Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
Beide kanten vorige revisieVorige revisieVolgende revisie | Vorige revisie | ||
institutie:38 [21-08-2020 om 15.26 uur] – ds. J.H. Zwart | institutie:38 [27-01-2021 om 11.21 uur] (huidige) – ds. J.H. Zwart | ||
---|---|---|---|
Regel 1: | Regel 1: | ||
- | ====== | + | ====== |
==== 1. Wat wordt er in de Heilige Schrift onder het woord ‘oordeel’ verstaan? ==== | ==== 1. Wat wordt er in de Heilige Schrift onder het woord ‘oordeel’ verstaan? ==== | ||
- Oordelen betekent in het algemeen gevoelen, denken, menen. Het woord ‘oordeel’ betekent dus het gevoelen of de mening van het hart. | - Oordelen betekent in het algemeen gevoelen, denken, menen. Het woord ‘oordeel’ betekent dus het gevoelen of de mening van het hart. | ||
- | - Vanuit het tegenovergestelde kan men goed begrijpen wat het woord betekent. Oordelen staat immers tegenover behouden. ‘Behouden’ betekent beschermen, verlossen of uit het verderf bevrijden en tot de zaligheid brengen. Daarom betekent ‘oordelen’ veroordelen, | + | - Vanuit het tegenovergestelde kan men goed begrijpen wat het woord betekent. Oordelen staat immers tegenover behouden. ‘Behouden’ betekent beschermen, verlossen of uit het verderf bevrijden en tot de zaligheid brengen. Daarom betekent ‘oordelen’ veroordelen, |
- Oordelen of rechter-zijn betekent ook regeren, heersen zoals blijkt uit Richteren 3:10 en andere hoofdstukken. Daarom wordt het woord ‘oordeel’ of ‘gerecht’ gebruikt voor het heersen, de macht((gheweldt)) en de rechtspraak van de vorst; en ook wel voor rechtvaardigheid of datgene wat recht en billijk is.((*Lucas 11:42)) Het woord ‘richter’ of ‘rechter’ wordt gebruikt als men de overheid bedoelt.((*Exodus 2:14)) Als het woord aan God wordt toegeschreven, | - Oordelen of rechter-zijn betekent ook regeren, heersen zoals blijkt uit Richteren 3:10 en andere hoofdstukken. Daarom wordt het woord ‘oordeel’ of ‘gerecht’ gebruikt voor het heersen, de macht((gheweldt)) en de rechtspraak van de vorst; en ook wel voor rechtvaardigheid of datgene wat recht en billijk is.((*Lucas 11:42)) Het woord ‘richter’ of ‘rechter’ wordt gebruikt als men de overheid bedoelt.((*Exodus 2:14)) Als het woord aan God wordt toegeschreven, | ||
- De algehele heerschappij en besturing waardoor heel de wereld bestaat, in stand gehouden en geleid wordt.((*Johannes 5:22,30 *Genesis 18:25)) | - De algehele heerschappij en besturing waardoor heel de wereld bestaat, in stand gehouden en geleid wordt.((*Johannes 5:22,30 *Genesis 18:25)) | ||
Regel 21: | Regel 21: | ||
- Het oordeel en de opstanding zijn zo innig met elkaar verbonden dat het niet zó kan zijn dat God al de doden gaat oordelen zonder dat Hij hen tegelijk van de doden opwekt. En het doel van de opstanding kan niet anders worden geformuleerd dan dat God alle mensen ten oordeel roept. Dan scheidt Hij de schapen van de bokken, het koren van het kaf, en de vromen van de goddelozen.((*Matteüs 25:33)) | - Het oordeel en de opstanding zijn zo innig met elkaar verbonden dat het niet zó kan zijn dat God al de doden gaat oordelen zonder dat Hij hen tegelijk van de doden opwekt. En het doel van de opstanding kan niet anders worden geformuleerd dan dat God alle mensen ten oordeel roept. Dan scheidt Hij de schapen van de bokken, het koren van het kaf, en de vromen van de goddelozen.((*Matteüs 25:33)) | ||
- Een argument is ook een principe waar we vanuit onze natuur besef van omdragen. Dat principe leert ons dat God rechtvaardig is en dat het daarom de goeden goed en de slechten tot in eeuwigheid slecht moet gaan. Dit vindt niet in dit leven plaats, want er zijn veel goddelozen die allerlei slechts bedrijven en door God toch niet in dit leven gestraft worden. Er zijn ook veel godvrezende mensen die God oprecht dienen maar hier op aarde alleen maar verdriet kennen, laat staan dat ze nú al in dit leven door God beloond worden. Hieruit kan dus niets anders volgen dan dat er beslist een oordeel zal komen. Daarin zal het met de slechten slecht aflopen en de goeden zullen het loon van hun godzalig leven ontvangen. | - Een argument is ook een principe waar we vanuit onze natuur besef van omdragen. Dat principe leert ons dat God rechtvaardig is en dat het daarom de goeden goed en de slechten tot in eeuwigheid slecht moet gaan. Dit vindt niet in dit leven plaats, want er zijn veel goddelozen die allerlei slechts bedrijven en door God toch niet in dit leven gestraft worden. Er zijn ook veel godvrezende mensen die God oprecht dienen maar hier op aarde alleen maar verdriet kennen, laat staan dat ze nú al in dit leven door God beloond worden. Hieruit kan dus niets anders volgen dan dat er beslist een oordeel zal komen. Daarin zal het met de slechten slecht aflopen en de goeden zullen het loon van hun godzalig leven ontvangen. | ||
- | - Het wordt echter nog veel stelliger bewezen door de getuigenissen in de Heilige Schrift. Zie Psalm 9 vers 8: “Maar de HERE zetelt voor eeuwig, zijn rechterstoel heeft Hij ten gerichte gezet, ja, Hij oordeelt de wereld in gerechtigheid, | + | - Het wordt echter nog veel stelliger bewezen door de getuigenissen in de Heilige Schrift. Zie Psalm 9:8: “Maar de HERE zetelt voor eeuwig, zijn rechterstoel heeft Hij ten gerichte gezet, ja, Hij oordeelt de wereld in gerechtigheid, |
- In de apostolische geloofsbelijdenis belijden we dat Christus zal komen om te oordelen de levenden en de doden. | - In de apostolische geloofsbelijdenis belijden we dat Christus zal komen om te oordelen de levenden en de doden. | ||
Regel 30: | Regel 30: | ||
==== 5. Welke werkende oorzaken ven het toekomende oordeel zijn er? ==== | ==== 5. Welke werkende oorzaken ven het toekomende oordeel zijn er? ==== | ||
- | Allereerst de eeuwige God, Vader, Zoon en Heilige Geest, de ene God – Hij heeft de macht om recht te spreken, en bezit de heerschappij over alle dingen. Hij heeft het gezag om te oordelen en besluit daar Zelf toe. “Een Oude van dagen zette Zich neder (…) De vierschaar zette zich neder, en de boeken werden geopend” (Daniël 7:9 en 10). Als de Heilige Geest zal gekomen zijn, “zal Hij de wereld overtuigen van zonde en van gerechtigheid en van oordeel” (Johannes16: | + | Allereerst de eeuwige God, Vader, Zoon en Heilige Geest, de ene God – Hij heeft de macht om recht te spreken, en bezit de heerschappij over alle dingen. Hij heeft het gezag om te oordelen en besluit daar Zelf toe. “Een Oude van dagen zette Zich neder (…) De vierschaar zette zich neder, en de boeken werden geopend” (Daniël 7:9 en 10). Als de Heilige Geest zal gekomen zijn, “zal Hij de wereld overtuigen van zonde en van gerechtigheid en van oordeel” (Johannes16: |
==== 6. Zal dan de Zoon Rechter zijn en het oordeel uitvoeren zónder de Vader en de Heilige Geest? ==== | ==== 6. Zal dan de Zoon Rechter zijn en het oordeel uitvoeren zónder de Vader en de Heilige Geest? ==== | ||
Regel 54: | Regel 54: | ||
- De engelen die gezondigd hebben en die God niet gespaard heeft, “maar hen (…) aan de krochten der duisternis heeft overgegeven om hen tot het oordeel te bewaren” op de grote dag (2 Petrus 2:4 en Judas:6). | - De engelen die gezondigd hebben en die God niet gespaard heeft, “maar hen (…) aan de krochten der duisternis heeft overgegeven om hen tot het oordeel te bewaren” op de grote dag (2 Petrus 2:4 en Judas:6). | ||
- Met name ook de mens der zonde, het kind des verderfs, de antichrist.((*1 Tessalonicenzen 2:3 *Openbaring 20:10)) De Heere zal hem wel in het bijzonder verderven door de Geest van Zijn mond, dat is: door de verkondiging van het Evangelie, en ten slotte zal Hij hem tot niets doen worden als Hij in Zijn heerlijkheid ten oordeel zal komen. Daardoor spreken we ook over Zijn heerlijke toekomst. | - Met name ook de mens der zonde, het kind des verderfs, de antichrist.((*1 Tessalonicenzen 2:3 *Openbaring 20:10)) De Heere zal hem wel in het bijzonder verderven door de Geest van Zijn mond, dat is: door de verkondiging van het Evangelie, en ten slotte zal Hij hem tot niets doen worden als Hij in Zijn heerlijkheid ten oordeel zal komen. Daardoor spreken we ook over Zijn heerlijke toekomst. | ||
- | - De onredelijke schepselen, de dieren, zullen op een manier die bij hen past geoordeeld worden, als de hemel en de aarde en alles wat daarin is zullen vergaan. Zie 2 Petrus 3:7-12: “Maar de tegenwoordige hemelen en de aarde zijn door hetzelfde woord als een schat weggelegd, ten vure bewaard tegen de dag van het oordeel en van de ondergang der goddeloze mensen (…). Op die dag zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan – dus van veranderlijkheid tot onveranderlijkheid en onverderfelijkheid gebracht worden – en de elementen door vuur vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen verbranden.” Dat betreft niet zozeer het wezenlijke daarvan, alsof die heerlijke schepping totaal vernietigd zou worden, want waar zou Christus dan het oordeel moeten uitspreken? Maar wel wat betreft de aan het verderf onderworpen elementen daarin. Al datgene wat onvolkomen en vergankelijk is, wordt weggenomen als vuil en onreinheid dat weggeveegd wordt. Het wordt door vuur gelouterd, zoals goud in de oven gezuiverd wordt waardoor het een hogere graad van zuiverheid bereikt. In 1 Korintiërs 7:31 wordt het als volgt onder woorden gebracht: “Het uiterlijk van deze wereld is bezig te verdwijnen”, | + | - De onredelijke schepselen, de dieren, zullen op een manier die bij hen past geoordeeld worden, als de hemel en de aarde en alles wat daarin is zullen vergaan. Zie 2 Petrus 3:7-12: “Maar de tegenwoordige hemelen en de aarde zijn door hetzelfde woord als een schat weggelegd, ten vure bewaard tegen de dag van het oordeel en van de ondergang der goddeloze mensen (…). Op die dag zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan – dus van veranderlijkheid tot onveranderlijkheid en onverderfelijkheid gebracht worden – en de elementen door vuur vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen verbranden.” Dat betreft niet zozeer het wezenlijke daarvan, alsof die heerlijke schepping totaal vernietigd zou worden, want waar zou Christus dan het oordeel moeten uitspreken? Maar wel wat betreft de aan het verderf onderworpen elementen daarin. Al datgene wat onvolkomen en vergankelijk is, wordt weggenomen als vuil en onreinheid dat weggeveegd wordt. Het wordt door vuur gelouterd, zoals goud in de oven gezuiverd wordt waardoor het een hogere graad van zuiverheid bereikt. In 1 Korintiërs 7:31 wordt het als volgt onder woorden gebracht: “Het uiterlijk van deze wereld is bezig te verdwijnen”, |
==== 10. Over welke zaken zal het oordeel worden uitgesproken? | ==== 10. Over welke zaken zal het oordeel worden uitgesproken? | ||
Regel 79: | Regel 79: | ||
De apostel noemt er in Romeinen 2:5 drie: | De apostel noemt er in Romeinen 2:5 drie: | ||
- | - Hij noemt het een dag van toorn of van wraak, omdat God Zich zal wreken op allen die het Evangelie in dit leven niet geloofd zullen hebben. Zie ook Zefanja1 vers 15: “Die dag is een dag van verbolgenheid, | + | - Hij noemt het een dag van toorn of van wraak, omdat God Zich zal wreken op allen die het Evangelie in dit leven niet geloofd zullen hebben. Zie ook Sefanja 1:15: “Die dag is een dag van verbolgenheid, |
- Het is een dag van openbaarmaking, | - Het is een dag van openbaarmaking, | ||
- Het is een dag van rechtvaardig oordeel, zodat niemand mag denken, zoals Chrysostomos zegt, dat Gods oordeel uit een vertoornd hart voortkomt en ook niet zal denken dat de Rechter op deze manier wraak zal nemen. Nee, gerechtigheid zal in dit oordeel leidend zijn. Deze dag wordt in het bijzonder de dag de dag des Heren genoemd en dag van Christus, waarop Hij in heerlijkheid en majesteit zal terugkomen.((*Lucas 17:30 *1 Korintiërs 5:5 *Filippenzen 1:6)) Ook is het de dag van het oordeel((*Matteüs 10:15 *Matteüs 12:36)) en de jongste dag.((*Johannes 6:39,40)) Dat wil zeggen: de allerlaatste dag, wat de tijd betreft. De dingen die het laatst gebeuren, zijn voor ons de jongste gebeurtenissen. | - Het is een dag van rechtvaardig oordeel, zodat niemand mag denken, zoals Chrysostomos zegt, dat Gods oordeel uit een vertoornd hart voortkomt en ook niet zal denken dat de Rechter op deze manier wraak zal nemen. Nee, gerechtigheid zal in dit oordeel leidend zijn. Deze dag wordt in het bijzonder de dag de dag des Heren genoemd en dag van Christus, waarop Hij in heerlijkheid en majesteit zal terugkomen.((*Lucas 17:30 *1 Korintiërs 5:5 *Filippenzen 1:6)) Ook is het de dag van het oordeel((*Matteüs 10:15 *Matteüs 12:36)) en de jongste dag.((*Johannes 6:39,40)) Dat wil zeggen: de allerlaatste dag, wat de tijd betreft. De dingen die het laatst gebeuren, zijn voor ons de jongste gebeurtenissen. | ||
Regel 125: | Regel 125: | ||
==== 18. Waarom wordt van de Zoon gezegd dat Hij de dag van het oordeel niet weet (Marcus 13:32)? ==== | ==== 18. Waarom wordt van de Zoon gezegd dat Hij de dag van het oordeel niet weet (Marcus 13:32)? ==== | ||
- | Het is niet zo, zegt Augustinus, dat Hij het voor Zichzelf niet weet, maar wel dat Hij het niet weet //voor ons//. Dat betekent dat Hij zó handelt dat wij het niet weten. Hij maakt het ons dus niet bekend, omdat het ons niet toekomt het te weten. Het kan ook zijn dat Hij het niet vanuit Zijn menselijke natuur weet. Die natuur weet hiervan niet meer dan haar vanuit Zijn goddelijke natuur getoond wordt. Ook is het mogelijk dat Hij het niet weet voor zover het Zijn vernederde staat betreft. Als Hij vanuit Zijn vernedering spreekt, schrijft Hij gewoonlijk de goddelijke werken aan Zijn Vader toe, zoals Hijzelf zegt in Johannes 5:30 en $Johannes 7:16. Daar zegt Hij: “Ik kan van Mijzelf niets doen; gelijk Ik hoor, oordeel Ik”; en ook: “Mijn leer is niet van Mij, maar van Hem, die Mij gezonden heeft.” | + | Het is niet zo, zegt Augustinus, dat Hij het voor Zichzelf niet weet, maar wel dat Hij het niet weet //voor ons//. Dat betekent dat Hij zó handelt dat wij het niet weten. Hij maakt het ons dus niet bekend, omdat het ons niet toekomt het te weten. Het kan ook zijn dat Hij het niet vanuit Zijn menselijke natuur weet. Die natuur weet hiervan niet meer dan haar vanuit Zijn goddelijke natuur getoond wordt. Ook is het mogelijk dat Hij het niet weet voor zover het Zijn vernederde staat betreft. Als Hij vanuit Zijn vernedering spreekt, schrijft Hij gewoonlijk de goddelijke werken aan Zijn Vader toe, zoals Hijzelf zegt in Johannes 5:30: “Ik kan van Mijzelf niets doen; gelijk Ik hoor, oordeel Ik”, en in Johannes 7:16: “Mijn leer is niet van Mij, maar van Hem, die Mij gezonden heeft.” |
==== 19. Waarom heeft God de jongste dag voor ons verborgen gehouden? ==== | ==== 19. Waarom heeft God de jongste dag voor ons verborgen gehouden? ==== | ||
Regel 139: | Regel 139: | ||
==== 21. Waar zal het oordeel gehouden worden? ==== | ==== 21. Waar zal het oordeel gehouden worden? ==== | ||
- | De Joden beweren dat het zal gehouden worden in het dal van Josafat, dat dichtbij Jeruzalem lag, buiten de Oostpoort van de tempel. Het dal werd zo genoemd vanwege de glorierijke overwinningen die God aan koning Josafat gaf in zijn strijd tegen de Ammonieten en Moabieten.((*2 Kronieken 20:26)) De Joden leiden deze plaats af uit Joël 3 vers 2: “[Ik zal] alle volken verzamelen en afvoeren naar het dal van Josafat, en Ik zal aldaar met hen in het gericht treden.” Dit is echter heel ongerijmd, want zoals God gewild heeft dat Hij alleen de tijd van het oordeel weet, zal ook wel een plaats vinden die geschikt is om over alle bijeen verzamelde mensen het oordeel uit te spreken. | + | De Joden beweren dat het zal gehouden worden in het dal van Josafat, dat dichtbij Jeruzalem lag, buiten de Oostpoort van de tempel. Het dal werd zo genoemd vanwege de glorierijke overwinningen die God aan koning Josafat gaf in zijn strijd tegen de Ammonieten en Moabieten.((*2 Kronieken 20:26)) De Joden leiden deze plaats af uit Joël 3:2: “[Ik zal] alle volken verzamelen en afvoeren naar het dal van Josafat, en Ik zal aldaar met hen in het gericht treden.” Dit is echter heel ongerijmd, want zoals God gewild heeft dat Hij alleen de tijd van het oordeel weet, zal ook wel een plaats vinden die geschikt is om over alle bijeen verzamelde mensen het oordeel uit te spreken. |
==== 22. Wat is het doel van het laatste oordeel? ==== | ==== 22. Wat is het doel van het laatste oordeel? ==== | ||
Regel 146: | Regel 146: | ||
- Wat God betreft, vindt het oordeel plaats opdat Hij over allen het definitieve en altijd durende vonnis uitspreekt en opdat Zijn heerlijkheid tot in alle eeuwigheid zal getoond worden vanwege de rechtvaardigheid die Hij in het oordeel zal betrachten. | - Wat God betreft, vindt het oordeel plaats opdat Hij over allen het definitieve en altijd durende vonnis uitspreekt en opdat Zijn heerlijkheid tot in alle eeuwigheid zal getoond worden vanwege de rechtvaardigheid die Hij in het oordeel zal betrachten. | ||
- De voltooiing van het Koninkrijk van Christus. Daarna zal Christus het Rijk van God aan de Vader overgeven. Dat zal Hij doen als Hij de satan en al de goddelozen tot de allerlaatste toe overwonnen, de dood verslonden, en de uitverkorenen verzoend zal hebben. Dan zal Hij hen aan de Vader overgeven om met eeuwige heerlijkheid gekroond te worden. Hij zal dan niet meer hoeven te regeren over kerk en wereld((de Burgerlicke ende Kerkelicke regeeringhe alsdan ophoudende)), | - De voltooiing van het Koninkrijk van Christus. Daarna zal Christus het Rijk van God aan de Vader overgeven. Dat zal Hij doen als Hij de satan en al de goddelozen tot de allerlaatste toe overwonnen, de dood verslonden, en de uitverkorenen verzoend zal hebben. Dan zal Hij hen aan de Vader overgeven om met eeuwige heerlijkheid gekroond te worden. Hij zal dan niet meer hoeven te regeren over kerk en wereld((de Burgerlicke ende Kerkelicke regeeringhe alsdan ophoudende)), | ||
- | - De bevrijding van de schepping uit de dienstbaarheid van de verdorvenheid.((Romeinen 8:20,21)) | + | - De bevrijding van de schepping uit de dienstbaarheid van de verdorvenheid.((*Romeinen 8:20,21)) |
==== 23. Wat is het nut van deze leer over het laatste oordeel? ==== | ==== 23. Wat is het nut van deze leer over het laatste oordeel? ==== |