Institutie van Bucanus

de christelijke leer in vragen en antwoorden


Zijbalk

institutie:22

Dit is een oude revisie van het document!


Inhoud

22. Het onderscheid tussen Oude en Nieuwe Testament

1. Wat betekent het woord Testament?

Het betekent eigenlijk de rechte mening van onze wil in hetgeen iemand van zijn goederen na zijn dood wil gedaan hebben. De Grieken noemen het eigenlijk en met een bijzondere naam: Diatheken.

2. Het betekent ook in de schrift het verbond of verdrag tussen God en de mensen die tevoren van de anderen gescheiden waren, in hetwelk God de mens zijn goederen namelijk de zaligheid en het eeuwige leven belooft, en de mens van zijn kant op God die de belofte doet met een vertrouwen van de belofte vertrouwd en zijn geloof voedt en versterkt met het getuigenis van het verbond.1). En om deze oorzaak wordt het van de Hebreeën Berith genoemd, wat bij de Grieken eigenlijk Syntheken betekend: dat is een compact of en verdrag wat tussen levende personen gemaakt is.

3. Het betekent ook door een vernoeming waarbij gevoegd wordt het bijwoord oude of nieuwe, de boeken en onderscheiden delen van de bijbelse schriften: het oude de schriften Mozes en de profeten, het nieuwe de schriften van de evangelien en de apostelen. 2 Korintiers 3:66 maar Christus als Zoon over zijn huis. Zijn huis zijn wij, indien wij de vrijmoedigheid en de hoop, waarin wij roemen, [tot het einde onverwrikt] vasthouden.: " die ons ook bekwaam gemaakt heeft om dienaren te zijn van een nieuw verbond, niet der letter, maar des Geestes, want de letter doodt, maar de Geest maakt levend." En vers 1414 het is immers duidelijk, dat onze Here uit Juda is gesproten, ten aanzien van welke stam Mozes met geen woord van priesters gerept heeft.:" Maar hun gedachten werden verhard. Want tot heden toe blijft dezelfde bedekking over de voorlezing van het oude verbond zonder weggenomen te worden, omdat zij slechts in Christus verdwijnt."

2. Aangezien het Hebreeuwse woord Berith niet betekent Diatheke of testament maar Syntheke, dat is een verdrag tussen levenden, 1Koningen 5:12. Waarom noemen de griekse overzetters van de Heilige schrift het verbond van God dat Hij met de mensen gemaakt heeft Diatheke of testament?

Overmits dat Diatheke een algemeen woord zijnde ook Syntheke, dat is verdrag of verbond betekent: dat komt van Diatisthesthai, wat in het algemeen betekent stipuleren??? , vast beloven en verdrag maken, Lucas 22:2929 En Ik beschik u het Koninkrijk, gelijk mijn Vader het Mij beschikt heeft.: "En Ik beschik u, of ik draag u op met vaste belofte (Diatisthemai), het Koninkrijk, gelijk mijn Vader het Mij beschikt heeft,".

2. Een andere, overmits dit verbond van God met de mensen iets gemeens heeft met een testament en dat vremd is in andere verbonden: Want in andere verbonden wordt geen ding minder vereist, dan de dood van diegene die het verbond maken: Hier is het geheel anders, want het verdrag tussen God en de mensen gemaakt moest door de dood van Christus vast en bondig gemaakt worden. Om deze oorzaken heeft de apostel in Hebreeen 9:15,16,1715 En zij deden het en lieten hen allen nederzitten. 16 Toen nam Hij de vijf broden en de twee vissen, en Hij zag op naar de hemel, sprak de zegen uit en brak ze, en Hij gaf ze aan de discipelen om ze aan de schare voor te zetten. 17 En zij aten en werden allen verzadigd en het overschot werd door hen opgeraapt: twaalf manden met brokken. dit woord Diatheke, testament, ook behouden en heeft bewijsreden bij gebracht uit de evangelische betekenis zelf.

3. Het wordt ook een testament genoemd, omdat het testeert of als een getuigenis is van Gods wil.

3. Uit hoeveel delen bestaat het testament tussen God en de mensen.

  1. Aan Gods kant uit de belofte die uit genade geschied.
  2. Aan de kant van de mensen uit het geloof aan de beloften.
  3. Uit de uitwendige betuigenis of teken van hetzelfde verbond: een ieder van deze delen wordt de naam testament toegeschreven door een Synedochem, dat als een deel voor het geheel genomen wordt zoals Galaten 3:1717 Ik bedoel dit: de wet, die vierhonderd dertig jaar later is gekomen, maakt het testament, waaraan door God tevoren rechtskracht verleend was, niet ongeldig, zodat zij de belofte haar kracht zou doen verliezen.: " Ik bedoel dit: de wet, die vierhonderd dertig jaar later is gekomen, maakt het testament, waaraan door God tevoren rechtskracht verleend was, niet ongeldig, zodat zij de belofte haar kracht zou doen verliezen." Waar het woord testament gebruikt wordt voor belofte die God aan Abraham gedaan heeft. 2). Genesis 17:99 Voorts zeide God tot Abraham: En wat u aangaat, gij zult mijn verbond houden, gij en uw nageslacht, in hun geslachten.:" Voorts zeide God tot Abraham: En wat u aangaat, gij zult mijn verbond houden, gij en uw nageslacht, in hun geslachten." Psalm 44:1818 Dit alles is ons overkomen, maar wij vergaten U niet, noch verloochenden wij uw verbond.:" Dit alles is ons overkomen, maar wij vergaten U niet, noch verloochenden wij uw verbond;" Waar het verbond of testament genomen wordt voor het geloof van de mensen in God. Genesis 17:1010 Dit is mijn verbond, dat gij zult houden tussen Mij en u en uw nageslacht: dat bij u al wat mannelijk is besneden worde.: " Dit is mijn verbond, dat gij zult houden tussen Mij en u en uw nageslacht: dat bij u al wat mannelijk is besneden worde". Lucas 22:2020 Evenzo de beker, na de maaltijd, zeggende: Deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed, die voor u uitgegoten wordt.: " Evenzo de beker, na de maaltijd, zeggende: Deze beker is het nieuwe verbond in mijn bloed, die voor u uitgegoten wordt ".En Handelingen 7:88 En Hij gaf hem het verbond der besnijdenis; en aldus verwekte hij Isaak en besneed hem op de achtste dag; en Isaak verwekte Jakob en Jakob de twaalf aartsvaders.: " En Hij gaf hem het verbond der besnijdenis;" Hetwelk gesproken is door een Metonymiam of vernoeming voor het uitwendig getuigenis of teken en zegel van het verbond. Genesis 17:1111 gij zult het vlees van uw voorhuid laten besnijden, en dat zal tot een teken van het verbond zijn tussen Mij en u..

4. Heeft God een of veel testamenten met de mensen gemaakt?

Gelijkerwijs de wijze om de zaligheid door Christus te verkrijgen een en dezelfde geweest is en nog is, van de val van onze eerste ouders af, zo is het een enig eeuwig verbond of testament van God waardoor God zich verbonden heeft de zaligheid allen te geven die in Christus geloven.

5. Maar maakt de schrift geen gewag van twee verbonden?

Ja, En dat om de uitdeling van datzelfde verbond in verschillende tijden op verschillende manieren van God ingesteld, van dewelke het genoemd wordt het oude en het nieuwe. Echter moet men wel onthouden dat het oude verbond op twee manieren genoemd wordt: soms alleen ten aanzien van de wetgeving door Mozes en wordt het verbond van de wet genoemd welks verdrag beschreven wordt in Exodus 241 Tot Mozes zeide Hij: Klim op tot de Here, gij en Aäron, Nadab en Abihu en zeventig van de oudsten van Israël en buigt u van verre neder. 2 Maar Mozes alleen zal tot de Here naderen, zij echter zullen niet naderen, en het volk zal niet met hem opklimmen. 3 Toen kwam Mozes en deelde het volk al de woorden des Heren en al de verordeningen mee, en het gehele volk antwoordde eenstemmig: Al de woorden, die de Here gesproken heeft, zullen wij doen. 4 En Mozes schreef al de woorden des Heren op. Vroeg in de morgen bouwde hij een altaar onder aan de berg, met twaalf opgerichte stenen overeenkomstig de twaalf stammen van Israël. 5 Toen zond hij de jongelingen der Israëlieten heen, en zij brachten brandoffers en offerden stieren als vredeoffers voor de Here. 6 Daarop nam Mozes de helft van het bloed en deed het in bekkens, en de andere helft van het bloed sprengde hij op het altaar. 7 Hij nam het boek des verbonds en las het voor de oren van het volk en zij zeiden: Alles wat de Here gesproken heeft, zullen wij doen en daarnaar zullen wij horen. 8 Toen nam Mozes het bloed en sprengde het op het volk en hij zeide: Zie, het bloed van het verbond dat de Here met u sluit, op grond van al deze woorden. 9 En Mozes klom op met Aäron, Nadab en Abihu en zeventig van de oudsten van Israël. 10 En zij zagen de God van Israël en het was alsof onder zijn voeten een plaveisel lag van lazuur, als de hemel zelf in klaarheid. 11 Maar tot de vooraanstaanden der Israëlieten strekte Hij zijn hand niet uit; zij aanschouwden God en zij aten en dronken. 12 De Here zeide tot Mozes: Klim op tot Mij, de berg op, en blijf daar, dan zal Ik u de stenen tafelen geven, de wet en het gebod, die Ik opgeschreven heb, om hen te onderwijzen. 13 Toen stond Mozes op met zijn dienaar Jozua, en Mozes besteeg de berg Gods. 14 Maar tot de oudsten zeide hij: Wacht hier op ons, totdat wij bij u terugkeren; Aäron en Chur zijn immers bij u, wie zaken heeft, moet zich tot hen wenden. 15 Daarop besteeg Mozes de berg, en de wolk bedekte de berg. 16 De heerlijkheid des Heren rustte op de berg Sinai, en de wolk bedekte hem zes dagen lang; op de zevende dag riep Hij tot Mozes midden uit de wolk. 17 De verschijning van de heerlijkheid des Heren was als verterend vuur op de top van de berg ten aanschouwen van de Israëlieten. 18 Mozes ging de wolk in en besteeg de berg. En hij bleef op de berg veertig dagen en veertig nachten.. Maar soms om te kennen te geven het verbond van de genade zoals met Abraham en zijn nakomelingen gemaakt is. Genesis 17:77 Ik zal mijn verbond oprichten tussen Mij en u en uw nageslacht in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u en uw nageslacht tot een God te zijn..

Onder de naam van het nieuwe verbond wordt niet anders verstaan dan het verbond van de genade. Van beide spreekt de profeet Jeremia in 31:31,3231 Toen antwoordde Jakob en zeide tot Laban: Ik was bevreesd, omdat ik dacht, dat gij mij uw dochters zoudt ontrukken. 32 Bij wie gij uw goden vindt, die blijve niet in leven; onderzoek in tegenwoordigheid van onze verwanten al wat ik bij mij heb, en neem het mee. Want Jakob wist niet, dat Rachel ze gestolen had.,etc," Zie, de dagen komen, luidt het woord des Heren, dat Ik met het huis van Israël en het huis van Juda een nieuw verbond sluiten zal. 31:3232 Bij wie gij uw goden vindt, die blijve niet in leven; onderzoek in tegenwoordigheid van onze verwanten al wat ik bij mij heb, en neem het mee. Want Jakob wist niet, dat Rachel ze gestolen had. Niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen gesloten heb ten dage dat Ik hen bij de hand nam, om hen uit het land Egypte te leiden: mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ik heer over hen ben, luidt het woord des Heren. 31:3333 Toen kwam Laban in de tent van Jakob en in de tent van Lea en in de tent der beide slavinnen, maar hij vond ze niet. Nadat hij uit de tent van Lea gegaan was, kwam hij in de tent van Rachel. Maar dít is het verbond, dat Ik met het huis van Israël sluiten zal na deze dagen, luidt het woord des Heren: Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven, Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn. …34. want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en hun zonde niet meer gedenken." Waarop de apostel zegt in Hebreeen 8:1313 In het zeshonderd en eerste jaar, in de eerste (maand), op de eerste der maand, waren de wateren opgedroogd van de aarde; daarop verwijderde Noach het luik van de ark, en hij zag uit, en zie, de aardbodem droogde op.: " Als Hij spreekt van een nieuw (verbond), heeft Hij daarmede het eerste voor verouderd verklaard". En hij leert in Galaten 4:2424 Dit is iets, waarin een diepere zin ligt. Want dit zijn twee bedelingen: de ene van de berg Sinai, die slaven baart, dit is Hagar. dat de dienstmaagd Hagar een schaduw was van de berg Sinai waar van de wet is gegeven en Sara de vrije, een voorbeeld van het hemelse Jeruzalem waarvan het evangelie voort gekomen is, geweest is. En doet er nog bij dat hier twee testamenten beduid worden, het een dat er dienstbaarheids kinderen teelt, dat is slaven; het andere vrijheid of vrije kinderen.En in het negende hoofdstuk tot de Hebreeën maakt een vergelijking van het oude en het nieuwe testament, wat inhoud dat de oude een schaduw geweest is van het nieuwe en het nieuwe een vervulling van het oude.

Maar als men hier vraagt van het onderscheid en de gelijkenis van het oude en het nieuwe verbond zo verstaan wij onder de naam van het oude alleen het verbond van de genade zodanig als God terstond na de val met onze eerste ouders gemaakt en met Abraham bevestigd heeft wiens behulp de wet Mozes geweest is en als eigenlijk in Christus wederom vernieuwt is. Daniel. 9:27..:"En hij zal het verbond voor velen zwaar maken, een week lang; in de helft van de week zal hij slachtoffer en spijsoffer doen ophouden; en op een vleugel van gruwelen zal een verwoester komen, en wel tot aan de voleinding toe, en waartoe vast besloten is, dat zal zich uitstorten over wat woest is."

6. Hoe zijn die twee zo verschillende testamenten een?

In het wezen of ten aanzien van al de oorzaken werkelijke materiële en formale en eigenlijke.

7. Hoe komen ze overeen in de werkende oorzaak?

8. Hoe toch in de materie of het stof?

  1. Overmits dat de middelaar Christus alleen het fundament, grondlegger en het wezen van her zelve is zonder welke God de mensen niet in genade kan ontvangen, die ook dat gezegende zaad is, daar alle heidenen in zouden gezegend worden: 4) Zo spreekt Paulus: God was in Christus hun zonde hun niet toerekenende, 2 Korintiers Genesis 5:19 – “En Jered leefde, nadat hij Henoch verwekt had, achthonderd jaar, en hij verwekte zonen en dochteren.”:" welke immers hierin bestaat, dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende was, door hun hun overtredingen niet toe te rekenen, en dat Hij ons het woord der verzoening heeft toevertrouwd." en Hebreeen Genesis 13:8 – “Dus zeide Abram tot Lot: Laat er toch geen twist zijn tussen mij en u, en tussen mijn herders en uw herders, want wij zijn mannen broeders.”:" Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en tot in eeuwigheid."

Overmits dat de betekenis van de sacramenten een is, ja dat de sacramenten van beide verbonden een en de zelfde zijn, in betekenis en gebruik, dat is dat ze getuigenissen zijn van dezelfde genade, gelijk Paulus betuigt dat de Israëlieten dezelfde doop en hetzelfde avondmaal met ons gehad hebben. 1 kointiers 10:2,3.Want hoewel dat het schijnt dat er enig verschil in de materie van de tekenen en in het getal, nochtans wordt dit hier niet gerekend: gelijk als in een trouwring die gegeven wordt tot bevestiging van het huwelijk men niet aanziet of e van goud of van zilver is, of er een of veel zijn: maar alleen het einde en de daarbij gedane belofte tot bevestiging an dewelke zij gebruikt wordt.

9. Hoe komen ze overeen in vorm of gedaante?

Omdat de wijze waardoor wij God aanhangen, altijd een geweest is, namelijk het geloof, gelijk de apostel breedvoerig bewijst, Hebreeën 111 Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt, en het bewijs der dingen, die men niet ziet. 2 Want door dit (geloof) is aan de ouden een getuigenis gegeven. 3 Door het geloof verstaan wij, dat de wereld door het woord Gods tot stand gebracht is, zodat het zichtbare niet ontstaan is uit het waarneembare. 4 Door het geloof heeft Abel Gode een beter offer gebracht dan Kaïn; hierdoor werd van hem getuigd, dat hij rechtvaardig was, daar God getuigenis gaf aan zijn gaven, en hierdoor spreekt hij nog, nadat hij gestorven is. 5 Door het geloof is Henoch weggenomen zodat hij de dood niet zag, en hij werd niet meer gevonden, want God had hem weggenomen. Want vóórdat hij werd weggenomen, is van hem getuigd, dat hij Gode welgevallig was geweest; 6 maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken. 7 Door het geloof heeft Noach, nadat hij een godsspraak ontvangen had over iets, dat nog niet gezien werd, eerbiedig de ark toebereid tot redding van zijn huisgezin; en door dat (geloof) heeft hij de wereld veroordeeld en is hij een erfgenaam geworden der gerechtigheid, die aan het geloof beantwoordt. 8 Door het geloof is Abraham, toen hij geroepen werd, in gehoorzaamheid getrokken naar een plaats, die hij ter erfenis zou ontvangen, en hij vertrok, zonder te weten waar hij komen zou. 9 Door het geloof heeft hij vertoefd in het land der belofte, als in een vreemd land, waar hij in tenten woonde met Isaak en Jakob, die medeërfgenamen waren van dezelfde belofte; 10 want hij verwachtte de stad met fundamenten, waarvan God de ontwerper en bouwmeester is. 11 Door het geloof heeft ook Sara kracht ontvangen om moeder te worden, en dat ondanks haar hoge leeftijd, daar zij Hem, die het beloofd had, betrouwbaar achtte. 12 Daarom zijn er dan ook uit één man, en wel een verstorvene, voortgekomen als de sterren des hemels in menigte en gelijk het zand aan de oever der zee, dat ontelbaar is. 13 In (dat) geloof zijn deze allen gestorven, zonder de beloften verkregen te hebben; slechts uit de verte hebben zij die gezien en begroet, en zij hebben beleden, dat zij vreemdelingen en bijwoners waren op aarde. 14 Want wie zulke dingen zeggen, geven te kennen, dat zij een vaderland zoeken. 15 En als zij gedachtig geweest waren aan het vaderland, dat zij verlaten hadden, zouden zij gelegenheid gehad hebben terug te keren; 16 maar nu verlangen zij naar een beter, dat is een hemels, vaderland. Daarom schaamt God Zich voor hen niet hun God te heten, want Hij had hun een stad bereid. 17 Door het geloof heeft Abraham, toen hij verzocht werd, Isaak ten offer gebracht, en hij, die de beloften aanvaard had, wilde zijn enige zoon offeren, 18 hij, tot wie gezegd was: Door Isaak zal men van nageslacht van u spreken. Hij heeft overwogen, dat God bij machte was hem zelfs uit de doden op te wekken, 19 en daaruit heeft hij hem ook bij wijze van spreken teruggekregen. 20 Door het geloof heeft Isaak aan Jakob en Esau zijn zegen gegeven, ook voor de toekomst. 21 Door het geloof heeft Jakob bij zijn sterven ieder der zonen van Jozef gezegend en hij heeft aangebeden, (leunende) op het uiteinde van zijn staf. 22 Door het geloof heeft Jozef aan het einde van zijn leven gewaagd van de uittocht der kinderen Israëls en voorschriften gegeven over zijn gebeente. 23 Door het geloof is Mozes na zijn geboorte drie maanden door zijn ouders verborgen gehouden, omdat zij zagen, dat hij een schoon kind was, en zij hebben het bevel des konings niet gevreesd. 24 Door het geloof heeft Mozes, volwassen geworden, geweigerd door te gaan voor een zoon van Farao's dochter, 25 maar hij heeft liever met het volk Gods kwaad verdragen, dan tijdelijk van de zonde te genieten; 26 en hij heeft de smaad van Christus groter rijkdom geacht dan de schatten van Egypte, want hij hield de blik gericht op de vergelding. 27 Door het geloof heeft hij Egypte verlaten, zonder de toorn des konings te duchten. Want hij bleef standvastig, als ziende de Onzienlijke. 28 Door het geloof heeft hij het Pascha gehouden en het bloed doen aanbrengen, opdat de verderver hun eerstgeborenen niet zou aanraken. 29 Door het geloof zijn zij door de Rode Zee gegaan als over droog land, terwijl de Egyptenaars, toen zij het ook beproefden, verzwolgen werden. 30 Door het geloof zijn de muren van Jericho neergestort, nadat (het volk) er zeven dagen lang omheen getrokken was. 31 Door het geloof is Rachab, de hoer, niet met de ongehoorzamen omgekomen, daar zij de verspieders met vrede had opgenomen. 32 En wat moet ik nog verder aanvoeren? Immers, de tijd zou mij ontbreken, als ik ging verhalen van Gideon, Barak, Simson, Jefta, David en Samuël en de profeten, 33 die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd, 34 de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen. 35 Vrouwen hebben haar doden uit de opstanding terugontvangen, anderen hebben zich laten folteren en van geen bevrijding willen weten, opdat zij aan een betere opstanding deel mochten hebben. 36 Anderen weder hebben hoon en geselslagen verduurd, daarenboven nog boeien en gevangenschap. 37 Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling 38 - de wereld was hunner niet waardig - zij hebben rondgedoold door woestijnen, en gebergten, in spelonken en de holen der aarde. 39 Ook deze allen, hoewel door het geloof een getuigenis aan hen gegeven is, hebben het beloofde niet verkregen, 40 daar God iets beters met ons voor had, zodat zij niet zonder ons tot de volmaaktheid konden komen. en Christus in Johannes 8:5656 Uw vader Abraham heeft zich erop verheugd mijn dag te zien en hij heeft die gezien en zich verblijd.:" Uw vader Abraham heeft zich erop verheugd mijn dag te zien en hij heeft die gezien en zich verblijd.", namelijk de ogen van het geloof. En Paulus in Romeinen 3:2121 Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen. zegt: " Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, " En in Genesis 15:66 En hij geloofde in de Here, en Hij rekende het hem toe als gerechtigheid.: " En hij geloofde in de Here, en Hij rekende het hem toe als gerechtigheid." Romeinen 4:2424 maar ook om onzentwil, wie het zal worden toegerekend, ons, die ons geloof vestigen op Hem, die Jezus, onze Here, uit de doden opgewekt heeft.: " maar ook om onzentwil, wie het zal worden toegerekend, ons, die ons geloof vestigen op Hem, die Jezus, onze Here, uit de doden opgewekt heeft,"

10. Hoe komen ze overeen in het einde of oogmerk?

Overmits dat het oude testament gelijkerwijs als het nieuwe de uitverkorenen verwekt, niet tot een vleselijke of aardse gelukzaligheid en tot de goederen van dit tegenwoordige leven, maar veel meer tot de hoop van de zalige onsterfelijkheid.

11. Waaruit bewijst u dat?

  1. Uit het formulier van het verbond zelf dat een geweest is voor en na de openbaring van Christus in het vlees: want God heeft Zijn verbond altijd met zijn dienaars zo gemaakt zoals Hij het met Abraham gemaakt heeft.Genesis 17:1,71 Toen Abram negenennegentig jaar oud was, verscheen de Here aan Abram en zeide tot hem: Ik ben God, de Almachtige, wandel voor mijn aangezicht, en wees onberispelijk; (...) 7 Ik zal mijn verbond oprichten tussen Mij en u en uw nageslacht in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u en uw nageslacht tot een God te zijn.: " Ik ben God, de Almachtige, wandel voor mijn aangezicht, en wees onberispelijk; vers 77 Ik zal mijn verbond oprichten tussen Mij en u en uw nageslacht in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u en uw nageslacht tot een God te zijn. Ik zal mijn verbond oprichten tussen Mij en u en uw nageslacht in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u en uw nageslacht tot een God te zijn." Leviticus 26:1212 maar Ik zal in uw midden wandelen en u tot een God zijn en gij zult Mij tot een volk zijn.: " maar Ik zal in uw midden wandelen en u tot een God zijn en gij zult Mij tot een volk zijn." In deze woorden, zoals de Profeten zelf verklaart hebben, het leven, zaligheid en alle gelukzaligheid zelfs ook de hemelse vervat worden. En God verkondigt dat Hij niet alleen de lichamen een God zal wezen, maar voornamelijk de zielen: tenzij de zielen met God door gerechtigheid tezamen gevoegd zijn, zo blijven zij van Hem in de dood vervreemd. Ja, Hij heeft getuigd dat Hij de God van Abraham, Izak en Jakob was toen zij allang dood en begraven waren. 5)
  2. Uit de voorbeelden van de Vaderen Adam, Abel, Noach, Abraham, Izak, Jakob, die van harte gezucht hebben naar de woonplaats van de eeuwige gelukzaligheid, dit tegenwoordige leven verachtende onder ontelbare verzoekingen en zwarigheden, gedurende de gehele loop van hun leven, zodat het oogmerk van hen en de gelovigen uit het nieuwe testament een is geweest: hetwelk de apostel bevestigd: Hebreeën 11:9,109 Door het geloof heeft hij vertoefd in het land der belofte, als in een vreemd land, waar hij in tenten woonde met Isaak en Jakob, die medeërfgenamen waren van dezelfde belofte; 10 want hij verwachtte de stad met fundamenten, waarvan God de ontwerper en bouwmeester is.: " Door het geloof heeft hij vertoefd in het land der belofte, als in een vreemd land, waar hij in tenten woonde met Isaak en Jakob, die medeërfgenamen waren van dezelfde belofte; 11:1010 want hij verwachtte de stad met fundamenten, waarvan God de ontwerper en bouwmeester is. want hij verwachtte de stad met fundamenten, waarvan God de ontwerper en bouwmeester is." en 13: " In (dat) geloof zijn deze allen gestorven, zonder de beloften verkregen te hebben; slechts uit de verte hebben zij die gezien en begroet, en zij hebben beleden, dat zij vreemdelingen en bijwoners waren op aarde." Genesis 47:99 En Jakob zeide tot Farao: Het getal der jaren mijner vreemdelingschap is honderd en dertig; weinig in getal en kwaad zijn al mijn levensjaren geweest, en zij hebben niet bereikt het getal der levensjaren van mijn vaderen in de dagen hunner vreemdelingschap.. Waaruit het noodzakelijk volgt, dat de belofte van dat land die God haar deed, niet eigenlijk en voornemelijk is te verstaan, van datzefde land en die aardse gelukzaligheid , deze verkrijgen zouden, maar van het eeuwige leven dat daardoor betekent wordt. En zij hebben in dat land begraven willen zijn, als een teken dat hen van God gegeven was van het eeuwige leven 6) En als Jakob zou sterven zo getuigd hij dat hij de zaligheid van de Heere verwachten zou. 7)
  3. Uit het getuigenis van Bileam zelf, die van dit einde geweten heeft, als hij zegt: Numeri 23:1010 Wie telt het stof van Jakob en wie berekent de drommen van Israël? Sterve ik zelf de dood der oprechten en zij mijn einde daaraan gelijk!: " Sterve ik zelf de dood der oprechten en zij mijn einde daaraan gelijk!" Wat David daarna uitgelegd heeft in Psalm 116:1515 Kostbaar is in de ogen des Heren de dood van zijn gunstgenoten., noemende de dood van de heiligen kostelijk voor God en de dood van de goddelozen schandelijk.
  4. Uit het getuigenis van de profeten die het eeuwige leven en het rijk van Christus in een volkomen licht gezien en verwacht hebben, als David spreekt: Psalm 39:1313 Hoor mijn gebed, Here, en neem mijn hulpgeroep ter ore, zwijg niet bij mijn geween, want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner gelijk al mijn vaderen.:" want ik ben een vreemdeling bij U, een bijwoner gelijk al mijn vaderen" en Psalm 39:6,7,86 Zie, Gij hebt mijn dagen als enige handbreedten gesteld, mijn levensduur is als niets voor U; ja, ieder mens staat daar, enkel een ademtocht. sela 7 Ja, de mens gaat daarheen als een schaduw, ja, als een ademtocht suizen zij weg, zij garen bijeen en weten niet, wie het tot zich nemen zal. 8 En nu, wat verwacht ik, Here? Mijn hoop, die is op U.:" ja, ieder mens staat daar, enkel een ademtocht. sela. En nu, wat verwacht ik, Here? Mijn hoop, die is op U." En dit is onder andere heerlijke spreuken van de profeet Job, Job 19:2525 Maar ik weet: mijn Losser leeft en ten laatste zal Hij op het stof optreden.: " Maar ik weet: mijn Losser leeft en ten laatste zal Hij op het stof optreden." 27: die ik zelf mij ten goede aanschouwen zal, die mijn eigen ogen zullen zien en niet een vreemde; mijn nieren in mijn binnenste versmachten van verlangen" De profeten getuigen ook dat het verbond dat God met de vaderen gemaakt heeft geestelijk, eeuwig en hemels geweest is.
  5. Overmits dat Christus zijn apostelen de hemelse gelukzaligheid belovende zegt, Dat ze in het rijk van de hemelen zullen aanzitten met Abraham, Izak en Jakob. Matteüs 8:1111 Ik zeg u, dat er velen zullen komen van oost en west en zullen aanliggen met Abraham en Isaak en Jakob in het Koninkrijk der hemelen..
  6. Overmits wij met dezelfde geest van genade begiftigd zijn, als waarmee de heilige vaderen begiftigd zijn geweest. 8)Uit deze en andere dergelijke plaatsen blijkt het dat de gelovigen in het oude testament hetzelfde einde voorgesteld is geweest dat in het nieuwe degenen die geloven voorgesteld is zoals nu bewezen is.

12. Aangezien het inderdaad een en hetzelfde testament is, waarom wordt het tweevoudig genoemd namelijk oude en nieuwe testament?

Door een deling niet van een algemeen ding in zijn specien of soorten , maar van het subject of onderwerpsel in zijn accidenten en toevallen: want verschillende bijvoegsels maken het wezen van het ding niet verschillend.

13. Waarin bestaat dan de verscheidenheid van het verbond?

Ten enemaal in de bijvoegsels die men bij lopers noemt, of in de manier van bediening en in de omstandigheden van regering.

14. Welke is het eerste onderscheid?

Het eerste onderscheid is genomen van de manier om te brengen tot het einde, dat in beide testamenten voorgesteld is namelijk het eeuwige leven. Want in het oude testament wordt de gemeente die toen nog teer en jong was, door hulp van de aardse weldaden, en in zonderheid onder het grote voorbeeld van het Land Kanaan tot de hemelse erfenis als metterhand gebracht. Daarom is Abraham niet gelaten blijven hangen aan de belofte van het land: maar hij wordt door een grotere belofte tot hoger dingen verheven.Want hij hoort van God genesis Hebreeën 15:1 – “”.:" Hierna kwam het woord des Heren tot Abram in een gezicht: Vrees niet, Abram, Ik ben uw schild; uw loon zal zeer groot zijn." Zo klimt David ook op van de tijdelijke zegeningen tot die grote en opperste zegening Psalm 73:2626 al zou mijn vlees en mijn hart bezwijken, mijns harten rots en mijn erfdeel is God voor eeuwig.:" mijn erfdeel is God voor eeuwig." En Psalm 16:55 O Here, mijn erfdeel en mijn beker, Gij zelf bestendigt wat het lot mij toewees.:" O Here, mijn erfdeel en mijn beker, Gij zelf bestendigt wat het lot mij toewees." Gelijk het tegendeel de beroving of gemis van dat land, dat als veld-teken was van het eeuwige leven, gehouden werd voor de vervloeking. Maar in het nieuwe testament, zulke aardse en grote hulpmiddelen aan de ene zijde gesteld zijnde worden wij regelrecht zonder enige omwegen tot de overdenking van het eeuwige leven gebracht.

15. Welke is het tweede onderscheid?

Genomen van de aangehechte leer of van de manier om de mensen te brengen tot de fontein en Auteur van de zaligheid, en de kennis van de genadige barmhartigheid van God in Christus: want de bediening is voor de toekomst van Christus lastiger en moeilijker en kostelijker geweest. Want God leidde de ouden veel strenger, hebbende namelijk ingebracht de kinder- tuchtschap,dienst, momboischap???en voogdij van de wet,9) met harde voorwaarden haar opleggende het juk van veel verschillende ceremonien 10) en de last van de verdoemenis. Maar wij worden veel lieflijker, zoeter en goedertierenlijker geleid zonder de harde dwang van de wet, zijnde van onze schouders weggenomen de last van de verdoemenis en het ondragelijke juk van de ceremonien door de prediking van het evangelie, Matteus 11;28." Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven; Handelingen 11:29 – “En de discipelen besloten, dat elk van hen naar draagkracht iets zenden zou tot ondersteuning van de broeders, die in Judea woonden”. neemt mijn juk op u want mijn juk is zacht en mijn last is licht. Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven;"

Jeremia neemt uit het bijvoegsel het onderscheid van het oude en het nieuwe testament, Jeremia 31:3232 Niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen gesloten heb ten dage dat Ik hen bij de hand nam, om hen uit het land Egypte te leiden: mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ik heer over hen ben, luidt het woord des Heren.. door een overnoeming van het bijvoegel genomen voor het onderwerp, noemende de wet van Mozes door en in haar zelf aangemerkt, het verbond van de wet en het oude verbond, omdat het geweest is het verbond van de schepping waardoor God van ons eiste volkomen gehoorzaamheid, die wij uit onze eigen krachten hebben te bewijzen:11): maar noemende het evangelie het nieuwe of het verbond van de genade onder de voorwaarde van het geloof dat hij ons zelf nog uit genadige gunst schenken zal.12).

Zo vergelijkt ook Paulus ten aanzien van dit bijvoegsel 2 Korintiërs 3:6,7,8,9,116 die ons ook bekwaam gemaakt heeft om dienaren te zijn van een nieuw verbond, niet der letter, maar des Geestes, want de letter doodt, maar de Geest maakt levend. 7 Indien nu de bediening des doods, met letters op stenen gegrift, gepaard ging met zulk een heerlijkheid, dat de kinderen Israëls de blik niet op het aangezicht van Mozes konden vestigen om de heerlijkheid van zijn aangezicht, die toch verdwijnen moest, 8 hoe zal niet nog meer de bediening des Geestes in heerlijkheid zijn? 9 Want indien de bediening, die veroordeling brengt, heerlijkheid was, veel meer is de bediening, die rechtvaardigheid brengt, overvloedig in heerlijkheid. (...) 11 Want als het verdwijnende met heerlijkheid gepaard ging, veel meer is dan het blijvende in heerlijkheid. en Galaten 4:2424 Dit is iets, waarin een diepere zin ligt. Want dit zijn twee bedelingen: de ene van de berg Sinai, die slaven baart, dit is Hagar. Het oude testament of de wet met het nieuwe testament of het evangelie. En noemt het oude letter en bediening van de dood en de verdoemenis in letters gelegen en in stenen tafelen gesneden overmits dat de wet ten aanzien van de toehoorders niet meer kracht heeft dan enig geschrift dat zonder enige kracht is en niet anders kan doen dan de onrechtvaardige beschuldigen en het ganse menselijke geslacht in de verdoemenis wentelen.

Maar het nieuwe, in zoveel als het tegen de wet is, namelijk door en in haar aangemerkt zijnde, gesteld wordt, noemt hij geest en bediening van de geest en van de gerechtigheid, dat is, hij noemt het de prediking van het evangelie, overmits het de barmhartigheid van God openbaart. Waardoor wij gerechtvaardigd en door de geest van Christus vernieuwd worden, door welke het evangelie bij zich vervoegt heeft die het geloof, dat hij van ons eist, de uitverkorenen ook schenkt.

(…)

2)
Genesis 17:7 – “Ik zal mijn verbond oprichten tussen Mij en u en uw nageslacht in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u en uw nageslacht tot een God te zijn.”
4)
Genesis 12:7 – “Toen verscheen de Here aan Abram en zeide: Aan uw nageslacht zal Ik dit land geven. En hij bouwde daar een altaar voor de Here, die hem verschenen was.” en Genesis 22:18 – “En met uw nageslacht zullen alle volken der aarde gezegend worden, omdat gij naar mijn stem gehoord hebt.”???
5)
Exodus 3:6 – “Voorts zeide Hij: Ik ben de God van uw vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob. Toen verborg Mozes zijn gelaat, want hij vreesde God te aanschouwen.”, Mattheus Exodus 22:32 – “”.
6)
Genesis 49:29,30 – “Daarna gaf hij hun bevel en zeide tot hen: Ik word tot mijn voorgeslacht vergaderd, begraaft mij bij mijn vaderen in de spelonk in het veld van de Hethiet Efron, in de spelonk in het veld van Makpela, dat tegenover Mamre in het land Kanaän ligt, welk veld Abraham gekocht heeft van de Hethiet Efron tot een eigen grafstede.” Genesis 50:25 – “En Jozef deed de zonen van Israël zweren: God zal zeker naar u omzien; dan zult gij mijn gebeente van hier meevoeren.”
7)
Genesis 49:18 – “Op uw heil wacht ik, o Here.”
8)
Genesis 11:6 – “En de Here zeide: Zie, het is één volk en zij allen hebben één taal. Dit is het begin van hun streven; nu zal niets van wat zij denken te doen voor hen onuitvoerbaar zijn.”, *2 Korinthiër Genesis 4:13 – “Toen zeide Kaïn tot de Here: Mijn misdaad is te groot om de straf te dragen.”, Hebreeën 11 – “Het geloof nu is de zekerheid der dingen, die men hoopt, en het bewijs der dingen, die men niet ziet. Want door dit (geloof) is aan de ouden een getuigenis gegeven. Door het geloof verstaan wij, dat de wereld door het woord Gods tot stand gebracht is, zodat het zichtbare niet ontstaan is uit het waarneembare. Door het geloof heeft Abel Gode een beter offer gebracht dan Kaïn; hierdoor werd van hem getuigd, dat hij rechtvaardig was, daar God getuigenis gaf aan zijn gaven, en hierdoor spreekt hij nog, nadat hij gestorven is. Door het geloof is Henoch weggenomen zodat hij de dood niet zag, en hij werd niet meer gevonden, want God had hem weggenomen. Want vóórdat hij werd weggenomen, is van hem getuigd, dat hij Gode welgevallig was geweest; maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken. Door het geloof heeft Noach, nadat hij een godsspraak ontvangen had over iets, dat nog niet gezien werd, eerbiedig de ark toebereid tot redding van zijn huisgezin; en door dat (geloof) heeft hij de wereld veroordeeld en is hij een erfgenaam geworden der gerechtigheid, die aan het geloof beantwoordt. Door het geloof is Abraham, toen hij geroepen werd, in gehoorzaamheid getrokken naar een plaats, die hij ter erfenis zou ontvangen, en hij vertrok, zonder te weten waar hij komen zou. Door het geloof heeft hij vertoefd in het land der belofte, als in een vreemd land, waar hij in tenten woonde met Isaak en Jakob, die medeërfgenamen waren van dezelfde belofte; want hij verwachtte de stad met fundamenten, waarvan God de ontwerper en bouwmeester is. Door het geloof heeft ook Sara kracht ontvangen om moeder te worden, en dat ondanks haar hoge leeftijd, daar zij Hem, die het beloofd had, betrouwbaar achtte. Daarom zijn er dan ook uit één man, en wel een verstorvene, voortgekomen als de sterren des hemels in menigte en gelijk het zand aan de oever der zee, dat ontelbaar is. In (dat) geloof zijn deze allen gestorven, zonder de beloften verkregen te hebben; slechts uit de verte hebben zij die gezien en begroet, en zij hebben beleden, dat zij vreemdelingen en bijwoners waren op aarde. Want wie zulke dingen zeggen, geven te kennen, dat zij een vaderland zoeken. En als zij gedachtig geweest waren aan het vaderland, dat zij verlaten hadden, zouden zij gelegenheid gehad hebben terug te keren; maar nu verlangen zij naar een beter, dat is een hemels, vaderland. Daarom schaamt God Zich voor hen niet hun God te heten, want Hij had hun een stad bereid. Door het geloof heeft Abraham, toen hij verzocht werd, Isaak ten offer gebracht, en hij, die de beloften aanvaard had, wilde zijn enige zoon offeren, hij, tot wie gezegd was: Door Isaak zal men van nageslacht van u spreken. Hij heeft overwogen, dat God bij machte was hem zelfs uit de doden op te wekken, en daaruit heeft hij hem ook bij wijze van spreken teruggekregen. Door het geloof heeft Isaak aan Jakob en Esau zijn zegen gegeven, ook voor de toekomst. Door het geloof heeft Jakob bij zijn sterven ieder der zonen van Jozef gezegend en hij heeft aangebeden, (leunende) op het uiteinde van zijn staf. Door het geloof heeft Jozef aan het einde van zijn leven gewaagd van de uittocht der kinderen Israëls en voorschriften gegeven over zijn gebeente. Door het geloof is Mozes na zijn geboorte drie maanden door zijn ouders verborgen gehouden, omdat zij zagen, dat hij een schoon kind was, en zij hebben het bevel des konings niet gevreesd. Door het geloof heeft Mozes, volwassen geworden, geweigerd door te gaan voor een zoon van Farao's dochter, maar hij heeft liever met het volk Gods kwaad verdragen, dan tijdelijk van de zonde te genieten; en hij heeft de smaad van Christus groter rijkdom geacht dan de schatten van Egypte, want hij hield de blik gericht op de vergelding. Door het geloof heeft hij Egypte verlaten, zonder de toorn des konings te duchten. Want hij bleef standvastig, als ziende de Onzienlijke. Door het geloof heeft hij het Pascha gehouden en het bloed doen aanbrengen, opdat de verderver hun eerstgeborenen niet zou aanraken. Door het geloof zijn zij door de Rode Zee gegaan als over droog land, terwijl de Egyptenaars, toen zij het ook beproefden, verzwolgen werden. Door het geloof zijn de muren van Jericho neergestort, nadat (het volk) er zeven dagen lang omheen getrokken was. Door het geloof is Rachab, de hoer, niet met de ongehoorzamen omgekomen, daar zij de verspieders met vrede had opgenomen. En wat moet ik nog verder aanvoeren? Immers, de tijd zou mij ontbreken, als ik ging verhalen van Gideon, Barak, Simson, Jefta, David en Samuël en de profeten, die door het geloof koninkrijken onderworpen, gerechtigheid geoefend, de vervulling der belofte verkregen hebben, muilen van leeuwen dichtgesnoerd, de kracht van het vuur gedoofd hebben. Zij zijn aan scherpe zwaarden ontkomen, in zwakheid hebben zij kracht ontvangen, zij zijn in de oorlog sterk geworden en hebben vijandige legers doen afdeinzen. Vrouwen hebben haar doden uit de opstanding terugontvangen, anderen hebben zich laten folteren en van geen bevrijding willen weten, opdat zij aan een betere opstanding deel mochten hebben. Anderen weder hebben hoon en geselslagen verduurd, daarenboven nog boeien en gevangenschap. Zij zijn gestenigd, op zware proef gesteld, doormidden gezaagd, met het zwaard vermoord; zij hebben rondgezworven in schapevachten en geitevellen, onder ontbering, verdrukking en mishandeling - de wereld was hunner niet waardig - zij hebben rondgedoold door woestijnen, en gebergten, in spelonken en de holen der aarde. Ook deze allen, hoewel door het geloof een getuigenis aan hen gegeven is, hebben het beloofde niet verkregen, daar God iets beters met ons voor had, zodat zij niet zonder ons tot de volmaaktheid konden komen.”.
10)
Handelingen 15:10 – “Nu dan, wat stelt gij God op de proef door een juk op de hals der discipelen te leggen, dat noch onze vaderen, noch wij hebben kunnen dragen?”
11)
Galaten 3:12 – “Doch bij de wet gaat het niet om geloof, maar: wie dat doet, zal daardoor leven.”,*Matteus Galaten 19:16,17 – “”.,Deuteronomium 6:5 – “Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw kracht.”, Lucas 10:27 – “Hij antwoordde en zeide: Gij zult de Here, uw God, liefhebben uit geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw kracht en met geheel uw verstand, en uw naaste als uzelf.”
12)
*Efeziers Lucas 2:8 – “En er waren herders in diezelfde landstreek, die zich ophielden in het veld en des nachts de wacht hielden over hun kudde.”,Johannes 6:45 – “Er is geschreven in de profeten: En zij zullen allen door God geleerd zijn. Een ieder, die het van de Vader gehoord en geleerd heeft, komt tot Mij.”


Paginahulpmiddelen