Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
| Beide kanten vorige revisieVorige revisieVolgende revisie | Vorige revisie | ||
| institutie:27 [08-02-2024 om 11.40 uur] – ds. J.H. Zwart | institutie:27 [17-09-2025 om 12.24 uur] (huidige) – Henk van Abbema | ||
|---|---|---|---|
| Regel 13: | Regel 13: | ||
| Op een menselijke manier wordt er zo ook over God gesproken; zie Genesis 17:22: “Toen God geëindigd met hem te spreken, voer Hij van Abraham op”; en Psalm 47:6: “God is opgevaren onder gejuich, de Heere onder bazuingeschal.” In Johannes 3:13, het eerste gedeelte, moet “opgevaren naar de hemel” echter in beeldende zin worden opgevat, namelijk begiftigd zijn met het licht van een door de Geest verlicht verstand. | Op een menselijke manier wordt er zo ook over God gesproken; zie Genesis 17:22: “Toen God geëindigd met hem te spreken, voer Hij van Abraham op”; en Psalm 47:6: “God is opgevaren onder gejuich, de Heere onder bazuingeschal.” In Johannes 3:13, het eerste gedeelte, moet “opgevaren naar de hemel” echter in beeldende zin worden opgevat, namelijk begiftigd zijn met het licht van een door de Geest verlicht verstand. | ||
| - | ==== 3. Wordt de hemelvaart van Christus in eigenlijke | + | ==== 3. Wordt de hemelvaart van Christus in eigenlijke of beeldende zin bedoeld? ==== |
| - | Zeer beslist is het in eigenlijke zin bedoeld. Dat blijkt duidelijk genoeg uit de verschillende manieren van spreken die de evangelieschrijvers hebben aangewend om het wat uitvoeriger te vertellen. Marcus spreekt in hoofdstuk ~Marcus 16:19 namelijk over // | + | Zeer beslist is het in eigenlijke zin bedoeld. Dat blijkt duidelijk genoeg uit de verschillende manieren van spreken die de evangelieschrijvers hebben aangewend om het wat uitvoeriger te vertellen. Marcus spreekt in hoofdstuk ~Marcus 16:19 namelijk over // |
| - | Daarom spreken de Griekse kerkvaders van Christus’ opneming in het vlees (//ensarkon analeysin// | + | Daarom spreken de Griekse kerkvaders van Christus’ opneming in het vlees (//ensarkon analeysin// |
| - | ==== 4. In Efeziërs 4:10 staat: “Hij, die nedergedaald is, Hij is het ook, die is opgevaren ver boven alle hemelen.” Het woord ‘nederdalen’ wordt hier figuurlijk gebruikt. Waarom wordt het woord “opstanding” dan ook niet figuurlijk opgevat voor Zijn verhoging en verheerlijking? | + | ==== 4. In Efeziërs 4:10 staat: “Hij, die nedergedaald is, Hij is het ook, die is opgevaren ver boven alle hemelen.” Het woord ‘nederdalen’ wordt hier figuurlijk gebruikt. Waarom wordt het woord “opstanding” dan ook niet figuurlijk opgevat voor zijn verhoging en verheerlijking? |
| Toen Christus vanuit de hemel op de aarde is gekomen, gebeurde dat zonder verandering van plaats, omdat Hij alleen God was en geen mens. In dat naar de aarde komen is Hij echter mens geworden. Toen Hij evenwel naar de hemel is opgevaren, gebeurde dat door verandering van plaats, want nu was Hij God én mens. | Toen Christus vanuit de hemel op de aarde is gekomen, gebeurde dat zonder verandering van plaats, omdat Hij alleen God was en geen mens. In dat naar de aarde komen is Hij echter mens geworden. Toen Hij evenwel naar de hemel is opgevaren, gebeurde dat door verandering van plaats, want nu was Hij God én mens. | ||
| Regel 25: | Regel 25: | ||
| ==== 5. Wie is naar de hemel opgevaren? ==== | ==== 5. Wie is naar de hemel opgevaren? ==== | ||
| - | Christus, | + | Christus, |
| ==== 6. Wat is de werkende oorzaak van de hemelvaart of door wie heeft die plaatsgevonden? | ==== 6. Wat is de werkende oorzaak van de hemelvaart of door wie heeft die plaatsgevonden? | ||
| - | Christus is Zelf die oorzaak. Hij heeft door de almachtige kracht van Zijn godheid | + | Christus is zelf die oorzaak. Hij heeft door de almachtige kracht van Zijn godheid |
| ==== 7. Waaruit weet men zeker dat en hoe de hemelvaart heeft plaatsgevonden? | ==== 7. Waaruit weet men zeker dat en hoe de hemelvaart heeft plaatsgevonden? | ||
| Regel 37: | Regel 37: | ||
| ==== 8. Op welke tijd is Jezus ten hemel gevaren? ==== | ==== 8. Op welke tijd is Jezus ten hemel gevaren? ==== | ||
| - | Op de veertigste dag na Zijn opstanding, nadat Hij tegen Zijn discipelen over het Koninkrijk van God had gesproken. Dat wijst erop dat Hij hun nog breder onderwijs gegeven had over de dingen die de zaligheid betreffen. Zo heeft Hij hen des te zekerder gemaakt over Zijn opstanding en dat Hij werkelijk een lichaam had, waardoor ze hier niet meer aan konden twijfelen. | + | Op de veertigste dag na zijn opstanding, nadat Hij tegen zijn discipelen over het Koninkrijk van God had gesproken. Dat wijst erop dat Hij hun nog breder onderwijs gegeven had over de dingen die de zaligheid betreffen. Zo heeft Hij hen des te zekerder gemaakt over zijn opstanding en dat Hij werkelijk een lichaam had, waardoor ze hier niet meer aan konden twijfelen. |
| ==== 9. Vanaf welke plaats is Hij naar de hemel opgevaren? ==== | ==== 9. Vanaf welke plaats is Hij naar de hemel opgevaren? ==== | ||
| Regel 45: | Regel 45: | ||
| ==== 10. Waarom heeft Hij deze plaats gekozen? ==== | ==== 10. Waarom heeft Hij deze plaats gekozen? ==== | ||
| - | - Op de Olijfberg heeft Hij geworsteld met de dood, daar heeft Hij ten bloede toe gezweet als een stellig bewijs van Zijn menselijke zwakheid en Zijn grote liefde voor ons.((*Lucas 22:39-44)) Nu Hij vanaf dezelfde berg naar de hemel opvoer, toonde Hij ook op een duidelijke manier dat Hij God is.((*Johannes 6:62)) De plaats waarop Christus’ diepste vernedering en lijden begon, diende zo ook tot Zijn heerlijkheid. | + | - Op de Olijfberg heeft Hij geworsteld met de dood, daar heeft Hij ten bloede toe gezweet als een stellig bewijs van zijn menselijke zwakheid en Zijn grote liefde voor ons.((*Lucas 22:39-44)) Nu Hij vanaf dezelfde berg naar de hemel opvoer, toonde Hij ook op een duidelijke manier dat Hij God is.((*Johannes 6:62)) De plaats waarop Christus’ diepste vernedering en lijden begon, diende zo ook tot Zijn heerlijkheid. |
| - Het bergachtige gebied deed al enigszins aan de hemel denken. | - Het bergachtige gebied deed al enigszins aan de hemel denken. | ||
| - Hierdoor kunnen en mogen we weten dat wanneer wij hier vanuit Bethanië – dat uitgelegd kan worden als het huis van verdrukking – ten hemel varen, de toegang van het Koninkrijk van God tot de hemelse vreugde door Christus voor ons openstaat, ook al is dat in een weg van veel verdrukking. | - Hierdoor kunnen en mogen we weten dat wanneer wij hier vanuit Bethanië – dat uitgelegd kan worden als het huis van verdrukking – ten hemel varen, de toegang van het Koninkrijk van God tot de hemelse vreugde door Christus voor ons openstaat, ook al is dat in een weg van veel verdrukking. | ||
| Regel 51: | Regel 51: | ||
| ==== 11. Op welke manier vond de hemelvaart plaats? ==== | ==== 11. Op welke manier vond de hemelvaart plaats? ==== | ||
| - | - Toen Christus van Zijn discipelen ging scheiden, heeft Hij hen als een goede Meester gezegend terwijl Hij Zijn handen naar de hemel hief en zo heeft Hij hen vaarwelgezegd – dat wil zeggen: zo heeft Hij hen aan Gods bescherming opgedragen. Hiermee getuigde Hij dat Hij het gezegende Zaad is waarin alle volken gezegend worden((*Genesis 22:18)), en dat Hij voor ons de volkomen zaligheid verworven heeft. Hij liet ons hiermee ook zien dat wij van alle vloek verlost zijn, dat we met de Vader zijn verzoend, dat Hij allen gezegend heeft die in Hem geloven, en ten slotte dat Zijn zegen altijd geldt en onveranderlijk zal zijn. Hem is immers alle macht gegeven in de hemel en op de aarde.((*Matteüs 28:18)) | + | - Toen Christus van zijn discipelen ging scheiden, heeft Hij hen als een goede Meester gezegend terwijl Hij zijn handen naar de hemel hief en zo heeft Hij hen vaarwelgezegd – dat wil zeggen: zo heeft Hij hen aan Gods bescherming opgedragen. Hiermee getuigde Hij dat Hij het gezegende Zaad is waarin alle volken gezegend worden((*Genesis 22:18)), en dat Hij voor ons de volkomen zaligheid verworven heeft. Hij liet ons hiermee ook zien dat wij van alle vloek verlost zijn, dat we met de Vader zijn verzoend, dat Hij allen gezegend heeft die in Hem geloven, en ten slotte dat zijn zegen altijd geldt en onveranderlijk zal zijn. Hem is immers alle macht gegeven in de hemel en op de aarde.((*Matteüs 28:18)) |
| - Hij is in de hoge opgenomen, terwijl de discipelen het zagen. Hij is niet verdwenen of zelf onzichtbaar geworden, maar onder het toeziend oog van de discipelen zichtbaar opgevaren van de aarde, waar hij eerst was, naar de hemel, waar hij tevoren niet was. | - Hij is in de hoge opgenomen, terwijl de discipelen het zagen. Hij is niet verdwenen of zelf onzichtbaar geworden, maar onder het toeziend oog van de discipelen zichtbaar opgevaren van de aarde, waar hij eerst was, naar de hemel, waar hij tevoren niet was. | ||
| - | - Dit gebeurde ook door de dienst van een wolk, die Christus als in een wagen opnam en omhoog voerde. Ook nam de wolk Hem uit het gezicht van de discipelen, om te laten zien dat Hij degene was van wie geschreven staat in Psalm 104:3: “Hij maakt de wolken tot zijn wagen.” Deze wolk was ook als een zeildoek die de nieuwsgierigheid en de pogingen tot nader onderzoek van Zijn discipelen intoomde. | + | - Dit gebeurde ook door de dienst van een wolk, die Christus als in een wagen opnam en omhoog voerde. Ook nam de wolk Hem uit het gezicht van de discipelen, om te laten zien dat Hij degene was van wie geschreven staat in Psalm 104:3: “Hij maakt de wolken tot zijn wagen.” Deze wolk was ook als een zeildoek die de nieuwsgierigheid en de pogingen tot nader onderzoek van zijn discipelen intoomde. |
| ==== 12. Waar is Christus naartoe gegaan? ==== | ==== 12. Waar is Christus naartoe gegaan? ==== | ||
| Regel 67: | Regel 67: | ||
| - De hemel der hemelen, de hoge woning der hemelen((*1 Koningen 8:27-39)) of de allerhoogste hemelen((*Matteüs 21:9)). Of ook wel de derde hemel((*2 Korintiërs 12:2)) ten opzichte van de lucht die voor ons het dichtstbij en de eerste hemel is((*Matteüs 6:26)). | - De hemel der hemelen, de hoge woning der hemelen((*1 Koningen 8:27-39)) of de allerhoogste hemelen((*Matteüs 21:9)). Of ook wel de derde hemel((*2 Korintiërs 12:2)) ten opzichte van de lucht die voor ons het dichtstbij en de eerste hemel is((*Matteüs 6:26)). | ||
| - Door haar grote heerlijkheid wordt ze ook het paradijs of de lusthof genoemd((*Lucas 23:43 *2 Korintiërs 12:2 *Openbaring 2:7)), omdat ze een afbeelding is van het aardse paradijs in de hof van Eden((*Genesis 2:8)) en omdat ze voor ons bereid is in de plaats van dat aardse paradijs. | - Door haar grote heerlijkheid wordt ze ook het paradijs of de lusthof genoemd((*Lucas 23:43 *2 Korintiërs 12:2 *Openbaring 2:7)), omdat ze een afbeelding is van het aardse paradijs in de hof van Eden((*Genesis 2:8)) en omdat ze voor ons bereid is in de plaats van dat aardse paradijs. | ||
| - | - Het huis van God, de Vader, de woning, de woonplaats, het huis, de zitplaats en de plaats van de gezaligden((*Johannes 14:2)), want de Vader openbaart daar openlijk en onmiddellijk Zichzelf, | + | - Het huis van God, de Vader, de woning, de woonplaats, het huis, de zitplaats en de plaats van de gezaligden((*Johannes 14:2)), want de Vader openbaart daar openlijk en onmiddellijk Zichzelf, |
| - De scholastici noemen deze plaats de vuurhemel (//coelum empyreum// | - De scholastici noemen deze plaats de vuurhemel (//coelum empyreum// | ||
| - | ==== 15. Maar als Christus opgevaren is boven de hemelen die nog met de wereld verbonden zijn, is Zijn lichaam niet meer in een bepaalde plaats. Aristoteles heeft in zijn eerste boek over de hemelse sferen echter aangetoond dat er boven alle hemelen geen plaats meer is! ==== | + | ==== 15. Maar als Christus opgevaren is boven de hemelen die nog met de wereld verbonden zijn, is zijn lichaam niet meer in een bepaalde plaats. Aristoteles heeft in zijn eerste boek over de hemelse sferen echter aangetoond dat er boven alle hemelen geen plaats meer is! ==== |
| Niet alle plaatsen worden alleen maar gekenmerkt door wat Aristoteles in zijn boeken over de natuurlijke, | Niet alle plaatsen worden alleen maar gekenmerkt door wat Aristoteles in zijn boeken over de natuurlijke, | ||
| Regel 78: | Regel 78: | ||
| ==== 16. Is de hemelvaart van Christus niet in strijd met wat Hij zegt in Matteüs 28:20: “Ik ben met u al de dagen tot de voleinding der wereld”? ==== | ==== 16. Is de hemelvaart van Christus niet in strijd met wat Hij zegt in Matteüs 28:20: “Ik ben met u al de dagen tot de voleinding der wereld”? ==== | ||
| - | Nee. Augustinus zegt immers: “Hij is weggegaan, maar toch hier; Hij zal wederkomen, maar toch heeft Hij ons niet verlaten. Hij heeft wel Zijn lichaam in de hemel gebracht, maar Zijn heerlijkheid heeft Hij niet van de wereld weggenomen.” Als Christus dit zegt, moeten we dat op Zijn godheid betrekken, want die is altijd en overal tegenwoordig; | + | Nee. Augustinus zegt immers: “Hij is weggegaan, maar toch hier; Hij zal wederkomen, maar toch heeft Hij ons niet verlaten. Hij heeft wel Zijn lichaam in de hemel gebracht, maar Zijn heerlijkheid heeft Hij niet van de wereld weggenomen.” Als Christus dit zegt, moeten we dat op zijn godheid betrekken, want die is altijd en overal tegenwoordig; |
| ==== 17. Waarom zegt Paulus dan in Efeziërs 4:10 dat Christus opgevaren is ver boven alle hemelen, om alles tot volheid te brengen? ==== | ==== 17. Waarom zegt Paulus dan in Efeziërs 4:10 dat Christus opgevaren is ver boven alle hemelen, om alles tot volheid te brengen? ==== | ||
| - | Dat betekent dat Christus door Zijn genadegaven en weldaden die Hij door de Heilige Geest rijkelijk uitdeelt, | + | Dat betekent dat Christus door zijn genadegaven en weldaden die Hij door de Heilige Geest rijkelijk uitdeelt, |
| ==== 18. Wie waren de getuigen bij de hemelvaart? ==== | ==== 18. Wie waren de getuigen bij de hemelvaart? ==== | ||
| Regel 88: | Regel 88: | ||
| Dat waren de engelen. De redenen daarvoor zijn de volgende: | Dat waren de engelen. De redenen daarvoor zijn de volgende: | ||
| - | - Het was op zijn plaats dat Hij Die in Zijn ontvangenis en geboorte, in de verzoeking in de woestijn, in Zijn dood en opstanding gebruikgemaakt had van het getuigenis en de dienst van de engelen, hen ook weer als getuige wilde gebruiken, nu Hij dit voortreffelijk werk van Zijn goddelijke majesteit gaat verrichten. Het gaat er hier vooral om dat de droefheid die de apostelen hadden vanwege het afscheid, door hun barmhartige Here en Meester getemperd zou worden door de belofte van Zijn latere wederkomst. | + | - Het was op zijn plaats dat Hij die in zijn ontvangenis en geboorte, in de verzoeking in de woestijn, in zijn dood en opstanding gebruikgemaakt had van het getuigenis en de dienst van de engelen, hen ook weer als getuige wilde gebruiken, nu Hij dit voortreffelijk werk van zijn goddelijke majesteit gaat verrichten. Het gaat er hier vooral om dat de droefheid die de apostelen hadden vanwege het afscheid, door hun barmhartige Here en Meester getemperd zou worden door de belofte van zijn latere wederkomst. |
| - Toen de apostelen niet langer meer konden kijken, moesten de engelen hen erop wijzen dat Hij naar de hemel was afgereisd – zo zegt Chrysostomos in zijn preek over de hemelvaart van de Here Jezus. | - Toen de apostelen niet langer meer konden kijken, moesten de engelen hen erop wijzen dat Hij naar de hemel was afgereisd – zo zegt Chrysostomos in zijn preek over de hemelvaart van de Here Jezus. | ||
| - | - De discipelen moesten leren dat Jezus, hoewel Hij met Zijn lichaam niet bij hen was, hen tóch door Zijn Geest zou beschermen en zonder enige moeite ook door de dienst van de engelen. | + | - De discipelen moesten leren dat Jezus, hoewel Hij met zijn lichaam niet bij hen was, hen tóch door zijn Geest zou beschermen en zonder enige moeite ook door de dienst van de engelen. |
| In de tweede plaats was er het getuigenis van de discipelen. | In de tweede plaats was er het getuigenis van de discipelen. | ||
| Regel 96: | Regel 96: | ||
| ==== 19. Wie waren de mensen die vooraf deze hemelvaart al aankondigden? | ==== 19. Wie waren de mensen die vooraf deze hemelvaart al aankondigden? | ||
| - | - //David// heeft al duizend jaar vóór dit gebeurde, deze glorierijke intocht in de Geest gezien en er een lofzang op gezongen, tot eer van Christus | + | |
| - | + | - //Henoch//, de zoon van Jered, de zevende vanaf Adam was een heel godvrezend mens en een profeet, die in de hemel is opgenomen.((*Genesis 5:24 *Hebreeën 11:5)) Ook hij heeft dit al aangekondigd, | |
| - | - //Henoch//, de zoon van Jered, de zevende vanaf Adam was een heel godvrezend mens en een profeet, die in de hemel is opgenomen.((*Genesis 5:24 *Hebreeën 11:5)) Ook hij heeft dit al aangekondigd, | + | - Maar in het bijzonder //Elia//, die in een storm met een vurige wagen en vurige paarden – die alle dus glinsterden in een vurig licht – in de hemel werd opgenomen.((*2 Koningen 2:11)) Zo is hij niet alleen een heerlijk getuige en voorbeeld geweest van de hemelvaart van Christus, maar ook van het eeuwige leven. De Here Jezus zegt namelijk in Johannes 3:13: “Niemand is opgevaren naar de hemel, dan die uit de hemel nedergedaald is, de Zoon des mensen.” Dat betekent dat Hij het recht en de eigen kracht had om ten hemel te varen, en dat Hij hoog boven alle andere schepselen verheven is. |
| - | + | ||
| - | - Maar in het bijzonder //Elia//, die in een storm met een vurige wagen en vurige paarden – die alle dus glinsterden in een vurig licht – in de hemel werd opgenomen.((*2 Koningen 2:11)) Zo is hij niet alleen een heerlijk getuige en voorbeeld geweest van de hemelvaart van Christus, maar ook van het eeuwige leven. De Here Jezus zegt namelijk in Johannes 3:13: “Niemand is opgevaren naar de hemel, dan die uit de hemel nedergedaald is, de Zoon des mensen.” Dat betekent dat Hij het recht en de eigen kracht had om ten hemel te varen, en dat Hij hoog boven alle andere schepselen verheven is. | + | |
| ==== 20. Welk verschil is er dan tussen de hemelvaart van Elia en die van Christus? ==== | ==== 20. Welk verschil is er dan tussen de hemelvaart van Elia en die van Christus? ==== | ||
| Regel 106: | Regel 104: | ||
| Dat verschil is even groot als de schaduw van het lichaam verschilt of een portret van een levend mens, | Dat verschil is even groot als de schaduw van het lichaam verschilt of een portret van een levend mens, | ||
| - | - Elia is in de hemel opgenomen zonder de pijn en de smart van de dood, waarmee God zijn profetische boodschap door dit openlijk en zichtbaar getuigenis goedkeurde, en de Israëlieten hierdoor van de afgodendienst werden weggetrokken om God werkelijk te dienen en in godsvrucht te leven. Maar Christus heeft eerst geleden en is gestorven vóór Hij ten hemel voer. Hij is echter weer levend geworden en heeft door Zijn hemelvaart de heerlijkheid van Zijn opstanding bevestigd en daarmee ook alles wat Hij tevoren gezegd en gedaan had. | + | - Elia is in de hemel opgenomen zonder de pijn en de smart van de dood, waarmee God zijn profetische boodschap door dit openlijk en zichtbaar getuigenis goedkeurde, en de Israëlieten hierdoor van de afgodendienst werden weggetrokken om God werkelijk te dienen en in godsvrucht te leven. Maar Christus heeft eerst geleden en is gestorven vóór Hij ten hemel voer. Hij is echter weer levend geworden en heeft door zijn hemelvaart de heerlijkheid van zijn opstanding bevestigd en daarmee ook alles wat Hij tevoren gezegd en gedaan had. |
| - | - Elia is in een vurige wagen opgevaren door de dienst van de engelen, want hij was – zoals Gregorius ook zegt – alleen maar een mens die daarom de hulp van anderen nodig had. Hij kon niet door zichzelf naar de hemel opvaren, want de zwakheid van zijn lichaam was daarvoor te groot. Christus is echter niet ten hemel gevaren met een wagen maar door Zijn eigen kracht, zonder de dienst van engelen. Hij Die alles geschapen had, voer nu in eigen kracht op boven al het geschapene. | + | - Elia is in een vurige wagen opgevaren door de dienst van de engelen, want hij was – zoals Gregorius ook zegt – alleen maar een mens die daarom de hulp van anderen nodig had. Hij kon niet door zichzelf naar de hemel opvaren, want de zwakheid van zijn lichaam was daarvoor te groot. Christus is echter niet ten hemel gevaren met een wagen maar door zijn eigen kracht, zonder de dienst van engelen. Hij Die alles geschapen had, voer nu in eigen kracht op boven al het geschapene. |
| - | - Elia heeft aan Elisa zijn mantel gelaten en twee delen van zijn geest, maar Christus heeft de apostelen | + | - Elia heeft aan Elisa zijn mantel gelaten en twee delen van zijn geest, maar Christus heeft de apostelen |
| - Elia is een burger geworden in het hemelrijk, maar Christus is een Naam gegeven boven alle namen, want Hij heeft veel grotere heerlijkheid gekregen dan de engelen, boven alle “naam die genoemd wordt niet alleen in deze, maar ook in de toekomende eeuw” (Efeziërs 1: | - Elia is een burger geworden in het hemelrijk, maar Christus is een Naam gegeven boven alle namen, want Hij heeft veel grotere heerlijkheid gekregen dan de engelen, boven alle “naam die genoemd wordt niet alleen in deze, maar ook in de toekomende eeuw” (Efeziërs 1: | ||
| Regel 114: | Regel 112: | ||
| - Hiermee liet Christus zien dat het werk van onze verlossing vervuld en voltooid was en dat de eeuwige gerechtigheid ons is toegebracht. Daarom noemt Augustinus de hemelvaart een bevestiging van het algemene geloof. Daarom ook staat in Efeziërs 4:10: “Hij, die nedergedaald is, Hij is het ook, die is opgevaren ver boven alle hemelen, om alles tot volheid te brengen” – namelijk alles wat van Hem voorzegd was. Zijn hemelvaart was namelijk al voorzegd, samen met de dingen die vervuld moesten worden aan het werk van onze verlossing. Daarom zegt Christus in Matteüs 5:17: “Ik ben niet gekomen om [de wet] te ontbinden, maar om te vervullen” – dat wil zeggen: de wet te houden en die tot voltooiing te brengen. | - Hiermee liet Christus zien dat het werk van onze verlossing vervuld en voltooid was en dat de eeuwige gerechtigheid ons is toegebracht. Daarom noemt Augustinus de hemelvaart een bevestiging van het algemene geloof. Daarom ook staat in Efeziërs 4:10: “Hij, die nedergedaald is, Hij is het ook, die is opgevaren ver boven alle hemelen, om alles tot volheid te brengen” – namelijk alles wat van Hem voorzegd was. Zijn hemelvaart was namelijk al voorzegd, samen met de dingen die vervuld moesten worden aan het werk van onze verlossing. Daarom zegt Christus in Matteüs 5:17: “Ik ben niet gekomen om [de wet] te ontbinden, maar om te vervullen” – dat wil zeggen: de wet te houden en die tot voltooiing te brengen. | ||
| - | - Hiermee gaf Hij een helder bewijs van Zijn godheid; daardoor werd Zijn mensheid opgenomen in de hemel. | + | - Hiermee gaf Hij een helder bewijs van zijn godheid; daardoor werd zijn mensheid opgenomen in de hemel. |
| - Hierdoor was het mogelijk dat Hij na de dood overwonnen te hebben, ook als Mens de heerlijkheid zou genieten, die al voor Hem was toebereid vóór de fundamenten van de aarde gelegd waren.((*Johannes 17:5)) Christus’ heerlijkheid kwam toen namelijk het meest openbaar, toen deze nieuwe Mens, God en Mens, in de hemel is binnengekomen. Zoiets was immers nooit eerder door de engelen gezien. Zie in dit verband ook Psalm 24:7: “Heft, poorten, uw hoofden omhoog, en verheft u, gij aloude ingangen, opdat de Koning der ere inga.” | - Hierdoor was het mogelijk dat Hij na de dood overwonnen te hebben, ook als Mens de heerlijkheid zou genieten, die al voor Hem was toebereid vóór de fundamenten van de aarde gelegd waren.((*Johannes 17:5)) Christus’ heerlijkheid kwam toen namelijk het meest openbaar, toen deze nieuwe Mens, God en Mens, in de hemel is binnengekomen. Zoiets was immers nooit eerder door de engelen gezien. Zie in dit verband ook Psalm 24:7: “Heft, poorten, uw hoofden omhoog, en verheft u, gij aloude ingangen, opdat de Koning der ere inga.” | ||
| - Hiermee bereidde Hij voor ons een woonplaats in de hemelen en verzekerde Hij ons in onze hoop dat onze ziel, [door de dood] van het lichaam gescheiden, tot Hem zal gaan; en dat wij op de jongste dag ook met ons lichaam naar de hemel zullen gaan. Waar het Hoofd is, moeten immers ook de leden zijn!((*Johannes 14:3)) | - Hiermee bereidde Hij voor ons een woonplaats in de hemelen en verzekerde Hij ons in onze hoop dat onze ziel, [door de dood] van het lichaam gescheiden, tot Hem zal gaan; en dat wij op de jongste dag ook met ons lichaam naar de hemel zullen gaan. Waar het Hoofd is, moeten immers ook de leden zijn!((*Johannes 14:3)) | ||
| - | ==== 22. Wat zijn de vruchten die de hemelvaart van de Heere met zich heeft meegebracht? | + | ==== 22. Wat zijn de vruchten die de hemelvaart van de Here met zich heeft meegebracht? |
| - De gevangenis is zelf gevangengenomen, | - De gevangenis is zelf gevangengenomen, | ||
| - | - Het zenden van de Trooster of de Heilige Geest. Dat was oorspronkelijk iets wat zichtbaar werd, namelijk op de vijftigste dag na Christus’ opstanding.((*Handelingen 2:1 en verder)) De apostelen zouden de Geest niet ontvangen hebben, als Christus niet in lichamelijke zin van hen gescheiden was.((*Johannes 16:7)) En verder was er de zichtbare uitstorting van de Geest door de verschillende gaven die Hij aan Zijn gemeente meedeelde. Daarover lezen we ook in Efeziërs 4:10: “Hij, die nedergedaald is, Hij is het ook, die is opgevaren ver boven alle hemelen, om alles tot volheid te brengen.” Dat laatste doet Hij niet als mens, want Augustinus zegt daarover: “Hij heeft Zijn mens-zijn wel onsterfelijkheid gegeven, maar niet het wezen van dat mens-zijn weggenomen.” Het brengen tot volheid doet Hij wel door het uitdelen van de gaven van Zijn Geest in de harten van alle gelovigen, waar ze ook leven. Zo komt het ook dat we in Johannes 7:39 lezen: “De Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was.” | + | - Het zenden van de Trooster of de Heilige Geest. Dat was oorspronkelijk iets wat zichtbaar werd, namelijk op de vijftigste dag na Christus’ opstanding.((*Handelingen 2:1 en verder)) De apostelen zouden de Geest niet ontvangen hebben, als Christus niet in lichamelijke zin van hen gescheiden was.((*Johannes 16:7)) En verder was er de zichtbare uitstorting van de Geest door de verschillende gaven die Hij aan zijn gemeente meedeelde. Daarover lezen we ook in Efeziërs 4:10: “Hij, die nedergedaald is, Hij is het ook, die is opgevaren ver boven alle hemelen, om alles tot volheid te brengen.” Dat laatste doet Hij niet als mens, want Augustinus zegt daarover: “Hij heeft Zijn mens-zijn wel onsterfelijkheid gegeven, maar niet het wezen van dat mens-zijn weggenomen.” Het brengen tot volheid doet Hij wel door het uitdelen van de gaven van zijn Geest in de harten van alle gelovigen, waar ze ook leven. Zo komt het ook dat we in Johannes 7:39 lezen: “De Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was.” |
| - Voor ons is een weg geopend naar ons hemelse Vaderland. Het Paradijs werd tot op die tijd bewaakt door middel van een blinkend tweesnijdend zwaard, maar door de hemelvaart van Christus is de hemel geopend, waarvan wij door Adam buitengesloten waren. | - Voor ons is een weg geopend naar ons hemelse Vaderland. Het Paradijs werd tot op die tijd bewaakt door middel van een blinkend tweesnijdend zwaard, maar door de hemelvaart van Christus is de hemel geopend, waarvan wij door Adam buitengesloten waren. | ||
| - Er is [door Christus] namens of voor ons allen een toegang tot de hemelse erfenis; dat geldt niet alleen het verwachten daarvan, maar in Christus en in ons vlees bezitten we die erfenis nu al.((*Efeziërs 2:6)) God heeft Hem opgewekt en ons met Hem een plaats gegeven in de hemelse gewesten. Hierom zegt Tertullianus((In zijn boek over de opstanding van ons lichaam.)): “Zoals Hij ons het pand van Zijn Geest gelaten heeft, zo heeft Hij van ons het pand van ons vlees genomen, en heeft het in de hemel gebracht als een betrouwbaar onderpand dat heel de menigte van de gelovigen daar te zijner tijd zal gebracht worden. Laten vlees en bloed daarom niet bezorgd zijn, want u hebt in Christus de hemel en het koninkrijk van God al ingenomen.” | - Er is [door Christus] namens of voor ons allen een toegang tot de hemelse erfenis; dat geldt niet alleen het verwachten daarvan, maar in Christus en in ons vlees bezitten we die erfenis nu al.((*Efeziërs 2:6)) God heeft Hem opgewekt en ons met Hem een plaats gegeven in de hemelse gewesten. Hierom zegt Tertullianus((In zijn boek over de opstanding van ons lichaam.)): “Zoals Hij ons het pand van Zijn Geest gelaten heeft, zo heeft Hij van ons het pand van ons vlees genomen, en heeft het in de hemel gebracht als een betrouwbaar onderpand dat heel de menigte van de gelovigen daar te zijner tijd zal gebracht worden. Laten vlees en bloed daarom niet bezorgd zijn, want u hebt in Christus de hemel en het koninkrijk van God al ingenomen.” | ||
| Regel 129: | Regel 127: | ||
| - In de angst vanwege de zonden en de dood mogen wij de toevlucht nemen tot de hemelvaart van Christus, wat een betrouwbaar pand en zegel is tegenover onze vijanden. | - In de angst vanwege de zonden en de dood mogen wij de toevlucht nemen tot de hemelvaart van Christus, wat een betrouwbaar pand en zegel is tegenover onze vijanden. | ||
| - | - In de verzoekingen mogen er vast op vertrouwen dat Hij in de hemel is, Die daar ook voor ons bidt en ons de genade van de Vader schenkt. Zie 1 Johannes 2:1: “Mijn kinderkens, dit schrijf ik u, opdat gij niet tot zonde komt. En als iemand gezondigd heeft, wij hebben een voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de rechtvaardige.” | + | - In de verzoekingen mogen we er vast op vertrouwen dat Hij in de hemel is, die daar ook voor ons bidt en ons de genade van de Vader schenkt. Zie 1 Johannes 2:1: “Mijn kinderkens, dit schrijf ik u, opdat gij niet tot zonde komt. En als iemand gezondigd heeft, wij hebben een voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de rechtvaardige.” |
| - We mogen weten dat moeite en verdriet [ten diepste] gering zijn en dat we ons mogen vertroosten door de hoop dat wij op Gods tijd naar Hem in de hemel zullen gaan. | - We mogen weten dat moeite en verdriet [ten diepste] gering zijn en dat we ons mogen vertroosten door de hoop dat wij op Gods tijd naar Hem in de hemel zullen gaan. | ||
| - Ons Hoofd leeft en heerst nu in de hemel, en ons burgerrecht is daar ook; daarom mogen wij de moeiten en zorgen achter ons laten en uitzien naar en bezig zijn in de hemelse dingen. Kolossenzen 3:1 zegt: “Indien gij dan met Christus opgewekt zijt, zoekt de dingen, die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan de rechterhand Gods.” | - Ons Hoofd leeft en heerst nu in de hemel, en ons burgerrecht is daar ook; daarom mogen wij de moeiten en zorgen achter ons laten en uitzien naar en bezig zijn in de hemelse dingen. Kolossenzen 3:1 zegt: “Indien gij dan met Christus opgewekt zijt, zoekt de dingen, die boven zijn, waar Christus is, gezeten aan de rechterhand Gods.” | ||