Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.
| Beide kanten vorige revisieVorige revisieVolgende revisie | Vorige revisie | ||
| institutie:6 [29-08-2025 om 12.43 uur] – ds. J.H. Zwart | institutie:6 [20-09-2025 om 11.40 uur] (huidige) – ds. J.H. Zwart | ||
|---|---|---|---|
| Regel 104: | Regel 104: | ||
| ==== 20. Heeft eenieder zijn eigen naam? ==== | ==== 20. Heeft eenieder zijn eigen naam? ==== | ||
| - | De namen die hun voor een tijd gegeven worden om de ambten die hen opgelegd zijn, zijn geen eigennamen maar noem-namen of ten aanzien van ons, verschillende manieren waardoor ze Gods wil volbrengen, krachtig uitvoeren en de mensen verschijnen | + | De namen die hun voor een tijd gegeven worden om de ambten die hen opgelegd zijn, zijn geen eigennamen maar namen die verschillende manieren |
| ==== 21. Hebben de engelen ook enige kennis van dingen? ==== | ==== 21. Hebben de engelen ook enige kennis van dingen? ==== | ||
| Regel 115: | Regel 115: | ||
| ==== 22. Weten de engelen de daden van ieder mens en al wat hij doet, zegt of lijdt? ==== | ==== 22. Weten de engelen de daden van ieder mens en al wat hij doet, zegt of lijdt? ==== | ||
| - | Nee, want in Hebreeën 4:13 wordt gezegd dat voor God alle dingen open en ontbloot zijn voor zijn ogen: maar nochtans weten ze het van die mensen over wie zij door God belast zijn zorg te dragen. Want in Handelingen 10:4 zegt de engel tot Cornelius: "Uw gebeden en uw aalmoezen zijn voor God in gedachtenis gekomen." | + | Nee, want in Hebreeën 4:13 wordt gezegd dat voor God alle dingen open en ontbloot zijn voor zijn ogen: maar nochtans weten ze het van die mensen over wie zij door God belast zijn zorg te dragen. Want in Handelingen 10:4 zegt de engel tot Cornelius: "Uw gebeden en uw aalmoezen zijn voor God in gedachtenis gekomen." |
| ==== 23. Maar hebben ze wel kennis van de gedachten en gevoelens van de mensen? ==== | ==== 23. Maar hebben ze wel kennis van de gedachten en gevoelens van de mensen? ==== | ||
| Regel 130: | Regel 130: | ||
| - Zij kunnen werken in die zin, zo uitwendig, als toen ze de ogen van die van Sodom verblindde dat ze de deur van Lots huis niet konden zien, ((*Genesis 19:1)) en de Syriërs ((*2 Koningen 6:18))een gedruis in haar leger verwekt hebben.((*2 Koningen 7:6)) Zo ook de inwendige, gelijk als ze de oudvaders veel dingen in de droom getoond en geopenbaard hebben, en de vromen veel dingen in het geheugen en het verstand terug brachten. | - Zij kunnen werken in die zin, zo uitwendig, als toen ze de ogen van die van Sodom verblindde dat ze de deur van Lots huis niet konden zien, ((*Genesis 19:1)) en de Syriërs ((*2 Koningen 6:18))een gedruis in haar leger verwekt hebben.((*2 Koningen 7:6)) Zo ook de inwendige, gelijk als ze de oudvaders veel dingen in de droom getoond en geopenbaard hebben, en de vromen veel dingen in het geheugen en het verstand terug brachten. | ||
| - De engelen kunnen het verstand zelf niet verlichten of de wil krachtig roeren, hetwelk de Heilige Geest alleen toekomt. ((*Spreuken 21:1)) Maar als werktuigen van de Heilige Geest het bedenken van het gehoorde woord verwekken, het verstand de waarheid voorstellen en hetzelve vermanen, dat ze zelf toestemt en onze wil tot enig goed, als Raadsheren radende, alleen en inwendig als sprekende en werkende door een geestelijke wijze aansporen. ((*Hebreeën 1:14 *Matteüs 2:13)) | - De engelen kunnen het verstand zelf niet verlichten of de wil krachtig roeren, hetwelk de Heilige Geest alleen toekomt. ((*Spreuken 21:1)) Maar als werktuigen van de Heilige Geest het bedenken van het gehoorde woord verwekken, het verstand de waarheid voorstellen en hetzelve vermanen, dat ze zelf toestemt en onze wil tot enig goed, als Raadsheren radende, alleen en inwendig als sprekende en werkende door een geestelijke wijze aansporen. ((*Hebreeën 1:14 *Matteüs 2:13)) | ||
| - | - Die goede engelen hebben ook meer kracht dan de duivelen.((*Openbaring 12: | + | - Die goede engelen hebben ook meer kracht dan de duivelen.((*Openbaring 12: |
| ==== 26. Welke spraak gebruiken de engelen bij God, onder elkaar of bij de mensen? ==== | ==== 26. Welke spraak gebruiken de engelen bij God, onder elkaar of bij de mensen? ==== | ||
| Regel 140: | Regel 140: | ||
| Dat is verschillend en velerlei want ze zijn Gods dienaren. Vorsten en prinsen die naar het bevel van haar koning wachten (dat zij gaarne en vaardig volbrengen), | Dat is verschillend en velerlei want ze zijn Gods dienaren. Vorsten en prinsen die naar het bevel van haar koning wachten (dat zij gaarne en vaardig volbrengen), | ||
| - | In het bijzonder zijn ze dienaren van de uitverkorenen. Hebreeën 1:14: "Zijn zij niet allen dienende geesten, die uitgezonden worden ten dienst van hen, die het heil zullen beërven?" | + | In het bijzonder zijn ze dienaren van de uitverkorenen. Hebreeën 1:14: "Zijn zij niet allen dienende geesten, die uitgezonden worden ten dienst van hen, die het heil zullen beërven?" |
| ==== 28. Is een ieder mens, gebied of ook iedere stad een zekere goede engel tot bewaring en een kwade tot verleiding of kwelling bestemd en toegeschikt? | ==== 28. Is een ieder mens, gebied of ook iedere stad een zekere goede engel tot bewaring en een kwade tot verleiding of kwelling bestemd en toegeschikt? | ||
| Regel 150: | Regel 150: | ||
| ==== 29. Kan er twist en onenigheid komen onder de goede engelen omwille van ons? Zoals in Daniël 10:13 gezegd wordt dat de vorst van de Perzen gestreden heeft tegen de vorst van Griekenland? | ==== 29. Kan er twist en onenigheid komen onder de goede engelen omwille van ons? Zoals in Daniël 10:13 gezegd wordt dat de vorst van de Perzen gestreden heeft tegen de vorst van Griekenland? | ||
| - | De zeer geleerde overzetter antwoordt dat we door het woord ‘vorsten’ niet moeten verstaan de engelen die over de koninkrijken van Perzië en Griekenland gesteld zijn, maar die mensen die in die tijd vorsten van Perzië en Griekenland waren. De zin is dat de engel wel tegen Cambyses, | + | De zeer geleerde overzetter antwoordt dat we door het woord ‘vorsten’ niet moeten verstaan de engelen die over de koninkrijken van Perzië en Griekenland gesteld zijn, maar die mensen die in die tijd vorsten van Perzië en Griekenland waren. De zin is dat de engel wel tegen Cambyses, |
| ==== 30. Hebben de engelen die niet gezondigd hebben Christus als middelaar nodig gehad? ==== | ==== 30. Hebben de engelen die niet gezondigd hebben Christus als middelaar nodig gehad? ==== | ||