrechte ondergaan. Maar als men let op de persoon die Hij op Zich genomen heeft, namelijk ons – dan is het juist goed, want “de Here heeft ons aller ongerechtigheid op Hem doen neerkomen” (Jesaja 53:6). Hij heeft de smaad en hoon geleden die wij verdiend hadden; en zo heeft Hij ons daarvan bevrijd. | ||
| Regel 92: | Regel 92: | ||
| ==== 13. Welk lijden onderging Hij buiten het rechthuis? ==== | ==== 13. Welk lijden onderging Hij buiten het rechthuis? ==== | ||
| - | - Nadat Hem die purperen mantel weer was uitgedaan, werd Hij tot buiten Jeruzalem gebracht terwijl Hij zijn kruis droeg waaraan Hij vastgenageld zou worden. Dit was ooit al vooraf uitgebeeld in Izak [die de takken voor het offer droeg].((*Genesis 22:6)) Het lichaam van de dieren waarop de zonden van het volk gelegd waren, werd buiten de legerplaats verbrand (Hebreeën 13:11). Daarom was dat lichaam vervloekt, wat ook de reden was waarom de priesters er niet van mochten eten.((*Leviticus 4:11 *Leviticus 6:30 *Leviticus 10:17)) Zo droeg Christus met het kruis als een teken van ons oordeel, onze zonden en het oordeel dat wij verdiend hadden, tot buiten Jeruzalem. En zo werd Hij die in Zichzelf zuiver en onschuldig was, voor ons tot een vloek((*Galaten 3:13)) of tot een vervloekt offer, dat niet thuishoorde in het gezelschap van mensen. Dit alles deed Hij opdat gekend zou worden als het enige Offer waardoor de zonde van de wereld verzoend wordt.\\ Simon van Cyrene werd wel gedwongen de last van het kruis van Christus – die wegens grote vermoeidheid en droefheid daaronder bezweek – op zich te nemen, | + | - Nadat Hem die purperen mantel weer was uitgedaan, werd Hij tot buiten Jeruzalem gebracht terwijl Hij zijn kruis droeg waaraan Hij vastgenageld zou worden. Dit was ooit al vooraf uitgebeeld in Izak [die de takken voor het offer droeg].((*Genesis 22:6)) Het lichaam van de dieren waarop de zonden van het volk gelegd waren, werd buiten de legerplaats verbrand (Hebreeën 13:11). Daarom was dat lichaam vervloekt, wat ook de reden was waarom de priesters er niet van mochten eten.((*Leviticus 4:11 *Leviticus 6:30 *Leviticus 10:17)) Zo droeg Christus met het kruis als een teken van ons oordeel, onze zonden en het oordeel dat wij verdiend hadden, tot buiten Jeruzalem. En zo werd Hij die in Zichzelf zuiver en onschuldig was, voor ons tot een vloek((*Galaten 3:13)) of tot een vervloekt offer, dat niet thuishoorde in het gezelschap van mensen. Dit alles deed Hij opdat Hij gekend zou worden als het enige Offer waardoor de zonde van de wereld verzoend wordt.\\ Simon van Cyrene werd wel gedwongen de last van het kruis van Christus – die wegens grote vermoeidheid en droefheid daaronder bezweek – op zich te nemen, |
| - Hij werd naar de Hoofdschedelplaats geleid, in het Hebreeuws Golgotha genoemd, waar gewoonlijk de rebellen, moordenaars en andere boosdoeners op een smadelijke manier gestraft werden – en zo werd Hij veracht en de onwaardigste onder de mensen, zoals in Jesaja 53:3 al voorzegd was. | - Hij werd naar de Hoofdschedelplaats geleid, in het Hebreeuws Golgotha genoemd, waar gewoonlijk de rebellen, moordenaars en andere boosdoeners op een smadelijke manier gestraft werden – en zo werd Hij veracht en de onwaardigste onder de mensen, zoals in Jesaja 53:3 al voorzegd was. | ||
| - | - Hij werd gekruisigd. In die tijd was er geen wredere en ook geen smadelijker straf dan deze. Zoals we in Psalm 22:17 kunnen lezen en begrijpen uit de woorden van Thomas in Johannes 20:25 werden degenen | + | - Hij werd gekruisigd. In die tijd was er geen wredere en ook geen smadelijker straf dan deze. Zoals we in Psalm 22:17 kunnen lezen en begrijpen uit de woorden van Thomas in Johannes 20:25 werd degene |
| - Hij hing tussen twee moordenaars als hun leider, opdat de Schrift vervuld zou worden: “omdat Hij (…) onder de overtreders werd geteld, terwijl Hij toch veler zonden gedragen en voor de overtreders gebeden heeft” (Jes. 53:12). Hij hing daar, opdat Hij de straf die wij verdiend hadden, zou dragen en ons in het rijk van zijn Vader aan de engelen gelijk zou maken. Door deze straf te dragen heeft Hij ook alle verachte plaatsen waar gestraft wordt en de straf van misdadigers zelf geheiligd, opdat niemand zou denken dat de verachtelijkheid daarvan degenen die in Hem geloven bij God tot enig nadeel strekt en de zaligheid van mensen zou verhinderen. | - Hij hing tussen twee moordenaars als hun leider, opdat de Schrift vervuld zou worden: “omdat Hij (…) onder de overtreders werd geteld, terwijl Hij toch veler zonden gedragen en voor de overtreders gebeden heeft” (Jes. 53:12). Hij hing daar, opdat Hij de straf die wij verdiend hadden, zou dragen en ons in het rijk van zijn Vader aan de engelen gelijk zou maken. Door deze straf te dragen heeft Hij ook alle verachte plaatsen waar gestraft wordt en de straf van misdadigers zelf geheiligd, opdat niemand zou denken dat de verachtelijkheid daarvan degenen die in Hem geloven bij God tot enig nadeel strekt en de zaligheid van mensen zou verhinderen. | ||
| - | - Hij werd met uitgestrekte handen gekruisigd, zodat Hij met één hand de Joden en met de andere hand de heidenen tot Hem nodigde om aan hen allen zijn verdienste aan te bieden; maar Hij deed dit ook Rechter van allen zal zijn, die sommigen aan zijn rechterhand en sommigen aan zijn linkerhand zal plaatsen. | + | - Hij werd met uitgestrekte handen gekruisigd, zodat Hij met één hand de Joden en met de andere hand de heidenen tot Hem nodigde om aan hen allen zijn verdienste aan te bieden; maar Hij deed dit ook omdat Hij Rechter van allen zal zijn, die sommigen aan zijn rechterhand en sommigen aan zijn linkerhand zal plaatsen. |
| - | - Hij hing drie hele uren levend aan het kruis, namelijk van zes tot negen uur, dat is bij ons van ’s middags twaalf uur tot drie uur ’s middags. Deze allerergste smaad voor Christus is het gevolg van onze trots en verwaandheid, | + | - Hij hing drie hele uren levend aan het kruis, namelijk van zes tot negen uur, dat is bij ons van ’s middags twaalf uur tot drie uur in de middag. Deze allerergste smaad voor Christus is het gevolg van onze trots en verwaandheid, |
| - | - Hij hing daar ook naakt om te betalen voor de zonde van onze eerste ouders, bij wie het kleed van onschuld werd weggenomen, en om ons met Zijn onschuld, heerlijkheid en onsterfelijkheid te bekleden en ons met zijn armoede rijk te maken. Zo kon de tweede Mens op zó’n manier | + | - Hij hing daar ook naakt om ons met zijn onschuld, heerlijkheid en onsterfelijkheid te bekleden en ons met zijn armoede rijk te maken. Zo kon de tweede Mens het Paradijs binnengaan zoals de eerste mens daar gewoond had. Zijn kleren werden ook door het lot van het verachte dobbelspel onder elkaar verdeeld, zoals al gezegd was in Psalm 22:19, opdat wij door deze dingen zouden geloven dat Hij Degene was die komen zou. |
| - Hij had dorst, in lichamelijke zin door de bittere pijn en het ervaren van Gods toorn; en in geestelijke zin door zijn vurig verlangen naar onze zaligheid. | - Hij had dorst, in lichamelijke zin door de bittere pijn en het ervaren van Gods toorn; en in geestelijke zin door zijn vurig verlangen naar onze zaligheid. | ||
| - In plaats van goede wijn, die men tot versterking of verkwikking gewoon was te geven aan hen die de doodstraf moesten ondergaan, kreeg Hij een bittere drank te drinken, gal vermengd met zure wijn. Daarmee werd vervuld wat David in Psalm 69:22 gezegd had. Zo moest de tweede Adam de schuld dragen, omdat de eerste Adam die zoete drank uit de verboden vrucht had opgezogen. | - In plaats van goede wijn, die men tot versterking of verkwikking gewoon was te geven aan hen die de doodstraf moesten ondergaan, kreeg Hij een bittere drank te drinken, gal vermengd met zure wijn. Daarmee werd vervuld wat David in Psalm 69:22 gezegd had. Zo moest de tweede Adam de schuld dragen, omdat de eerste Adam die zoete drank uit de verboden vrucht had opgezogen. | ||
| Regel 116: | Regel 116: | ||
| ==== 16. Maar hoe heeft het kunnen zijn dat de goddelijke natuur verenigd is gebleven met de ziel die in het Paradijs was, en met het lichaam dat op aarde was? ==== | ==== 16. Maar hoe heeft het kunnen zijn dat de goddelijke natuur verenigd is gebleven met de ziel die in het Paradijs was, en met het lichaam dat op aarde was? ==== | ||
| - | Omdat de goddelijke natuur van de Zoon eeuwig en overaltegenwoordig is; en daarom is ze met beide tegelijk geheel en ondeelbaar verenigd gebleven – dus zowel met de ziel van Christus die in het Paradijs was, als met zijn lichaam dat dood in de aarde lag. Omdat de goddelijke natuur éénvoudig en daarom ondeelbaar is, kan men ook niet zeggen dat God een deel van zijn Wezen in de hemel en een deel daarvan op de aarde had. Nee, Hij is geheel in de hemel en geheel op de aarde; en dan niet op verschillende tijden, maar tegelijkertijd – en dat is iets dat voor geen enkel geschapen wezen mogelijk is. Augustinus heeft dan ook gezegd: “Het is een eigenschap van de gehele Drie-eenheid dat ze volledig heel is, en niet gedeeld kan worden door de realiteit van verschillende plaatsen.” | + | Omdat de goddelijke natuur van de Zoon eeuwig en overaltegenwoordig is; en daarom is ze met beide tegelijk geheel en ondeelbaar verenigd gebleven – dus zowel met de ziel van Christus die in het Paradijs was, als met zijn lichaam dat dood in de aarde lag. Omdat de goddelijke natuur éénvoudig en daarom ondeelbaar is, kan men ook niet zeggen dat God een deel van zijn Wezen in de hemel en een deel daarvan op de aarde had. Nee, Hij is geheel in de hemel en geheel op de aarde; en dan niet op verschillende tijden, maar tegelijkertijd – en dat is iets wat voor geen enkel geschapen wezen mogelijk is. Augustinus heeft dan ook gezegd: “Het is een eigenschap van de gehele Drie-eenheid dat ze volledig heel is, en niet gedeeld kan worden door de realiteit van verschillende plaatsen.” |
| ==== 17. Is Christus, toen Hij gestorven was, werkelijk en echt mens geweest? ==== | ==== 17. Is Christus, toen Hij gestorven was, werkelijk en echt mens geweest? ==== | ||
| Regel 145: | Regel 145: | ||
| - Het werk van zo iemand, namelijk van Hem Die mens en God is, heeft een oneindige verdienste. | - Het werk van zo iemand, namelijk van Hem Die mens en God is, heeft een oneindige verdienste. | ||
| - | ==== 22. Het gebed van Christus in de hof van Gethsémané, dat driemaal in de evangeliën vermeld wordt, luidt: “Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan” (Matteüs 26:39). Hierin is geen sprake van “als Ik wil”, maar “als Gij wilt”. Is dit met de zojuist genoemde gehoorzaamheid in overeenstemming? | + | ==== 22. Het gebed van Christus in de hof van Getsemane, dat driemaal in de evangeliën vermeld wordt, luidt: “Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan” (Matteüs 26:39). Hierin is geen sprake van “als Ik wil”, maar “als Gij wilt”. Is dit met de zojuist genoemde gehoorzaamheid in overeenstemming? |
| Zeer zeker wel! Het gaat erom vanuit welk gezichtspunt men het beziet. Dat Christus het lijden niet gewild heeft, is vanwege de zwakheid van Zijn lichaam, dat begrijpelijkerwijs de dood als een vijand van Zijn zondeloze menselijke natuur ziet en daar heel ontsteld over is. Maar dat Hij het wél gewild heeft, kwam voort uit de gewilligheid van zijn geest. Zijn gehoorzaamheid was namelijk noodzakelijk voor de zaligheid van het menselijke geslacht. Christus Zelf zegt hierover in Matteüs 26:41: “De geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.” Ja, Christus’ gehoorzaamheid blijkt des te duidelijker dat terwijl zijn vlees wilde dat de dingen anders zouden gaan, Hij Zich toch heel eenvoudig aan de wil van Zijn Vader onderwerpt. | Zeer zeker wel! Het gaat erom vanuit welk gezichtspunt men het beziet. Dat Christus het lijden niet gewild heeft, is vanwege de zwakheid van Zijn lichaam, dat begrijpelijkerwijs de dood als een vijand van Zijn zondeloze menselijke natuur ziet en daar heel ontsteld over is. Maar dat Hij het wél gewild heeft, kwam voort uit de gewilligheid van zijn geest. Zijn gehoorzaamheid was namelijk noodzakelijk voor de zaligheid van het menselijke geslacht. Christus Zelf zegt hierover in Matteüs 26:41: “De geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.” Ja, Christus’ gehoorzaamheid blijkt des te duidelijker dat terwijl zijn vlees wilde dat de dingen anders zouden gaan, Hij Zich toch heel eenvoudig aan de wil van Zijn Vader onderwerpt. | ||
| Regel 167: | Regel 167: | ||
| - Het overdenken hoe groot de toorn van God tegen de zonde geweest is, en dat die niet op een andere manier kon worden gestild. | - Het overdenken hoe groot de toorn van God tegen de zonde geweest is, en dat die niet op een andere manier kon worden gestild. | ||
| - | - Het overdenken van Gods zeer grote barmhartigheid, | + | - Het overdenken van Gods zeer grote barmhartigheid, |
| - De onuitsprekelijke verootmoediging van de eeuwige Zoon van God, de Here van alle dingen, Die verworpen werd tot ver beneden elk willekeurig schepsel – wat heeft Hij met die verootmoediging zijn liefde tot het menselijk geslacht laten blijken, waarvoor Hij om het te verlossen zóveel geleden heeft. | - De onuitsprekelijke verootmoediging van de eeuwige Zoon van God, de Here van alle dingen, Die verworpen werd tot ver beneden elk willekeurig schepsel – wat heeft Hij met die verootmoediging zijn liefde tot het menselijk geslacht laten blijken, waarvoor Hij om het te verlossen zóveel geleden heeft. | ||
| - Het vreselijke van de zonde, die we weerspiegeld zien in de smadelijke manier waarop Christus moest sterven. | - Het vreselijke van de zonde, die we weerspiegeld zien in de smadelijke manier waarop Christus moest sterven. | ||
| - | - De levensgang van de gelovigen in deze wereld, die in overeenstemming moet zijn met het Hoofd Christus. Al de dingen van de wereld moeten in ons een haat tegen de zonde teweegbrengen; | + | - De levensgang van de gelovigen in deze wereld, die in overeenstemming moet zijn met het Hoofd Christus. Al de dingen van de wereld moeten in ons een haat tegen de zonde teweegbrengen; |
| ==== 24. Hoe wordt het lijden van Christus ons toegeëigend? | ==== 24. Hoe wordt het lijden van Christus ons toegeëigend? | ||