Institutie van Bucanus

de christelijke leer in vragen en antwoorden


institutie:23

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisieVorige revisie
Volgende revisie
Vorige revisie
institutie:23 [24-06-2025 om 10.00 uur] Cornelis Bregmaninstitutie:23 [19-09-2025 om 15.37 uur] (huidige) ds. J.H. Zwart
Regel 41: Regel 41:
 De smart, de pijn en het lijden van het hart die Christus vooral in steeds sterkere mate ervaren heeft nadat Hij het avondmaal had ingesteld. De smart, de pijn en het lijden van het hart die Christus vooral in steeds sterkere mate ervaren heeft nadat Hij het avondmaal had ingesteld.
  
-  - In de hof van Getsemané voelde Hij dat de toorn van God ontstoken werd tegen onze zonden, en dan roept Hij in grote benauwdheid van zijn hart uit: “Mijn ziel is zeer bedroefd, tot stervens toe”, en ook: “Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan” (Matteüs 26:38,39). Onder de drinkbeker verstaat Hij, zoals dat in het Hebreeuws gebruikelijk is, de toorn van God en straf vanwege onze zonden. Hij zegt er echter dit bij: “Doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt” (Marcus 14:36). Daarmee geeft Hij aan dat er geen tegenstrijdigheid is in zijn wil, maar wel dat er daarin verschillende gevoelens zijn. Dat is op zichzelf niet verkeerd en dat zien we vooral als de wil van de mens aan Gods wil onderworpen is.+  - In de hof van Getsemane voelde Hij dat de toorn van God ontstoken werd tegen onze zonden, en dan roept Hij in grote benauwdheid van zijn hart uit: “Mijn ziel is zeer bedroefd, tot stervens toe”, en ook: “Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan” (Matteüs 26:38,39). Onder de drinkbeker verstaat Hij, zoals dat in het Hebreeuws gebruikelijk is, de toorn van God en straf vanwege onze zonden. Hij zegt er echter dit bij: “Doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt” (Marcus 14:36). Daarmee geeft Hij aan dat er geen tegenstrijdigheid is in zijn wil, maar wel dat er daarin verschillende gevoelens zijn. Dat is op zichzelf niet verkeerd en dat zien we vooral als de wil van de mens aan Gods wil onderworpen is.
   - Dat lijden wordt zo groot dat zijn zweet vanwege de bitterheid ervan als bloeddruppels werd (Lucas 22:44). Ten slotte roept Hij als Hij aan het kruis door deze smarten als het ware overweldigd wordt: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?” (Matteüs 27:46) Dit betekent niet dat God van de Mens Jezus gescheiden was, maar zoals Bernardus zegt, “dat het een verlatenheid was waarin de overstelpende nood geen vertoon van macht en kracht is geweest en evenmin een bewijs van majesteit en heerlijkheid”. Maar de klacht van Christus was niet van iemand die wanhopig is of zijn vertrouwen kwijt is – Hij noemt God immers “Mijn God” – maar van iemand die met een verschrikkelijke beproeving moet strijden en worstelen.\\ Daarom zegt David al in Psalm 18:5-6 als een profetie: “Banden des doods hadden mij omvangen (…), banden van het dodenrijk hadden mij omgeven.” Dit betekent: ik lijd verschrikkelijke pijnen, en die zijn zo erg dat wanneer een engel of zelfs alle engelen deze pijnen moesten verdragen, zij tot niets zouden zijn geworden. In Hebreeën 5:7 lezen we: “Tijdens zijn dagen in het vlees heeft Hij gebeden en smekingen onder sterk geroep en tranen geofferd aan Hem, die Hem uit de dood kon redden, en Hij is verhoord uit zijn angst.” Dat wil zeggen: verlost van de angst en de ontzetting als Hij aan het strenge oordeel van Gods toorn dacht.   - Dat lijden wordt zo groot dat zijn zweet vanwege de bitterheid ervan als bloeddruppels werd (Lucas 22:44). Ten slotte roept Hij als Hij aan het kruis door deze smarten als het ware overweldigd wordt: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?” (Matteüs 27:46) Dit betekent niet dat God van de Mens Jezus gescheiden was, maar zoals Bernardus zegt, “dat het een verlatenheid was waarin de overstelpende nood geen vertoon van macht en kracht is geweest en evenmin een bewijs van majesteit en heerlijkheid”. Maar de klacht van Christus was niet van iemand die wanhopig is of zijn vertrouwen kwijt is – Hij noemt God immers “Mijn God” – maar van iemand die met een verschrikkelijke beproeving moet strijden en worstelen.\\ Daarom zegt David al in Psalm 18:5-6 als een profetie: “Banden des doods hadden mij omvangen (…), banden van het dodenrijk hadden mij omgeven.” Dit betekent: ik lijd verschrikkelijke pijnen, en die zijn zo erg dat wanneer een engel of zelfs alle engelen deze pijnen moesten verdragen, zij tot niets zouden zijn geworden. In Hebreeën 5:7 lezen we: “Tijdens zijn dagen in het vlees heeft Hij gebeden en smekingen onder sterk geroep en tranen geofferd aan Hem, die Hem uit de dood kon redden, en Hij is verhoord uit zijn angst.” Dat wil zeggen: verlost van de angst en de ontzetting als Hij aan het strenge oordeel van Gods toorn dacht.
  
Regel 55: Regel 55:
 ==== 8. Wat is het lijden van het lichaam geweest? ==== ==== 8. Wat is het lijden van het lichaam geweest? ====
  
-Naast de pijnen die Hij in de ziel geleden heeft, onderging Hij ook het lichamelijk lijden. Dat kan worden afgebakend aan de hand van de plaatsen waarin Hij op verschillende manieren benauwdheden en smarten onderging, zoals de hof [van Gethsémané], het huis van Kajafas, de vergaderzaal van het Sanhedrin, het rechthuis van Pilatus, en de plaats buiten de stad waar moordenaars altijd gestraft werden.+Naast de pijnen die Hij in de ziel geleden heeft, onderging Hij ook het lichamelijk lijden. Dat kan worden afgebakend aan de hand van de plaatsen waarin Hij op verschillende manieren benauwdheden en smarten onderging, zoals de hof [van Getsemane], het huis van Kajafas, de vergaderzaal van het Sanhedrin, het rechthuis van Pilatus, en de plaats buiten de stad waar moordenaars altijd gestraft werden.
  
 ==== 9. Hoe heeft Hij in de hof [van Getsemane] geleden? ==== ==== 9. Hoe heeft Hij in de hof [van Getsemane] geleden? ====
Regel 71: Regel 71:
   - Hij werd voor de Joodse raad gesteld; Hij mocht namelijk niet in een oploop gedood worden, maar moest ter wille van ons voor de raad gesteld worden. Wij waren immers onderworpen aan het vonnis van de eeuwige Rechter en hebben verdiend om vanwege onze misdaden voor eeuwig verdoemd te worden.   - Hij werd voor de Joodse raad gesteld; Hij mocht namelijk niet in een oploop gedood worden, maar moest ter wille van ons voor de raad gesteld worden. Wij waren immers onderworpen aan het vonnis van de eeuwige Rechter en hebben verdiend om vanwege onze misdaden voor eeuwig verdoemd te worden.
   - Hij werd daar bespot.   - Hij werd daar bespot.
-  - Hij kreeg scheldwoorden naar Zich toe en werd door valse getuigenissen beschuldigd dat Hij de tempel wilde afbreken+  - Hij kreeg scheldwoorden naar Zich toe en werd door valse getuigenissen beschuldigd dat Hij de tempel wilde afbreken.
   - Hij wordt gedwongen om voor de levende God te getuigen dat Hij de Christus is, de Zoon van God.   - Hij wordt gedwongen om voor de levende God te getuigen dat Hij de Christus is, de Zoon van God.
   - Toen Hij de waarheid sprak, werd Hij direct vanwege godslastering veroordeeld; Hij heeft immers de schuld moeten dragen van de misdaad waarmee de eerste Adam aan God gelijk wilde zijn.   - Toen Hij de waarheid sprak, werd Hij direct vanwege godslastering veroordeeld; Hij heeft immers de schuld moeten dragen van de misdaad waarmee de eerste Adam aan God gelijk wilde zijn.
Regel 86: Regel 86:
   - Op dezelfde tijd en plaats wordt Christus echter ook door de rechter onschuldig verklaard, omdat Hij in Zichzelf rein is. Hij werd ook niet om zijn eigen schuld maar vanwege de schuld van anderen beschuldigd, en zo probeerde men Hem ook los te laten. Hij werd gegeseld om de Joden ertoe te bewegen dat het op deze manier voldoende zou zijn, maar ook dat was tevergeefs. Er kon namelijk gekozen worden tussen de oproermaker en moordenaar Barabbas, en Jezus; en toen werd Hij minder geacht dan Barabbas, en werd met groot getier en oproerig gekrijs door het volk geëist dat Hij gekruisigd zou worden. Dit alles deed Hij, opdat Hij ons de heiligheid van de engelen zou schenken en de waardigheid van de kinderen van God.   - Op dezelfde tijd en plaats wordt Christus echter ook door de rechter onschuldig verklaard, omdat Hij in Zichzelf rein is. Hij werd ook niet om zijn eigen schuld maar vanwege de schuld van anderen beschuldigd, en zo probeerde men Hem ook los te laten. Hij werd gegeseld om de Joden ertoe te bewegen dat het op deze manier voldoende zou zijn, maar ook dat was tevergeefs. Er kon namelijk gekozen worden tussen de oproermaker en moordenaar Barabbas, en Jezus; en toen werd Hij minder geacht dan Barabbas, en werd met groot getier en oproerig gekrijs door het volk geëist dat Hij gekruisigd zou worden. Dit alles deed Hij, opdat Hij ons de heiligheid van de engelen zou schenken en de waardigheid van de kinderen van God.
   - Hij werd als een misdadiger die de dood verdiend had, door de rechter op zijn rechterstoel in naam van de keizer en namens het gehele Romeinse rijk veroordeeld. Zo heeft Hij Zich als Borg voor ons die schuldig waren aan de eeuwige dood, voor de eeuwige Rechter gesteld.   - Hij werd als een misdadiger die de dood verdiend had, door de rechter op zijn rechterstoel in naam van de keizer en namens het gehele Romeinse rijk veroordeeld. Zo heeft Hij Zich als Borg voor ons die schuldig waren aan de eeuwige dood, voor de eeuwige Rechter gesteld.
-  - Toen Hij veroordeeld werd als iemand die de staat schade aanricht, werd Hij door de soldaten bespot en om Hem nog meer te verachten kreeg Hij een soldatenjas of een purperen mantel omgehangen; ze zetten ook een doornenkroon op zijn hoofd, en gaven Hem in plaats van een scepter een rietstok in zijn rechterhand om Hem duidelijk te maken hoe ellendig, jammerlijk, belachelijk en zwak zijn koninkrijk was. Ze bespotten Hem en bogen zich voor Hem neer, terwijl ze spottend uitriepen: Wees gegroet, koning der Joden!’ Ze spuwden Hem opnieuw in het gezicht, gaven Hem vuistslagen in het gezicht en sloegen met stokken op zijn heilig hoofd.+  - Toen Hij veroordeeld werd als iemand die de staat schade aanricht, werd Hij door de soldaten bespot en om Hem nog meer te verachten kreeg Hij een soldatenjas of een purperen mantel omgehangen; ze zetten ook een doornenkroon op zijn hoofd, en gaven Hem in plaats van een scepter een rietstok in zijn rechterhand om Hem duidelijk te maken hoe ellendig, jammerlijk, belachelijk en zwak zijn koninkrijk was. Ze bespotten Hem en bogen zich voor Hem neer, terwijl ze spottend uitriepen: Wees gegroet, koning der Joden! Ze spuwden Hem opnieuw in het gezicht, gaven Hem vuistslagen in het gezicht en sloegen met stokken op zijn heilig hoofd.
  
 Als men zijn eigen Persoon aanziet, heeft Christus al deze dingen ten onrechte ondergaan. Maar als men let op de persoon die Hij op Zich genomen heeft, namelijk ons – dan is het juist goed, want “de Here heeft ons aller ongerechtigheid op Hem doen neerkomen” (Jesaja 53:6). Hij heeft de smaad en hoon geleden die wij verdiend hadden; en zo heeft Hij ons daarvan bevrijd. Als men zijn eigen Persoon aanziet, heeft Christus al deze dingen ten onrechte ondergaan. Maar als men let op de persoon die Hij op Zich genomen heeft, namelijk ons – dan is het juist goed, want “de Here heeft ons aller ongerechtigheid op Hem doen neerkomen” (Jesaja 53:6). Hij heeft de smaad en hoon geleden die wij verdiend hadden; en zo heeft Hij ons daarvan bevrijd.
Regel 99: Regel 99:
   - Hij werd met uitgestrekte handen gekruisigd, zodat Hij met één hand de Joden en met de andere hand de heidenen tot Hem nodigde om aan hen allen zijn verdienste aan te bieden; maar Hij deed dit ook omdat Hij Rechter van allen zal zijn, die sommigen aan zijn rechterhand en sommigen aan zijn linkerhand zal plaatsen.   - Hij werd met uitgestrekte handen gekruisigd, zodat Hij met één hand de Joden en met de andere hand de heidenen tot Hem nodigde om aan hen allen zijn verdienste aan te bieden; maar Hij deed dit ook omdat Hij Rechter van allen zal zijn, die sommigen aan zijn rechterhand en sommigen aan zijn linkerhand zal plaatsen.
   - Hij hing drie hele uren levend aan het kruis, namelijk van zes tot negen uur, dat is bij ons van ’s middags twaalf uur tot drie uur in de middag. Deze allerergste smaad voor Christus is het gevolg van onze trots en verwaandheid, maar tegelijk van onze grote verhevenheid en waardigheid voor God door het uitdelgen van onze ongerechtigheid. Daarom zegt Paulus in Galaten 6:4: “Maar ik moge ervoor bewaard blijven te roemen anders dan in het kruis van onze Here Jezus Christus.”   - Hij hing drie hele uren levend aan het kruis, namelijk van zes tot negen uur, dat is bij ons van ’s middags twaalf uur tot drie uur in de middag. Deze allerergste smaad voor Christus is het gevolg van onze trots en verwaandheid, maar tegelijk van onze grote verhevenheid en waardigheid voor God door het uitdelgen van onze ongerechtigheid. Daarom zegt Paulus in Galaten 6:4: “Maar ik moge ervoor bewaard blijven te roemen anders dan in het kruis van onze Here Jezus Christus.”
-  - Hij hing daar ook naakt om ons met zijn onschuld, heerlijkheid en onsterfelijkheid te bekleden en ons met zijn armoede rijk te maken. Zo kon de tweede Mens op zó’n manier het Paradijs binnengaan zoals de eerste mens daar gewoond had. Zijn kleren werden ook door het lot van het verachte dobbelspel onder elkaar verdeeld, zoals al gezegd was in Psalm 22:19, opdat wij door deze dingen zouden geloven dat Hij Degene was die komen zou.+  - Hij hing daar ook naakt om ons met zijn onschuld, heerlijkheid en onsterfelijkheid te bekleden en ons met zijn armoede rijk te maken. Zo kon de tweede Mens het Paradijs binnengaan zoals de eerste mens daar gewoond had. Zijn kleren werden ook door het lot van het verachte dobbelspel onder elkaar verdeeld, zoals al gezegd was in Psalm 22:19, opdat wij door deze dingen zouden geloven dat Hij Degene was die komen zou.
   - Hij had dorst, in lichamelijke zin door de bittere pijn en het ervaren van Gods toorn; en in geestelijke zin door zijn vurig verlangen naar onze zaligheid.   - Hij had dorst, in lichamelijke zin door de bittere pijn en het ervaren van Gods toorn; en in geestelijke zin door zijn vurig verlangen naar onze zaligheid.
   - In plaats van goede wijn, die men tot versterking of verkwikking gewoon was te geven aan hen die de doodstraf moesten ondergaan, kreeg Hij een bittere drank te drinken, gal vermengd met zure wijn. Daarmee werd vervuld wat David in Psalm 69:22 gezegd had. Zo moest de tweede Adam de schuld dragen, omdat de eerste Adam die zoete drank uit de verboden vrucht had opgezogen.   - In plaats van goede wijn, die men tot versterking of verkwikking gewoon was te geven aan hen die de doodstraf moesten ondergaan, kreeg Hij een bittere drank te drinken, gal vermengd met zure wijn. Daarmee werd vervuld wat David in Psalm 69:22 gezegd had. Zo moest de tweede Adam de schuld dragen, omdat de eerste Adam die zoete drank uit de verboden vrucht had opgezogen.
Regel 145: Regel 145:
   - Het werk van zo iemand, namelijk van Hem Die mens en God is, heeft een oneindige verdienste.   - Het werk van zo iemand, namelijk van Hem Die mens en God is, heeft een oneindige verdienste.
  
-==== 22. Het gebed van Christus in de hof van Gethsémané, dat driemaal in de evangeliën vermeld wordt, luidt: “Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan” (Matteüs 26:39). Hierin is geen sprake van “als Ik wil”, maar “als Gij wilt”. Is dit met de zojuist genoemde gehoorzaamheid in overeenstemming? ====+==== 22. Het gebed van Christus in de hof van Getsemane, dat driemaal in de evangeliën vermeld wordt, luidt: “Vader, indien het mogelijk is, laat deze beker Mij voorbijgaan” (Matteüs 26:39). Hierin is geen sprake van “als Ik wil”, maar “als Gij wilt”. Is dit met de zojuist genoemde gehoorzaamheid in overeenstemming? ====
  
 Zeer zeker wel! Het gaat erom vanuit welk gezichtspunt men het beziet. Dat Christus het lijden niet gewild heeft, is vanwege de zwakheid van Zijn lichaam, dat begrijpelijkerwijs de dood als een vijand van Zijn zondeloze menselijke natuur ziet en daar heel ontsteld over is. Maar dat Hij het wél gewild heeft, kwam voort uit de gewilligheid van zijn geest. Zijn gehoorzaamheid was namelijk noodzakelijk voor de zaligheid van het menselijke geslacht. Christus Zelf zegt hierover in Matteüs 26:41: “De geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.” Ja, Christus’ gehoorzaamheid blijkt des te duidelijker dat terwijl zijn vlees wilde dat de dingen anders zouden gaan, Hij Zich toch heel eenvoudig aan de wil van Zijn Vader onderwerpt. Zeer zeker wel! Het gaat erom vanuit welk gezichtspunt men het beziet. Dat Christus het lijden niet gewild heeft, is vanwege de zwakheid van Zijn lichaam, dat begrijpelijkerwijs de dood als een vijand van Zijn zondeloze menselijke natuur ziet en daar heel ontsteld over is. Maar dat Hij het wél gewild heeft, kwam voort uit de gewilligheid van zijn geest. Zijn gehoorzaamheid was namelijk noodzakelijk voor de zaligheid van het menselijke geslacht. Christus Zelf zegt hierover in Matteüs 26:41: “De geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.” Ja, Christus’ gehoorzaamheid blijkt des te duidelijker dat terwijl zijn vlees wilde dat de dingen anders zouden gaan, Hij Zich toch heel eenvoudig aan de wil van Zijn Vader onderwerpt.


Paginahulpmiddelen