Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
| Beide kanten vorige revisieVorige revisie | |||
| institutie:31 [04-09-2025 om 23.51 uur] – ds. J.H. Zwart | institutie:31 [14-09-2025 om 21.12 uur] (huidige) – ds. J.H. Zwart | ||
|---|---|---|---|
| Regel 3: | Regel 3: | ||
| ==== 1. Wat betekent het woord ' | ==== 1. Wat betekent het woord ' | ||
| - | - Naar het Latijnse woord // | + | - Naar het Latijnse woord // |
| - De Heilige Schrift gebruikt het als een woord uit de rechtspraak, | - De Heilige Schrift gebruikt het als een woord uit de rechtspraak, | ||
| - Het woord geeft ook aan: anderen tot rechtvaardigheid brengen door hem te leren en onderwijs te geven. Zo lezen we in Daniël 12:3 dat de verstandigen velen tot rechtvaardigheid hebben gebracht, dat wil zeggen: onderwijs in gerechtigheid hebben gegeven, of door onderwijs rechtvaardig hebben gemaakt. Daardoor zullen zij blinken als de sterren. In Openbaring 22:11 lezen we: “Wie onrecht doet, hij doe nog meer onrecht”, dat wil zeggen: laat hij in het goede mogen toenemen en daarin vorderingen maken. | - Het woord geeft ook aan: anderen tot rechtvaardigheid brengen door hem te leren en onderwijs te geven. Zo lezen we in Daniël 12:3 dat de verstandigen velen tot rechtvaardigheid hebben gebracht, dat wil zeggen: onderwijs in gerechtigheid hebben gegeven, of door onderwijs rechtvaardig hebben gemaakt. Daardoor zullen zij blinken als de sterren. In Openbaring 22:11 lezen we: “Wie onrecht doet, hij doe nog meer onrecht”, dat wil zeggen: laat hij in het goede mogen toenemen en daarin vorderingen maken. | ||
| Regel 160: | Regel 160: | ||
| Jazeker. De verloren zoon werd met zijn vader alleen verzoend door diens barmhartigheid, | Jazeker. De verloren zoon werd met zijn vader alleen verzoend door diens barmhartigheid, | ||
| - | - Het onderscheid is er in wezen of in zijnsvorm. Want de rechtvaardiging bestaat uit de vergeving van de zonden en de toerekening van de gerechtigheid; | + | - Het onderscheid is er in wezen of in zijnsvorm. Want de rechtvaardiging bestaat uit de vergeving van de zonden en de toerekening van de gerechtigheid; |
| - Het is er ook in subjectieve zin, want het subject van de gerechtigheid wordt niet in ons gevonden, maar in Christus. Maar het subject van de heiligmaking is het verstand, de wil, de genegenheden en al uw ledematen.((*Romeinen 6:19 *Kolossenzen 3:5)) | - Het is er ook in subjectieve zin, want het subject van de gerechtigheid wordt niet in ons gevonden, maar in Christus. Maar het subject van de heiligmaking is het verstand, de wil, de genegenheden en al uw ledematen.((*Romeinen 6:19 *Kolossenzen 3:5)) | ||
| - Het is er eveneens in objectieve zin, want de rechtvaardiging ziet op de volkomen gehoorzaamheid van Christus, maar de heiliging heeft de wet tot voorwerp. | - Het is er eveneens in objectieve zin, want de rechtvaardiging ziet op de volkomen gehoorzaamheid van Christus, maar de heiliging heeft de wet tot voorwerp. | ||
| Regel 275: | Regel 275: | ||
| - In de eerste plaats zijn er de dwalingen van de roomsen. Zij leren namelijk het volgende: | - In de eerste plaats zijn er de dwalingen van de roomsen. Zij leren namelijk het volgende: | ||
| - | - dat de verdiensten //ex congruo// | + | - dat de verdiensten //ex congruo// (dat wil zeggen: vanuit de voorbereidende goede werken) een ‘bewegende oorzaak’ zijn van de rechtvaardiging; |
| - | - dat de sacramenten, | + | - dat de sacramenten, |
| - dat we niet alleen door het geloof gerechtvaardigd worden; vele goddelozen zouden dat, naar hun mening, ook kunnen zeggen. Het geloof maakt alleen rechtvaardig in zover het gestalte krijgt in de liefde, en dan alleen nog maar ten aanzien van het beginsel van de rechtvaardiging. | - dat we niet alleen door het geloof gerechtvaardigd worden; vele goddelozen zouden dat, naar hun mening, ook kunnen zeggen. Het geloof maakt alleen rechtvaardig in zover het gestalte krijgt in de liefde, en dan alleen nog maar ten aanzien van het beginsel van de rechtvaardiging. | ||
| - dat de liefde de gestalte van de rechtvaardiging is; | - dat de liefde de gestalte van de rechtvaardiging is; | ||
| Regel 287: | Regel 287: | ||
| - dat ze de gave van de gerechtigheid die ons in Christus door het geloof wordt toegerekend, | - dat ze de gave van de gerechtigheid die ons in Christus door het geloof wordt toegerekend, | ||
| - dat ze de mensen voorhouden dat een mens wel voor het grootste deel door de verdienste van Christus wordt gerechtvaardigd, | - dat ze de mensen voorhouden dat een mens wel voor het grootste deel door de verdienste van Christus wordt gerechtvaardigd, | ||
| - | - dat we volgens hen gerechtvaardigd worden door het evangelische geloof, dat ons gebiedt: “Doe dat en gij zult leven” (Lucas 10:28). Dat gebeurt in de vervulling van deze wet door de dienst van de priesters en de absolutie die zij geven en door het in stand houden van de menselijke tradities. | + | - dat we volgens hen gerechtvaardigd worden door het evangelische geloof, dat ons gebiedt: “Doe dat en gij zult leven” (Lucas 10:28). Dat gebeurt in de vervulling van deze wet door de dienst van de priesters en de absolutie die zij geven en door het in stand houden van de menselijke tradities; |
| - dat de rechtvaardigheid van de christen bestaat uit het geloof samen met de werken; | - dat de rechtvaardigheid van de christen bestaat uit het geloof samen met de werken; | ||
| - dat Christus alleen voldaan heeft voor de schuld van de zonden, maar niet tegelijk voor de straf; | - dat Christus alleen voldaan heeft voor de schuld van de zonden, maar niet tegelijk voor de straf; | ||
| - | - dat de wedergeborenen in dit leven door hun gehoorzaamheid ten volle kunnen voldoen aan de wet. Hun goede werken kunnen ze tegenover Gods oordeel stellen en bovendien kunnen ze nog veel onnodige | + | - dat de wedergeborenen in dit leven door hun gehoorzaamheid ten volle kunnen voldoen aan de wet. Hun goede werken kunnen ze tegenover Gods oordeel stellen en bovendien kunnen ze nog veel onverplichte |
| - Vervolgens zijn er mensen hen die hun eigen gerechtigheid op de spits drijven. | - Vervolgens zijn er mensen hen die hun eigen gerechtigheid op de spits drijven. | ||
| - | - Zij kunnen denken dat de rechtvaardiging niet alleen bestaat uit de vergeving van de zonden, maar ook uit de heiliging en vernieuwing van de inwendige mens; | + | - Zij kunnen denken dat de rechtvaardiging niet alleen bestaat uit de vergeving van de zonden, maar ook uit de heiliging en vernieuwing van de inwendige mens. |
| - | - Ze kunnen ook van mening zijn dat de rechtvaardiging – in aristotelische zin – een aandrift is om de rechtvaardigheid in ons te verkrijgen; | + | - Ze kunnen ook van mening zijn dat de rechtvaardiging – in aristotelische zin – een aandrift is om de rechtvaardigheid in ons te verkrijgen. |
| - | - Voor anderen is de rechtvaardiging niets anders | + | - Voor anderen is de rechtvaardiging niets anders dan het instorten van de rechtvaardigheid die ons aankleeft of de vernieuwing van het leven. Door het eerste trekken de gelovigen als het ware de liefde en andere deugden aan; door de laatste verdient een mens die met die goede eigenschappen is bekleed, nog meer rechtvaardigheid en bovendien het eeuwige leven. De rechtvaardiging wordt dan door de goede werken voltooid. |
| - Weer anderen stellen dat Christus door zijn dood verworven heeft dat wij met die aanklevende gerechtigheid en liefde worden bekleed. Door de verdienste daarvan kunnen wij het leven en de zaligheid verkrijgen en ontvangen we die ook werkelijk. | - Weer anderen stellen dat Christus door zijn dood verworven heeft dat wij met die aanklevende gerechtigheid en liefde worden bekleed. Door de verdienste daarvan kunnen wij het leven en de zaligheid verkrijgen en ontvangen we die ook werkelijk. | ||
| - Rechtvaardiging en heiliging worden op deze manier echter vermengd. | - Rechtvaardiging en heiliging worden op deze manier echter vermengd. | ||
| - De dwaling van Osiander, die leerde dat mensen gerechtvaardigd worden door Gods wezenlijke rechtvaardigheid, | - De dwaling van Osiander, die leerde dat mensen gerechtvaardigd worden door Gods wezenlijke rechtvaardigheid, | ||
| - De mening van de zogenaamde vrijgeesten, | - De mening van de zogenaamde vrijgeesten, | ||